Regie samenvattingsles

Regie samenvattingsles
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 90 min

Éléments de cette leçon

Regie samenvattingsles

Slide 1 - Diapositive

Volgende week toets!
  • 222a om 8.30 uur
  • 222b om 13.45 uur
  • Lokaal B204 
  • 50 meerkeuzevragen
  • Oefentoets is deze les en de andere Lesson ups

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen
  • Na deze les ben je klaar om verder voor de toets te leren
  • Na deze les heb je een samenvatting gekregen van de stof voor de toets 

Slide 3 - Diapositive

Welke omschrijving past bij welk begrip?
Zelfregie
Eigen kracht
Zelfred
zaamheid
Eigen 
verant-
woordelijkheid
gaat om wat iemand zelf kan.

Wat kan ik?
GGaat om zelf moeten of mogen.

Wat moet ik nog doen?
Gaat om beslissen of zelf bepalen.

Wat wil ik?
Gaat om zelfstandig kunnen meedoen en zelf dingen kunnen regelen

Slide 4 - Question de remorquage

Regie en de vier hoofdvragen
  • Zelfregie: Gaat om zelf bepalen en beslissingen nemen: 'Wat wil ik?'.
  • Eigen kracht: Gaat om wat iemand zelf of samen met zijn omgeving kan: 'Wat kan ik?'
  • Zelfredzaamheid: Gaat om zelfstandig kunnen meedoen en zelf dingen kunnen regelen: 'Wat heb ik (nog) nodig?'
  • Eigen verantwoordelijkheid: Gaat om zelf moeten of mogen: 'Wat moet ik of wat mag ik zelf doen?'

Slide 5 - Diapositive

In de participatiemaatschappij gaat de overheid uit van...
A
het verzorgen van de burgers
B
de eigen kracht en zelfredzaamheid van de burgers

Slide 6 - Quiz

Participatie
maatschappij
Vanaf 2013 maakt de verzorgingsstaat via de zorgzame samenleving plaats voor de participatiemaatschappij. Dat betekent dat de overheid veel meer uitgaat van de eigen kracht en zelfredzaamheid van iedereen.

Slide 7 - Diapositive

Noem zoveel mogelijk leefgebieden
op (uit je hoofd)

Slide 8 - Question ouverte

Leefgebieden
  • Wonen
  • Werken, school, dagbesteding
  • Lichamelijke gezondheid
  • Psychisch functioneren
  • Sociale relaties

Slide 9 - Diapositive

Welke wet op het gebied van zorg en welzijn regelt zaken voor mensen die zelfstandig thuis wonen en daarbij een hulpvraag hebben?
A
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
B
Wet Langdurige Zorg (WLZ)
C
Participatiewet
D
Wet Arbeidsongeschiktheid (WAO)

Slide 10 - Quiz

Welke wet op het gebied van zorg en welzijn regelt zaken voor mensen die in een hun hele leven in een instelling wonen?
A
Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO)
B
Wet Langdurige Zorg (WLZ)
C
Participatiewet
D
Wet Arbeidsongeschiktheid (WAO)

Slide 11 - Quiz

Begeleiding
Methodieken en technieken

Slide 12 - Diapositive

Een begeleidingstechniek is een geheel van op theorieën gebaseerde begeleidingsmethoden die worden gebruikt om een doel te bereiken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 13 - Quiz

Methodiek versus Techniek
  • Begeleidingsmethodiek: Geheel van op theorieën gebaseerde begeleidingsmethoden die worden gebruikt om een doel te bereiken. De methodiek bestaat uit handelingsrichtlijnen, praktische handvatten, etc.

  • Begeleidingstechniek: Kennis, vaardigheid en hulpmiddelen die je inzet in de begeleiding om een doel te bereiken. Denk aan motiveren, stimuleren, activeren. Andere technieken zijn: Structuur bieden, Nabijheid bieden, Time-out etc. 


Slide 14 - Diapositive

Motiverende gespreksvoering: Wat doe je wel en wat niet? Zet de technieken bij de do of de don`t
Preken, moraliseren, oordelen
Adviseren
Positieve woordkeus
Beschuldigen
Actieve open houding
Open vragen
Respect voor de keuzes
Do`s
Don`t s

Slide 15 - Question de remorquage

Motiverende gespreksvoering
Motiverende gespreksvoering is een op samenwerking gerichte gespreksstijl die iemands eigen motivatie en bereidheid tot verandering versterkt. 

Daarbij speelt het verkennen en oplossen van ambivalentie (tegenstrijdigheid) een belangrijke rol.

Slide 16 - Diapositive

Waar staan de drie C `s voor in Triple C?

Slide 17 - Question ouverte

Triple C
Cliënt
Coach
competentie

Slide 18 - Diapositive

Wat zijn de uitgangspunten van de Triple C methodiek? Twee antwoorden zijn goed.
A
Ervaren van het gewone leven
B
Uitgaan van probleemgedrag, niet van behoeften
C
Onvoorwaardelijke steun
D
Probleemgedrag onderdrukken

Slide 19 - Quiz

Uitgangspunten
  • Ervaren van het gewone leven
  • Uitgaan van behoeften, niet van probleemgedrag
  • Probleemgedrag proberen te begrijpen (moeilijk verstaanbaar gedrag)
  • Onvoorwaardelijke steun

Slide 20 - Diapositive

Methodieken ouderenzorg

Slide 21 - Diapositive

Mevrouw Jansen heeft dementie, ze denkt dat jij haar vader bent. Welke methodiek pas je toe?
A
Realiteits Oriëntatiebenadering
B
Validation

Slide 22 - Quiz

Meneer Van Lier heeft dementie, hij weet niet meer welke dag het is. Welke methodiek pas je toe?
A
Realiteits Oriëntatiebenadering
B
Validation

Slide 23 - Quiz

Koppel de fase van dementie aan de juiste term
Fase 1
Fase 2
Fase 3
Fase 4
Verzonken ik
Verdwaalde ik
Bedreigde ik
Verborgen ik

Slide 24 - Question de remorquage

Reminicentie is een methodiek om herinneringen op te halen. In welke fase van dementie kun je dit toepassen?
A
Fase 1
B
Fase 2
C
Fase 3
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 25 - Quiz

Snoezelen is een vorm van?
A
Realiteitsoriëntatie benadering
B
Triple C
C
Zintuigactivering
D
Alle antwoorden zijn fout

Slide 26 - Quiz

Hou vol!
Nog twee methodieken!!


Slide 27 - Diapositive

Bij oplossingsgericht werken: Wie heeft de oplossing van het probleem?
A
De begeleider
B
De cliënt
C
De naastbetrokkene
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 28 - Quiz

Oplossingsgericht werken
  • Gaat uit van de eigen kracht van de cliënt (wat kan ik)
  • De cliënt is deskundige op het gebied van wat hij meemaakt
  • Je stelt vragen om de doelen voor de cliënt helder te krijgen en de stap naar verandering dichterbij te brengen.

De cliënt zelf is de sleutel voor de oplossing van zijn probleem.

Slide 29 - Diapositive

GROW-model is een model om mensen te coachen, het helpt je om structuur aan te brengen in je gesprek
A
Waar
B
Niet waar

Slide 30 - Quiz

GROW-model
G=Goal (doel)
R=Reality (situatie nu)
O=Options (mogelijkheden)
W=Willingness of What (Wie doet wat, wanneer en hoe)

Slide 31 - Diapositive

Succes met leren!
Gebruik je lesplanner, daarin
staat:
Links naar Lesson Ups!
Stof van het boek!

Alleen deze samenvatting is niet genoeg

Slide 32 - Diapositive