Spelling het voltooid deelwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

Het programma

- huiswerk nakijken

- spellingsspel

Huiswerk nakijken

Maak oefening 1 t/m 4 vanaf blz. 84.

Spelling voltooid deelwoord

- Werk in tweetallen

- De winnaars krijgen allebei een lolly.

BELANGRIJK! 

Lees het volgende eerst goed door!

Voltooid deelwoord

Doel van deze les:

Aan het einde van deze les ken je de spellingsregels van het voltooid deelwoord.

'Luister' naar het woord:

Soms kun je horen hoe je het voltooid deelwoord schrijft:

(bakken)                  Ik heb een taart gebakken.

(eten)                        Daarna hebben we de taart gegeten.

(drinken)                  We hebben er cola bij gedronken.

Wat weet je al?

Bij grammatica heb je al geleerd hoe je een voltooid deelwoord kunt herkennen in een zin.

Bekijk het volgende fimpje. Het filmpje duurt iets meer dan 2 minuten..... dat moet lukken! 

Vaak eindigt een voltooid deelwoord op een t-klank. Je schrijft soms een t, soms een d.

Gebruik dan het hulpmiddel: 't ex-kofschip

't ex-kofschip

verwennen:

1. de stam is verwenn

2. laatste letter is een n deze zit niet in 't ex-kofschip

3. dus een d --> is verwend

't ex-kofschip

missen

1. de stam is miss

2. laatste letter is een s deze zit wel in 't ex-kofschip

3.dus een t --> heb gemist

1.Schrijf op: vissen
1. stam
2. laatste letter
3. het voltooid deelwoord

2. Schrijf op: verhuizen
1. stam
2. laatste letter
3. het voltooid deelwoord

3. Schrijf op: struikelen
1. stam
2. laatste letter
3. het voltooid deelwoord

4. Schrijf op: wandelen
1. stam
2. laatste letter
3. het voltooid deelwoord

5. Schrijf het voltooid deelwoord op:

KAARTEN: Ik heb gisteren met mijn vrienden ……..

6. Schrijf het voltooid deelwoord op:

SPELEN: We hebben wel drie rondes …………

7. Schrijf het voltooid deelwoord op:

HUILEN: Toen hij viel, heeft hij hard …...

8. Schrijf het voltooid deelwoord op:

TROUWEN: Onze beste vrienden zijn vorig jaar …..

9. Schrijf het voltooid deelwoord op:

VOLGEN: Op de basisschool heb ik een typecursus …….

10. Schrijf het voltooid deelwoord op:

VERHUIZEN: Een paar maanden geleden zijn we …...

11. Schrijf het voltooid deelwoord op:

REGENEN: Het heeft al de hele ochtend …...

12. Schrijf het voltooid deelwoord op:

FIETSEN: Ik heb door de regen ……

13. Schrijf het voltooid deelwoord op:
KUCHEN: Anna heeft veel _______

14. Schrijf het voltooid deelwoord op:

TWIJFELEN: Ik heb ontzettend _______

15. Schrijf het voltooid deelwoord op:

Horen: Mijn broertje heeft de muziek ________.

16. Schrijf het voltooid deelwoord op:

Gebeuren. Het is gisteren __________

17. Schrijf het voltooid deelwoord op:

WERKEN: Mijn ouders hebben de hele week …….

18. Schrijf het voltooid deelwoord op:

LIGGEN: Mijn broertje heeft veel op de bank …..

19. Schrijf het voltooid deelwoord op:

VERMAKEN: Volgens mij heeft hij zich prima …..

20. Wat is het voltooid deelwoord?

21. Wat is het voltooid deelwoord van 'passen'?

22. Het voltooid deelwoord van wachten is:

23. Wat is het voltooid deelwoord van 'protesteren'?

24. Wat is het voltooid deelwoord van
faxen?

Samen nakijken!

Zelf aan de slag!

• Maak oefening 1 t/m 5 vanaf blz. 110