3.2 les 4 oktober

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo
• Leerjaar 3

3.2 Welke partij past bij jou?

Wat is een 'democratie'?

1. Een land waarbij 1 persoon de macht heeft
2. Een land waar een kleine groep de macht heeft
3. Een land waarbij de bevolking kiest wie de macht heeft
4. Een land zonder regering

Wat is een indirecte democratie?

1. Direct = stemmen op de volksvertegenwoordiging
2. Indirect = stemmen op de volksvertegenwoordiging
3. Direct = Het volk kan stemmen over nieuwe besluiten
4. Indirect = Het volk stemt op de Koning

Bij een referendum:

1. kiest de bevolking vertegenwoordigers in een bestuur
2. stemt de bevolking over een belangrijk politiek onderwerp
3. stemmen volksvertegenwoordigers over politieke zaken.
4. Wordt er alleen gestemd voor het algemeen belang

Welke partijen ken je?

Belangrijke begrippen uit deze paragraaf

• Actief kiesrecht
• Passief kiesrecht
• Lijsttrekker
• Links / midden / rechts
• Compromis(sen )

Leerdoelen

• Je weet wat het verschil is tussen actief en passief kiesrecht
• Aan het eind van de les ken je de begrippen links en rechts
• Je kan voorbeelden noemen van linkse/rechtse/midden partijen
• Je kan kenmerken noemen en herkennen van linkse/rechtse/midden partijen
• Je weet wat een compromis is en kan uitleggen waarom  een compromis is in de Nederlandse politiek

Lees bladzijde 40 uit je tekst boek 

Actief kiesrecht:

Het recht om te mogen stemmen

Passief kiesrecht:

het recht om je verkiesbaar te stellen

mensen kunnen dus op jou stemmen

Vrije verkiezingen:

Je mag stemmen op wie je wilt

Geheime verkiezingen:

Niemand weet op wie jij gestemd hebt; je hoeft dit niemand te vertellen( het mag wel)

Lijststrekker

Belangrijkste man of vrouw die nummer 1 staat op de verkiezingslijst van de partij

W:

Kijk naar de kieslijst.

Schrijf hier de naam op van de lijstrekker van Groen Links

Lees links, midden, rechts op bladzijde 40 en 41 en kijk het filmpje

Mensen die meer verdienen moeten meer belasting betalen.

1. Links
2. Midden
3. Rechts

Vlees moet duurder worden, zodat mensen minder vlees eten.

1. Links
2. Midden
3. Rechts

De straffen in Nederland moeten omhoog.

1. Links
2. Midden
3. Rechts

De belasting voor bedrijven moet laag zijn, zodat bedrijven niet uit Nederland vertrekken.

1. Links
2. Midden
3. Rechts

lees na de verkiezingen op bladzijde 41

Fractie

"Groep vertegenwoordigers van een politieke partij in een gekozen orgaan" 

Het gekozen orgaan is bijvoorbeeld 

de tweede kamer of de gemeenteraad

• In de tweede kamer zitten dus VVD-fractie, dat zijn dus alle mensen van de VVD die in tweede kamer zitter

Na de verkiezingen:

In Nederland krijgt nooit een van de partijen de helft van alle partijen.

Zij zullen daarom moeten samenwerken. Zij moeten dan compromissen sluiten. 

Afspraken waarbij beide partijen een beetje toegeven. 

Bedenk zelf een compromis tussen jou en je ouders:

aan de slag 

Gebruik blz. 42 & 43 van je tekstboek.

Vul bij iedere partij in op de volgende slide of ze 

• links
• rechts 
• of in het midden zit 

en noteer een ander standpunt van de partij. 

De PVV: Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

CDA:Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

FvD: Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

VVD: Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

SGP: Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

PvdA: Noteer links,
rechts of midden en
een standpunt van de partij

SP:Noteer links,
rechts of midden
en een standpunt van de partij

GroenLinks:Noteer links, rechts of midden en een standpunt van de partij

D66:

Ben jij links of rechts?
Maak opdrachten 5,6c,8 en 9 zet ze op de foto. Lever dit in.
Dit is huiswerk voor aanstaande donderdag. Niet ingeleverd is donderdagmiddag terug komen!