Les 1 Lezen om je vakdeskundigheid te vergroten

Lesdoelen
Ik kan:
  • manieren van lezen en leesstrategieën toepassen;
  • een onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte vinden in een tekst;
  • alinea's en kernzinnen onderscheiden;
  • tekstverbanden en signaalwoorden vinden in een tekst.
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 11 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Lesdoelen
Ik kan:
  • manieren van lezen en leesstrategieën toepassen;
  • een onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte vinden in een tekst;
  • alinea's en kernzinnen onderscheiden;
  • tekstverbanden en signaalwoorden vinden in een tekst.

Slide 1 - Diapositive

5. Manieren van lezen
  • Oriënterend lezen (titel, tussenkopjes, afbeeldingen, bron, inleiding, slot)
  • Globaal lezen (hoofdzaken, kernzinnen begin/ eind alinea)
  • Intensief lezen (betekenis woorden, hoofdgedachte)
  • Kritisch lezen (beoordeelt informatie,
    info volledig/actueel)

Slide 2 - Diapositive

37. Onderwerp
  • Waar de tekst voornamelijk over gaat, noem je het onderwerp
  • Het onderwerp kun je meestal in één woord
    of in enkele
    woorden beschrijven. 
  • Deelonderwerpen: Meestal is zo’n tussenkopje een beschrijving van het deelonderwerp in een of in enkele woorden.

Slide 3 - Diapositive

37. Hoofdgedachte
  • De hoofdgedachte van een tekst is de belangrijkste uitspraak die de schrijver of spreker over het onderwerp doet, zo kort mogelijk in één zin samengevat.
  •  Examenvraag
  • De hoofdgedachte mag je niet
    als een vragende zin formuleren.

Slide 4 - Diapositive

41. Alinea's en kernzinnen
  • Alinea's witregel boven en onder of inspringen 
  • Inhoud hoort bij elkaar, deelonderwerp,
    (hetzelfde gedachte-eenheid)
  •  Kernzinnen: inhoudelijk belangrijkste zin van alinea (begin of eind)

Slide 5 - Diapositive

42. Tekstverbanden en signaalwoorden 1
Tekstverband
Signaalwoorden
Tegenstelling
Maar, toch, echter, hoewel
Opsomming
En, bovendien, verder, ten eerste, ook, ten slotte, daarnaast, tevens
Samenvatting
kortom, al met al
Conclusie
dus, hieruit volgt, dan ook

Slide 6 - Diapositive

42. Tekstverbanden en signaalwoorden 2
Tekstverband
Signaalwoorden
Vergelijking
zoals, evenals, net zo, als
Toelichting/ uitleg
zo, zoals, bijvoorbeeld, ter illustratie, met andere woorden
Voorwaarde
als, indien, mits, tenzij, wanneer
Tijd/ chronologie
vroeger, nu, eerst, later, nadat, inmiddels, daarna, dan, tijdens

Slide 7 - Diapositive

42. Tekstverbanden en signaalwoorden 3
Tekstverband
Signaalwoorden
Oorzaak- gevolg
doordat, waardoor, daardoor, te danken/wijten aan, zodat
Reden- verklaring
omdat, daarom, want, namelijk, immers, aangezien
Doel- middel
om, daartoe, opdat, om te, met behulp van, door middel van

Slide 8 - Diapositive

Evalueren
Ik kan:
  • manieren van lezen en leesstrategieën toepassen;
  • een onderwerp, deelonderwerp en hoofdgedachte vinden in een tekst;
  • alinea's en kernzinnen onderscheiden;
  • tekstverbanden en signaalwoorden vinden in een tekst.

Slide 9 - Diapositive

Volgende keer
Thema: Een leven lang leren
Taak 1: Lezen om je vakdeskundigheid
te vergroten

Slide 10 - Diapositive

Maken
Thema: Een leven lang leren
Taak 1: Lezen om je vakdeskundigheid te vergroten 2F
Opdracht boek 2, 4





Slide 11 - Diapositive