2HV Ch4 les 6 Aanwijzend voornaamwoord

2HV7 
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2HV7 

Slide 1 - Diapositive

2HV7
Programme:
- Korte herhaling:
   het aanwijzend voornaamwoord
- Zelfstandig: verbuga (bron H oefenen)

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Het aanwijzend voornaamwoord
Chapitre 3, Bron D (p. 110)

Slide 4 - Diapositive

Wat is een aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands?
A
de / het / een
B
mijn / jouw / onze / zijn
C
voor / na / tijdens / tegelijk
D
dit / dat / die / deze

Slide 5 - Quiz

Wat zou een aanwijzend voornaamwoord dan in het Frans zijn?
A
mon/ma/mes
B
le/la/les
C
ce/cet/cette/ces
D
un/une/des

Slide 6 - Quiz

Toelichting aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands 
Een aanwijzend voornaamwoord vertelt zelf eigenlijk al wat het doet. Je gebruikt het wanneer je iets aanwijst. Dus bijvoorbeeld:
Dat meisje heeft een mooie tekening gemaakt.
 Dat = aanwijzend vnw
Klik op het geluidsicoontje

Slide 7 - Diapositive

En dan nu in het Frans..
Je hebt verschillende vormen van het aanwijzend voornaamwoord in het Frans. Namelijk:






Om te weten welke vorm je moet gebruiken, kijk je naar het woord ná het aanwijzend vnw. Als dat woord vrouwelijk is, gebruik je de vrouwelijke vorm van het aanwijzend vnw, etc

Slide 8 - Diapositive

Stappenplan aanwijzend vnw
Stap 1 : Kijk naar het woord ACHTER het aanwijzend voornaamwoord. 
Staat het in het meervoud? [meestal eindigt het op  x / s.] --> gebruik CES
par exemple: Ces garçons ont beaucoup de devoirs  

Stap 2: is het woord vrouwelijk? [woorden uit je woordenlijst met lidwoord "la"] --> gebruik CETTE
par exemple: Cette salade est délicieuse.

Slide 9 - Diapositive

Aanwijzend vnw deel 2
* Woorden [met lidwoord un / le] zijn mannelijk. De volgende stappen zijn voor woorden in het MANNELIJK ENKELVOUD 

Stap 3a: controleer of het woord begint met een klinker / h 
Gebruik: CET.  par exemple: Cet hôtel est fermé.
Stap 3b: mannelijk enkelvoud. Gebruik: CE
par exemple: Ce garçon travaille bien!

Slide 10 - Diapositive

Let op!
De regel met klinkerbotsing geldt alléén bij mannelijk enkelvoud

homme (m) --> cet homme
école (v) --> cette école 
(en geen cet école)

Slide 11 - Diapositive

En nu even oefenen:

Slide 12 - Diapositive

sleep de woorden naar het juiste aanwijzend vnw 
ce
cet
cette
ces
épinards
table (v)
chaise (v)
homme (m)
stylo (m)
devoirs
journaux

Slide 13 - Question de remorquage

_____ livre [mannelijk]
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 14 - Quiz

________ autographe [mannelijk]
A
cette
B
ce
C
ces
D
cet

Slide 15 - Quiz

______agenda [mannelijk]
A
cette
B
ces
C
ce
D
cet

Slide 16 - Quiz

________ filles [vrouwelijk]
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 17 - Quiz

_______ billet [mannelijk]
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 18 - Quiz

______ soirée [vrouwelijk]
A
cette
B
cet
C
ce
D
ces

Slide 19 - Quiz

________ garçons
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 20 - Quiz

_____ acteur [mannelijk]
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 21 - Quiz

_______ émission (v)
A
cet
B
cette
C
ces
D
ce

Slide 22 - Quiz

________ magazine (m)
A
cet
B
cette
C
ce
D
ces

Slide 23 - Quiz

______ journaux
A
ce
B
cet
C
cette
D
ces

Slide 24 - Quiz

________ dame (v)
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 25 - Quiz

______ chanteuses (v)
A
ce
B
ces
C
cette
D
cet

Slide 26 - Quiz

______ salade (v)
A
cet
B
ce
C
ces
D
cette

Slide 27 - Quiz

Verder trainen (keuzemenu)
Bron H (vouloir/pouvoir)
www.verbuga.com (selecteer alleen de présent en deze 2 werkwoorden - je moet ook de vertaling kennen!)

Woorden & zinnen (bron A, B, C, E, F, G)
Pakket staat klaar in Quizlet (zie link in SOM). Verder zit in de toets een schrijfopdracht die vergelijkbaar is met de oefentoets. Je kunt deze opnieuw maken en deze les door mij laten checken (veel punten waard).

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive