ch 5 Objectif Santé cours 2 15 05 2024 HV2C

1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

pour mercredi, 15 mai
apprendre: ch 5 - vocabulaire A (n-f f-n) schrijvend leren (mots et phrases)

apprendre: page 42 - bloc C - phrases clés (schrijvend leren) n-f f-nf
(wordt overhoord)!!!!!
faire: exerice 9, 10 A, B, C
uitleg: schrijf 1 argument voor en 1 argument tegen i/h Nederlands - telefoon tijdens les en tijdens de pauze
          B. Onderstreep argumenten van 10 A in de tekst met blauw
          C. Lees opnieuw de tekst en antwoord op de vragen in het Nederlands
BOEK B MEENEMEN!!!!!!












Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

BUTS
  • Ik kan een gesprek over gezondheid begrijpen
  • Ik ken woorden die te maken hebben met gezondheid

Slide 6 - Diapositive

RACONTER SUR TA SANTÉ

Slide 7 - Diapositive

Wat heb jij?

Slide 8 - Question ouverte

Ga je naar de arts?

Slide 9 - Question ouverte

Ja, ik heb vanmiddag een afspraak

Slide 10 - Question ouverte

exerices:   9, 10 A, B, C

Slide 11 - Diapositive

au , à la, à l', aux
à le     =  au        j'ai mal au doigt ( ik heb pijn aan de/mijn) vinger
à la     =  à la      j'ai mal à la gorge (ik heb keelpijn)
à l'       =  à l'       j'ai mal à l'oreille (ik heb pijn aan het /mijn oor)
à les   =  aux     j'ai mal aux oreilles (ik heb pijn aan de/mijn oren)

Slide 12 - Diapositive

À faire
exercices;
  • 11 A, B, C
  • 12 A,

Slide 13 - Diapositive

La négation - de ontkenning
niet/geen =  ne.....pas  
niet meer  =  ne......plus 
nog niet    =  ne .....pas encore 
nooit          =  ne ......jamais 
niets          =   ne ........rien
- er is niet/er zijn niet=il y a = il ne y a pas = il n'y a pas
- het is niet = ce n' est pas (het is = c'est - dus: ce ne est pas

Slide 14 - Diapositive

La négation - la suite/vervolg
plaats ontkenning: 
ne staat voor de persoonsvorm
pas staat na de persoonsvorm

dus:  je ne vais pas à l'école   (persoonsvorm= groen)
           je ne vais pas acheter  ( acheter= heel werkwoord)
           il n 'a pas regardé la téle'  (regardé = voltooid deelwoord)

Slide 15 - Diapositive

au travail
bloc D 
16 C, 17 A, 17 C
 

Slide 16 - Diapositive

Donnez 4 mots sur le thème:
Dossier Santé

Slide 17 - Diapositive

Dossier santé

Slide 18 - Carte mentale

Slide 19 - Diapositive

  • Programme
22 mai - les
29 mai - geen les
05 juin - inleveren vlog 2x/ les
12 juin - toets luistervh 2x/ les
19 juin - les

Slide 20 - Diapositive