Werkwoorden op ER / IR / RE in de passé composé deel 2

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Leerdoelen

Je kunt regelmatige werkwoorden op ER / IR / RE vervoegen in de passé composé

Passé composé met avoir  (werkwoorden op -ER)

AVOIR + VOLTOOID DEELWOORD

J'ai parlé

Tu as parlé

Il / elle / on a parlé

Nous avons parlé

Vous avez parlé

Ils / elles ont parlé

Passé composé met être  (werkwoorden op -ER)

Être + VOLTOOID DEELWOORD

Je suis allé  / Je suis allée

Tu es allé / Tu es allée

Il est allé

Elle est allée

Nous sommes allés / Nous sommes allées

Vous êtes allé / Vous êtes allée / Vous êtes allés / Vous êtes allées

Ils sont allés

Elles sont allées

Zet het werkwoord in de passé composé

(donner) ik heb gegeven

Zet het werkwoord in de passé composé

(parler) wij hebben gepraat

Zet het werkwoord in de passé composé

(travailler) jij hebt gewerkt

Zet het werkwoord in de passé composé

(visiter) jullie hebben bezocht

Zet het werkwoord in de passé composé

(chercher) zij (m) hebben gezocht

Zet het werkwoord in de passé composé

(aller) zij is gegaan

Zet het werkwoord in de passé composé

(tomber) Hij is gevallen

Zet het werkwoord in de passé composé

(entrer) wij (m) zijn binnen gekomen

Zet het werkwoord in de passé composé

(rester) jullie (v) zijn gebleven

Passé composé              (werkwoorden op -RE )

bijvoorbeeld: vendre

AVOIR + VOLTOOID DEELWOORD = -RE + U

J'ai vendu

Tu as vendu

Il / elle / on a vendu

Nous avons vendu

Vous avez vendu

Ils / elles ont vendu

Passé composé              (werkwoorden op -IR )

bijvoorbeeld: finir

AVOIR + VOLTOOID DEELWOORD = -R + I

J'ai fini

Tu as fini

Il / elle / on a fini

Nous avons fini

Vous avez fini

Ils / elles ont fini

Zet het werkwoord in de passé composé

(vendre) Ik heb verkocht

Zet het werkwoord in de passé composé

(remplir) hij heeft ingevuld

Zet het werkwoord in de passé composé

(finir) jij hebt beëindigd

Zet het werkwoord in de passé composé

(rendre) wij hebben teruggebracht

Zet het werkwoord in de passé composé

(entendre) u heeft gehoord

Les devoirs 

Volgende les:

Formatieve toets

Werkwoorden op ER / RE / IR in de présent & de passé composé

Nu maken: opdracht verstuurd via magister + zelf nakijken

www.verbuga.eu