Powercollege 18_Reële rente en kredietkosten

Powercollege 18_Reële rente en kredietkosten
1 / 10
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 4

Cette leçon contient 10 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Powercollege 18_Reële rente en kredietkosten

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  • Je weet wat nominale rente is
  • Je weet wat reële rente is en kan dit berekenen 
  • Je weet wat de begrippen rendement, beleggen en obligaties betekenen
  • Je weet wat kredietkosten zijn en kan dit berekenen

Slide 2 - Diapositive

De koopkracht is afhankelijk van ...
A
Het prijsniveau en je behoeften
B
Je inkomsten en je uitgaven
C
Je inkomsten en je behoeften
D
Je inkomsten en het prijsniveau

Slide 3 - Quiz

Koopkracht
  • Koopkracht geeft aan hoeveel dingen je kan kopen met je inkomen.
  • Koopkracht word hoger als je meer gaat verdienen.
  • Koopkracht wordt lager als je minder gaat verdienen. 

Slide 4 - Diapositive

Als je veel geld hebt word dat door inflatie elk jaar minder waard.
  • Om te bepalen wat er met de koopkracht van je spaargeld gebeurt rekenen mensen de reële rente uit. 
  • De reële rente reken je uit met de formule: nominale rente - inflatie
  • Nominale rente= percentage rente van spaargeld in procenten
  • Inflatie=  waarde vermindering van geld in procenten 

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeldvraag 1. De bank geeft 0,2% rente. De inflatie is 1%. Wat is de reële rente?

Slide 6 - Question ouverte

Om te voorkomen dat spaargeld waarde verliest investeren mensen geld in: 
  • Aandelen, gebouwen, goud en/of obligaties
  • Als je een obligatie uitschrijft leen je geld uit aan bedrijven of de overheid. Dit levert je een vaste rente op van bijvoorbeeld 2%
  • Het geld wat je met  beleggingen verdient noemen we rendement. 
  • Mijn rendement van mijn aandelen was in 2022 €108,00 op 3.000 euro. (dus 3,6%)

Slide 7 - Diapositive

Kredietkosten:
  • Kredietkosten zijn kosten die je maakt als je geld leent. Eigenlijk is kredietkosten een mooi woord voor rente dat je betaalt voor een lening.
  • Kredietkosten reken je als volgt uit: 
  • Kredietkosten= (termijnbedrag x aantal termijnen) - krediet

Slide 8 - Diapositive

Voorbeeldvraag 2. Je leent €7.500. Je betaalt de lening in twee jaar terug en betaalt elke maand €368. Wat zijn je kredietkosten

Slide 9 - Question ouverte

Uitwerking voorbeeldvraag 2 
Je leent €7.500. Je betaalt de lening in twee jaar terug en betaalt elke maand €368. Wat zijn je kredietkosten
Kredietkosten= termijnbedrag x aantal termijnen - krediet
2 jaar = 24 maanden
 €368,00 x 24 = €8.832,00  

Slide 10 - Diapositive