Thema 11 Blok 3

Blok 3  Vrede in zicht?
Deelvraag:
Waarom is de oplossing voor dit conflict zo moeilijk? 
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Blok 3  Vrede in zicht?
Deelvraag:
Waarom is de oplossing voor dit conflict zo moeilijk? 

Slide 1 - Diapositive

Agenda invullen
 
M: Samenvatting leerdoelen LessonUp
L: Quizlet Thema 11

 
 
2A& 2B& 2C & 2D bij 9 april
2E  & 2F bij 11 april

 PO inleveren: Zie toetsrooster


Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen blok 3 
-Je kan VIER oorzaken noemen die vrede tussen Israël en de Palestijnen moeilijk maken.
-In een groep een mogelijke oplossing voor het conflict bedenken en de gevolgen voor de Palestijnen en de Israeliërs bepalen. 


 


Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo

De Palestijnse vluchtelingen
  • Er leven ongeveer 4 miljoen Palestijnen in vluchtelingenkampen.
  • Deze kampen liggen in de landen rond Israël en in de bezette gebieden.  

  • De meesten van deze vluchtelijngen zijn jongeren die nog nooit in hun vaderland hebben gewoond. 

  • De Palestijnen willen geen vrede zolang de Palestijnse vluchtelingen niet terug kunnen... 
…en Israel wil niet dat de Palestijnse bevolking ineens met 4 miljoen mensen (lees Palestijnen( toeneemt?)

Je kan vier oorzaken voor het conflict noemen.
Oorzaak 1: De Palestijnse vluchtelingen

Slide 5 - Diapositive

Palestijnse vluchtelingen

Slide 6 - Diapositive

Jeruzalem
  • In juni 1967 bezette Israël Oost-Jeruzalem.
  • Israël vindt dat Jeruzalem de ‘ongedeelde’ hoofdstad van Israël is. 
  • Palestijnen mogen alleen met een speciale pas Oost-Jeruzalem binnen.
  • Binnen de hoofdstad staan muren om te voorkomen dat Palestijnen vrij in Jeruzalem kunnen reizen. 
  • Palestijnen eisen dat Oost-Jeruzalem de hoofdstad wordt van een nieuwe staat Palestina. 

Je kan vier oorzaken voor het conflict noemen.
Oorzaak 2: Jeruzalem

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Slide 9 - Lien

Slide 10 - Diapositive

Joodse Nederzettingen
  • Op Westelijke Jordaanoever (=Palestijns gebied)  zijn ruim 121 nederzettingen. Daar wonen meer dan 300.000 Israëliërs. Deze joodse nederzettingen zijn dus gebouwd in Palestijns gebied! 
  • Palestijnen willen dat de nederzettingen verdwijnen en dat de grond weer van hen is.  
  • In 1993 (Oslo akkoorden) beloofde de Israëlische regering geen nieuwe nederzettingen meer te bouwen. 
  • In Gazastrook zijn de nederzettingen verlaten door kolonisten, maar op de Westelijke Jordaanoever komen er steeds nieuwe bij.
  • De kolonisten weigeren te vertrekken. 

Je kan vier oorzaken voor het conflict noemen.
Oorzaak 3: Joodse Nederzettingen

Slide 11 - Diapositive

Het tekort aan water
  • Het Midden-Oosten is een droog gebied.
  • In bodem Westelijke Jordaanoever zit veel grondwater. Israël verdeelt dat water.  
  •  Maar Palestijnen krijgen minder water dan Israëliërs.
  • Op de bezette Golan Hoogvlakte ontspringt de Jordaan. Israël is de baas over het water van de Jordaan.  
  • Syrië wil Golan terug, maar dat kan niet zonder afspraken over verdeling van het water.
  • Niet alleen Israel is een probleem. Syrië en Irak krijgen ook minder water door een stuwdam die Turkije heeft gebouwd  in de Eufraat. 
  • Water is een kern van de problemen in het Midden-Oosten.

Je kan vier oorzaken voor het conflict noemen.
Oorzaak 4: Het tekort aan water.

Slide 12 - Diapositive

Welke vier oorzaken maken de vrede in Israël zo moeilijk?

Slide 13 - Question ouverte

Slide 14 - Lien

Dromen over vrede
Kijken: Stefpacking
  • Maak een groepje van vier.
  • Neem een A3 vel schrijf/teken jullie oplossing. 
  • Bedenk met elkaar  'oplossingen' voor het conflict
  • Bedenk wat dit betekent voor de Palestijnen.
  • Bedenk wat dit betekent voor de Israeliërs.
  • Bedenk waarom dit een goede oplossing zou kunnen zijn. 

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Lien

Slide 17 - Vidéo

Spel maken Thema 11
  • Werken aan de PO
  • Deze week werken we aan stap 6 en 7
  • Maak goede afspaken met elkaar wie wat doet
  • Zorg dat iedereen een taak heeft.
  • Spreek af wanneer onderdelen af moeten zijn.

Slide 18 - Diapositive