Cette leçon contient 47 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
3.3 Zeestromen en klimaatgebieden
H2 Klimaat en landschap
Domein aarde
H4
Slide 1 - Diapositive
Lesdoel
Je kent de klimaatclassificatie van Köppen.
Je weet het verschil tussen warme en koude zeestromen en wat die aandrijft.
Je begrijpt de invloed van gebergtes, land en zee op klimaten.
Je begrijpt de wijze waarop zonne-energie de atmosferische circulatie en oceanische circulatie aandrijft.
Je begrijpt het verband tussen de luchtcirculatie en de zeestromen aan de ene kant en het vóórkomen van klimaatgebieden aan de andere kant.
Je kunt klimaatgrafieken analyseren en het heersende klimaat met behulp van de atlas verklaren.
Slide 2 - Diapositive
Zeestromen
Slide 3 - Diapositive
Wat valt je op?
Slide 4 - Diapositive
Oceanische circulatie
aangedreven door de atmosferische circulatie (de hoofdwindstromen)
Warme zeestroom: van evenaar naar polen
Koude zeestroom: van polen richting evenaar
Slide 5 - Diapositive
Wat valt op aan het water bij woestijnen?
Slide 6 - Diapositive
Wat valt op aan het water bij Antarctica?
Slide 7 - Diapositive
Herverdeling warmte
Atmosferische en oceanische circulatie
Atmosferische circulatie logisch
Maar hoe werkt dit met de oceanische circulatie?
Slide 8 - Diapositive
Zowel zeestromen als windstromen hebben op het noordelijk halfrond een afwijking naar links
A
juist
B
onjuist
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Aangeven welke invloed atmosferische circulatie en zeestromen hebben op klimaat- en landschapsgebieden
Warme zeestroom: zorgt voor warmte, regen en ijsvrijehavens tot aan Moermansk toe
Koude zeestroom: zorgt voor extra koud klimaat. In subtropen: voorkomen woestijnen; koud zeewater koelt de lucht erboven af, waardoor deze weinig vocht kan vasthouden (geen damp!)
Slide 12 - Diapositive
Zeestromen
Zeestromen volgen de overheersende windrichting! (althans aan de oppervlakte)
Warme zeestromen (vanuit een warm gebied)
Koude zeestromen (vanuit een koud gebied)
Slide 13 - Diapositive
Oceanische circulatie: zeestromen
Slide 14 - Diapositive
Thermohaliene circulatie
Slide 15 - Diapositive
Thermohaliene circulatie
Thermo = temperatuur
Haliene = zoutgehalte
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Vidéo
Klimaatgebieden
Slide 18 - Diapositive
Wat is een klimaatgebied?
Slide 19 - Diapositive
Klimaatgebied:
Groot gebied met hetzelfde klimaat (vaak aan de hand van Köppen te onderscheiden)
Slide 20 - Diapositive
Klimaatfactoren:
1. Geografische breedteligging
(hoe dichter bij de evenaar hoe warmer)
2. Gebergte en hoogte
(hoe hoger je komt, hoe kouder het is)
3. Type oppervlak
(water of land)
Slide 21 - Diapositive
Lees de tekst van 3.3
> maak nu eerst opdracht 1,2,3,4
Slide 22 - Diapositive
Hoe werkt de klimaatclassificatie van Köppen?
Slide 23 - Diapositive
Wat is een klimaatgebied?
Slide 24 - Question ouverte
Slide 25 - Diapositive
Klimaattypes
A:
B:
C:
D: E:
Slide 26 - Diapositive
Klimaattypes
A: Tropisch ->
B: Droog ->
C: Zee ->
D: Land -> E: Polair ->
Slide 27 - Diapositive
Slide 28 - Diapositive
Slide 29 - Diapositive
Oefening klimaatgrafieken
Geef per grafiek aan welk klimaat erbij hoort volgens Köppen
Slide 30 - Diapositive
1. Welk hoofdklimaat?
2. Welke tweede letter moet er dan bij?
Slide 31 - Diapositive
Welk klimaat volgens köppen?
A
Cs
B
Cf
C
Cw
Slide 32 - Quiz
1. Welk hoofdklimaat?
2. Welke tweede letter moet er nog bij?
Slide 33 - Diapositive
Welk klimaat volgens köppen?
A
EF
B
ET
C
EH
Slide 34 - Quiz
1. Welk hoofdklimaat?
2. Welke tweede letter moet er nog bij?
Slide 35 - Diapositive
A
As
B
Af
C
Aw
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Diapositive
Na de vakantie?
- Zorg ervoor dat je je opdrachten online hebt bijgewerkt
(3.1 t/m 3.3)
- Bekijk en leer de gemaakte paragrafen m.b.v. de LessonUp