les 5

• Middelbare school

Welkom

Mobiel uitzetten en in de tas doen.

Rustig op je eigen plek gaan zitten.

Je schrift en etui op tafel leggen.

Je laptop nog even in je tas laten zitten.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

Deze les

Terugblik doelen vorige les/week.   

Uitleg nieuwe doelen.   

Opdrachten maken.   

Afsluiten; hoe is het deze les gegaan? 

Wat weet je nog/al?

Evolutietheorie,

natuurlijke selectie, 
variatie, 
isolatie, 
soort, 
survival of the fittest.

Welke vragen waren lastig?

18c

Andere vragen fout en nog niet duidelijk waarom?  

Of snap je een vraag nog niet?  

Vraag dan zo tijdens het maken van de opdrachten nog even om extra uitleg.

Nieuwe leerdoelen deze week: 

-Je moet kunnen beschrijven wat de evolutietheorie inhoudt. 

-Je moet kunnen omschrijven wat fossielen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie. 

-Je moet kunnen omschrijven wat overeenkomsten bij verschillende soorten organismen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie. 

-Je moet kunnen omschrijven wat fossielen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie.  

-Je moet kunnen omschrijven wat overeenkomsten bij verschillende soorten organismen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie. 

Wat zijn de argumenten ter ondersteuning van de evolutietheorie:

-Fossielen
-Overeenkomst in DNA
-Overeenkomst in embryonale ontwikkeling
-Overeenkomst in bouw (maar verschil in functie)

-Rudimentaitre organen

We zullen ze 1 voor 1 bekijken.

Fossielen.

Wat zijn fossielen en waarom ondersteunen ze de evolutietheorie?

-Overeenkomst in DNA

Dit kunnen we pas een aantal jaar.

Hiermee zie je dat sommige soorten veel overeenkomsten in hun DNA hebben. 
Hoe meer overeenkomsten in het DNA hoe waarschijnlijker het is dat ze een gezamelijke voorouder hebben gehad.

Overeenkomst in embryonale ontwikkeling.

Overeenkomst in bouw (maar verschil in functie).

Rucimentaire organen

Leerdoelen:

-Je moet kunnen beschrijven wat de evolutietheorie 

inhoudt. 

-Je moet kunnen omschrijven wat fossielen hebben 

bijgedragen aan de evolutietheorie. 

-Je moet kunnen omschrijven wat overeenkomsten bij verschillende soorten organismen hebben bijgedragen aan de evolutietheorie. 

Kun je bereiken door:

-Te lezen / bestuderen de tekst van B5 en B6

-Te maken: B5 opdr 15 t/m 18 en B6 opdr 19 t/m 21 

-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.   

-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.

Afsluiting.

Hoe ver ben je gekomen? 

Negen vragen over de leerdoelen van deze week. 

Feedback geven en vragen. 

Ga je thuis nog wat doen om de doelen te bereiken? Zo ja, wat?

Natuurlijke selectie is noodzakelijk voor evolutie

1. Waar
2. Niet waar

Mutaties zijn niet noodzakelijk voor evolutie

1. Waar
2. Niet waar

Is de ontwikkeling van bacteriën naar eencellige planten een voorbeeld van evolutie?

1. ja
2. nee

Wie heeft de evolutie van mens en dier ontdekt?

1. Columbus
2. Darwin
3. Marco Polo
4. Einstein

Wat heb je nodig voor evolutie?

1. concurrentie
2. generaties
3. variatie
4. veel nakomelingen

Wat is evolutie?

1. Evolutie is het ontstaan van nieuwe soorten doordat organismen met de oorspronkelijke vorm uitsterven.
2. Evolutie is de ontwikkeling van leven op aarde, waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen.
3. Evolutie is de grotere overlevingskans van individuen met een betere aanpassing aan het milieu.

Wat is GEEN argument voor evolutie?

1. Fossielen
2. Rudimentaire organen
3. Overeenkomsten in DNA
4. Uitsterven van soorten

Welke term omschrijft de afbeelding hiernaast het beste?

1. Natuurlijke selectie
2. Isolatie
3. Variatie
4. Evolutie

Wat zijn rudimentaire organen?

1. Organen die we nog steeds gebruiken
2. Organen die nog steeds aanwezig zijn maar geen functie hebben.
3. Organen met een specifieke functie

Genoteerd wat je thuis gaat doen?  

Pak dan je tas in en wacht nog even rustig op je eigen plek tot het tijd is.

spinners per klas 

       hv1a                       hv1b                           hv2a                         hv2b