Het Köppen systeem

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Woestijnklimaat

Poolklimaat

Tropisch klimaat

Landklimaat

Zeeklimaat

Klimaten worden (bijna allemaal) ingedeeld op ...

1. Ligging
2. Temperatuur
3. Land
4. Zonne-uren

Er is 1 klimaatzone die aan de hand van neerslag wordt bepaald. dit is:

1. Tropisch Klimaat
2. Zee Klimaat
3. Woestijn Klimaat
4. Land klimaat

Tropisch Klimaat (A)

Altijd Warmer dan 18 graden, veel neerslag en geen seizoenen

Woestijn (B)

Woestijnklimaat ingedeeld aan de hand van neerslag

BW = woestijn --> minder dan 250 mm per jaar

BS = Steppe --> tussen 250-400 mm per jaar

NL = 873 mm per jaar

Zeeklimaat

Koudste maand warmer dan -3 graden gemiddeld maar nooit boven 18 gemiddeld

Landklimaat

Koudste maand is kouder dan -3 gemiddeld.

Warme zomers, koude winters

Poolklimaat

Warmste maand is gemiddeld kouder dan 10 graden

Woestijnklimaat

Landklimaat

Tropisch Klimaat

Poolklimaat

Zeeklimaat

A

B

C

D

E

Verdere onderverdeling

F = Fehlt oftewel ontbreekt, een droge periode ontbreekt

W = Winter(trocken) oftewel, droge periode in de winter

S = Sommer(trocken) oftewel, droge periode in de zomer

Nederland heeft een ... klimaat

1. CW
2. CF
3. CS

Het klimaatsysteem van Köppen is onderverdeeeld in zones. We beginnen bij de ................... daar wordt letter A voor gebruikt. Het is daar altijd warm, in Spanje kan het ook warm zijn maar daar heerst een .................. klimaat, dit komt omdat de .................. invloed heeft op het weer. Wanneer het ergens in de koudste maand niet warmer wordt dan ................. spreken we van een ................ klimaat. Als je denkt dat dat al koud is moet je zeker niet in het ............. klimaat gaan wonen, hier wordt het in de warmste maand niet warmer dan ............... graden 

mediterraan

10

zee

-3

pool

Land

Tropen

Vandaag maken

Paragraaf 1 van hoofdstuk 3

vragen: 1 t/m 4

Eerste 10 minuten zelf in stilte! (ook geen vragen aan docent)

Snap je een vraag niet, sla die dan eventjes over.

Hierna 5 minuten fluisterend overleggen