5.2+5.3

1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vivian is automonteur bij een groot garagebedrijf. Wat voor werk doet Vivian?
A
Leidinggevend werk
B
Uitvoerend werk

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

"Als zelfstandige of ZZP'er heb je zekerheid over je inkomen en werk.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een chirurg, tandarts en politieagent horen alle 3 in dezelfde productiesector. Welke is dat?
A
Primaire sector
B
Secundaire sector
C
Tertiaire sector
D
Quartaire sector

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Als je een eigen bedrijf hebt dan ben je een ...
A
Zelfstandige
B
Venoot
C
Aandeelhouder
D
Werknemer

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij een ... is er maar één persoon de eigenaar van het bedrijf.
A
Eenmanszaak
B
VOF

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke productiesector levert diensten om winst te behalen?
A
Commerciële dienstverlening (tertaire sector)
B
Niet-commerciële dienstverlening (quartaire sector)

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke ondernemingsvormen hebben aandeelhouders?
A
Eenmanszaak en vof
B
Bv en nv

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Bij welke voorbeelden wordt de Algemene wet gelijke behandeling overtreden? Er zijn twee antwoorden goed.
A
Aaron krijgt de baan niet, omdat hij te weinig werkervaring heeft.
B
Cees wordt afgewezen voor een baan als chauffeur omdat hij 55 jaar is.
C
Lynn wordt niet aangenomen, omdat de wet verbiedt dat een 15-jarige achter de kassa zit.
D
Lesly mag niet in het restaurant werken, omdat hij een migratie achtergrond heeft.

Slide 9 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor de arbeidsparticipatie kijkt het CBS alleen naar mensen tussen 15 en 75 jaar. Dat zijn er 13,1 miljoen. De arbeidsparticipatie van mensen tussen 15 en 75 jaar is 70,5%.

Bereken hoeveel personen dat zijn.

Slide 10 - Question ouverte

13.100.000 : 100 x 70,5 = 9.235.500 mensen.