Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Thema 2, week 3 Dictee 11
Werkwoorden vervoegen
tegenwoordige tijd
&
verleden tijd
&
voltooid deelwoord
&
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
1 / 45
suivant
Slide 1:
Diapositive
Spelling
Basisschool
Groep 8
Cette leçon contient
45 diapositives
, avec
quiz interactifs
,
diapositives de texte
et
1 vidéo
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Werkwoorden vervoegen
tegenwoordige tijd
&
verleden tijd
&
voltooid deelwoord
&
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Slide 1 - Diapositive
tegenwoordige tijd
ik verbrand
hij verbrand
t
wij verbranden
voltooid deelwoord
Ik ben verbrand
verleden tijd
ik verbrand
de
hij verbrand
de
wij verbrand
den
bijvoeglijk voltooid deelwoord
De
verbrand
e
man
Slide 2 - Diapositive
Zwakke werkwoorden
Slide 3 - Diapositive
Werkwoord: boenen
Jij ...... de vloer.
TT
Slide 4 - Question ouverte
Werkwoord: boenen
Jij ...... de vloer.
VT
Slide 5 - Question ouverte
Werkwoord: boenen
Jij hebt de vloer .....
VD
Slide 6 - Question ouverte
Werkwoord: boenen
De ...... vloer
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Slide 7 - Question ouverte
Werkwoord: verbranden
De man ...... het hout.
TT
Slide 8 - Question ouverte
Werkwoord: verbranden
De man ...... het hout.
VT
Slide 9 - Question ouverte
Werkwoord: verbranden
De man heeft het hout ......
VD
Slide 10 - Question ouverte
Werkwoord: verbranden
Het ....... hout
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Slide 11 - Question ouverte
Werkwoord: spelen
....... jij een toneelstuk?
TT
Slide 12 - Question ouverte
Werkwoord: spelen
....... jij een toneelstuk?
VT
Slide 13 - Question ouverte
Werkwoord: spelen
Heb jij een toneelstuk .......
VD
Slide 14 - Question ouverte
Werkwoord: spelen
Het ....... toneelstuk
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Slide 15 - Question ouverte
Werkwoord: vergissen
De juf ....... zich.
TT
Slide 16 - Question ouverte
Werkwoord: vergissen
De juf ....... zich.
VT
Slide 17 - Question ouverte
Werkwoord: vergissen
De juf heeft zich ......
VD
Slide 18 - Question ouverte
Sterke werkwoorden
Slide 19 - Diapositive
Werkwoord: gedragen
Bart ..... zich erg goed.
TT
Slide 20 - Question ouverte
Werkwoord: gedragen
Bart ...... zich erg goed.
VT
Slide 21 - Question ouverte
Werkwoord: gedragen
Bart heeft zich goed ......
VD
Slide 22 - Question ouverte
Werkwoord: kopen
Mijn oma ..... een jurk
TT
Slide 23 - Question ouverte
Werkwoord: kopen
Mijn oma ....... een jurk
VT
Slide 24 - Question ouverte
Werkwoord: kopen
Mijn oma heeft een jurk ......
VD
Slide 25 - Question ouverte
Werkwoord: kopen
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
De ...... jurk
Slide 26 - Question ouverte
Werkwoord: winnen
Het team .... de wedstrijd.
TT
Slide 27 - Question ouverte
Werkwoord: winnen
Het team .... de wedstrijd.
VT
Slide 28 - Question ouverte
Werkwoord: winnen
Het team heeft de wedstrijd .......
VD
Slide 29 - Question ouverte
Werkwoord: winnen
De ....... wedstrijd.
Bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Slide 30 - Question ouverte
Slide 31 - Diapositive
Vul het voltooid deelwoord in.
Ik heb een boterham ...(eten)
Slide 32 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in.
Ik ..... een boterham.
Slide 33 - Question ouverte
Vul het voltooid deelwoord in.
Ik heb heel hard ....(rennen)
Slide 34 - Question ouverte
Vul het voltooid deelwoord in.
Gisteren ben ik om vier uur naar huis...(gaan)
Slide 35 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in.
Ik ...... wel 10 minuten. (fietsen)
Slide 36 - Question ouverte
Vul het voltooid deelwoord in.
Ik ben al 3 jaar ... (trouwen)
Slide 37 - Question ouverte
Vul het voltooid deelwoord in.
Gisteren hebben wij de hele avond ...(dansen)
Slide 38 - Question ouverte
Slide 39 - Vidéo
Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in.
De weg werd verbreed.
De ..... weg.
Slide 40 - Question ouverte
Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in.
Jammer dat ik het doel heb gemist.
Het ..... doel.
Slide 41 - Question ouverte
Vul het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord in.
De man heeft zijn hand verbrand.
De verbrande hand.
Slide 42 - Question ouverte
Vul de verleden tijd in: VERBRANDEN
De man ...... zijn hand.
Slide 43 - Question ouverte
Evaluatie
Slide 44 - Carte mentale
snappet
Spelling
Thema 2 - week 1
DICTEE 3
LEES GOED WAT ER WORDT GEVRAAGD!!!!!!!
Slide 45 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Thema 2, week 3 Dictee 11
Octobre 2019
- Leçon avec
19 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
11. Thema 2, week 3 les 12 bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Octobre 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
20. Thema 3, week 4 Werkwoordendictee bijvoeglijk voltooid deelwoord
Novembre 2019
- Leçon avec
26 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
Thema 4, week 2 Les 8 Persoonsvormen van werkwoorden op -ten en -den in de tegenwoordige en de verleden tijd
Novembre 2024
- Leçon avec
17 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
groep 8 werkwoord spelling cito
Octobre 2024
- Leçon avec
44 diapositives
nederlands
Primary Education
Perfectum Werkwoorden Voor Beginners
Mai 2023
- Leçon avec
15 diapositives
NT2
Kleuteronderwijs
Thema 7, week 1 Dictee 3 werkwoorden
Mars 2020
- Leçon avec
31 diapositives
Spelling
Basisschool
Groep 8
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
Mai 2024
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1