cuartaclase

• Spaans
• Middelbare school
• vmbo k, g
• Leerjaar 1,2

 Binnen = Beginnen

1. Telefoon in de telefoontas

2. Op je eigen plek.

3. Pak je spullen(Map,Boek en pen)

4. Stilte.

El esquema het schema

1. Repaso herhaling

2. vamos a practicar oefenen

        

El objetivo  het doel

Después de esta clase ....Na deze les.....

-Kan ik werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen.

Herhaling

optie 1: Neem je aantekeningen van vorige week door.

optie 2: Pak je oortjes, ga naar Magister --> Spaans en maak de link open.

Regelmatige werkwoorden

Oefenen

Agaráis vuestros libros (werkboek) en la página catorce (14).

Ejercicios; 3,4,5 & 6

Niet klaar?

Dan is het huiswerk voor volgende week

 Binnen = Beginnen

1. Telefoon in de telefoontas

2. Op je eigen plek.

3. Pak je spullen(Map,Boek en pen)

4. Stilte.

El objetivo  het doel

Después de esta clase ....Na deze les.....

-Kan ik werkwoorden in de tegenwoordige tijd vervoegen.

El esquema het schema

1. Tarea huiswerk

2. vamos a practicar oefenen

        

Huiswerk controle

Antwoorden opdracht 3

	escuchar	trabajar	comprar
yo		trabaj o
tú	escuch as		compr as
él/ ella/ usted		trabaj a
nosotros	escuch amos		compr amos
vosotros		trabaj áis
ellos/ellas/ustedes	escuch an		comp ran

Opdracht 4

	Leer	Aprender
yo	le o	aprend o
tú	le es	aprend es
él/ella/usted	le e	aprend e
nosotros	le emos	aprend emos
vosotros	le éis	aprend éis
ellos/ellas/ustedes	le en	aprend en

Opdracht 5

• yo escribo
  
• tú escribes
  
• Marta (ella/zij) escribe
  
• Óscar (él/hij) escribe
  
• Manuel y yo (nosotros/wij) escribimos
  
• Javier y tú (vosotros/jullie) escribís
  
• Roció y Tomás (ellos/zij meervoud/hun) escriben
  
• Rosa y Carmen (ellas) escriben
  

Opdracht 6 

• leéis - vosotros
  
• hace - él, ella, usted
  
• tengo - yo
  
• conozco - yo
  
• ve - él,ella,usted
  
• aprendemos - nosotros
  
• hablas - tú
  

• leen - ellos, ellas, ustedes
  
• escribís - vosotros
  
• tenéis - vosotros
  
• hago - yo
  
• ven - ellos, ellas, ustedes
  
• queremos - nosotros
  
• vives - tú
  
• tienes - tú
  

Zijn er vragen?

We gaan oefenen

1. maak de oefeningen.

2. pak jouw werkboek en maak opdracht 9, 10 en 11 met het hulp van de woordenlijst (magister).

3. Werk op jouw werkstuk

Regelmatige werkwoorden