havo hoofdstuk 11

Scheikunde Havo
Hoofdstuk 11: kunststoffen
1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Scheikunde Havo
Hoofdstuk 11: kunststoffen

Slide 1 - Diapositive

11.1 additiepolymerisatie

Slide 2 - Diapositive

11.2 Condensatiepolymerisatie

Slide 3 - Diapositive

11.3 Eigenschappen

Slide 4 - Diapositive

11.4 Verwerking

Slide 5 - Diapositive

Juist of Onjuist?
De polymerisatie van chlooretheen is een additiepolymerisatie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

acrylzuur kan polymeriseren tot polyacrylzuur, met welke polymerisatiereactie?
A
additiepolymerisatie
B
condensatiepolymerisatie

Slide 7 - Quiz

Juist of fout?
Polymeren zijn opgebouwd uit monomeren.
A
Juist
B
Fout

Slide 8 - Quiz

kunststoffen worden gemaakt door kleine koolwaterstofmoleculen aan elkaar te verbinden. Hoe heet dit proces?
A
polymeren
B
macromoleculen
C
polymeriseren
D
composieten

Slide 9 - Quiz

Is dit molecuul een polymeer?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

Dit polymeer is
gemaakt via ...
A
additie- polymerisatie
B
condensatie-polymerisatie

Slide 11 - Quiz

Dit polymeer is een ...
A
thermoharder
B
thermoplast

Slide 12 - Quiz

Dit polymeer is een
A
thermoharder
B
thermoplast

Slide 13 - Quiz

Dit polymeer is
gemaakt via .....
A
additie- polymerisatie
B
condensatie-polymerisatie

Slide 14 - Quiz

Dit polymeer is
een eiwit.
Eiwitten zijn
opgebouwd uit ...
A
vetzuren
B
koolhydraten
C
vetten
D
aminozuren

Slide 15 - Quiz


Dit polymeer is gemaakt uit
A
2-hydroxypropeenzuur
B
3-hydroxypropeenzuur
C
2-hydroxypropaanzuur
D
3-hydroxypropaanzuur

Slide 16 - Quiz

Wat is een polymeer?
A
Een macromolecuul
B
een legering
C
een serie gekoppelde monomeren
D
een alliage

Slide 17 - Quiz


Onder bepaalde omstandigheden heeft het polymeer dat je hiernaast ziet afgebeeld een gemiddelde molecuulmassa van 2 500 000 u.

Uit hoeveel monomeermoleculen is een dergelijk polymeer opgebouwd?
A
4,5104
B
7,8103
C
9,0103
D
1,6104

Slide 18 - Quiz

Juist of onjuist?
Bekijk de afbeelding en geef aan of de bewering juist of onjuist is:
Het monomeer van dit polymeer is etheen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Met welke van onderstaande stoffen kan geen polymeer gemaakt worden?
A
4-methylpent-2-yn
B
benzeen-1,4-diamine
C
1,2-dichloorpropeen
D
3-hydroxybutaanzuur

Slide 20 - Quiz


A
thermoharder
B
thermoplast

Slide 21 - Quiz

Thermoharder kan je spuitgieten
A
waar
B
niet waar

Slide 22 - Quiz

Wat is hier op microniveau weergegeven?

A
thermoplast
B
thermoharder

Slide 23 - Quiz

Een plastic boterbakje is een voorbeeld van een
A
thermoplast
B
thermoharder
C
elastomeer

Slide 24 - Quiz

Hiernaast zie je een bakeliet telefoon. Wat is dit
A
Thermoharder
B
Thermoplast

Slide 25 - Quiz

Hoe noem je een kunststof die zacht wordt als je het verwarmt?
A
Thermoharder
B
Thermoplast

Slide 26 - Quiz

Hiernaast zie je een plastic drinkflessen. Wat is dit
A
Thermoharder
B
Thermoplast

Slide 27 - Quiz

Juist of onjuist?
Bij de productie van speelgoed worden korrels kunststof in een spuitgietmachine verwarmd. De zacht geworden kunststof wordt in een vorm geperst en afgekoeld.
Uitspraak: De kunststof die men gebruikt is een thermoharder.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 28 - Quiz