Herhaling bijwoord en voorzetsel.

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Vandaag: Vrijdag 23 juni 2023

Herhalen H. 36 Bijwoord en voorzetsel (blz. 146) 

Je leert hoe je bijwoorden en voorzetsels herkent in een zin. 

Herhaal met je maatje de leerstof van les 36

Bijwoord: geeft extra informatie.

Nooit bij een zelfstandig naamwoord.

Bij een werkwoord: De auto rijdt hard.

Bij een bijvoeglijk naamwoord: Ze is een erg goede keeper.

Bij een hele zin: Gelukkig is het opgelost. 

Wat zijn bijwoorden in deze zin?
We hadden een heel fijne vakantie

1. heel
2. fijne
3. vakantie
4. hadden

Wat zijn bijwoorden in deze zin?
Hij staat achteraan de rij

1. hij
2. staat
3. achteraan
4. de

Wat zijn bijwoorden in deze zin?
Waarom sta je hier te kletsen?

1. waarom
2. sta
3. hier
4. te

Wat zijn bijwoorden in deze zin?
Waar blijf je toch? Kom eens hierheen.

1. Waar toch
2. waar nou toch
3. kom eens
4. eens hierheen

Wat zijn bijwoorden in deze zin?
Ik doe het niet meer

1. doe
2. niet
3. meer
4. het

Noem eens wat voorzetsels?

Wat zijn de voorzetsels: De sportvisser voer met het grootste gemak met zijn Zodiac de zee op.

Wat zijn de voorzetsels: De cursus omgaan met teleurstellingen gaat wederom niet door.

Aan de slag 

Maak de opdrachten op je werkblad 

opdracht 1,2 en 3