3.1 Duitsland onder Hitler

1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 3,4

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Aan het eind:
1. kun je de belangrijkste ontwikkelingen in. nazi-Duitsland, als voorbeeld van een extreemrechtse totalitaire staat,  herkennen en beschrijven.

2. weet je welke rol de Conferentie van München en het niet-aanvalsverdrag spelen in de aanloop richting de Tweede Wereldoorlog.

3. Begrijp je waarom Europese leiders (van bv Engeland en Frankrijk) eind jaren '30 een vorm van appeseamentpolitiek toepassen.
Hierna: uitleg

Slide 2 - Diapositive

In 1938 wordt Oostenrijk toegevoegd aan nazi-Duitsland, want in Oostenrijk spreken de mens Duits. Deze aansluiting heet de Anschluss.

Hierna eist Hitler nog meer Lebensraum (leefruimte) voor het Arische ras. Ook vindt hij dat alle Duitstaligen in Duitsland moeten wonen (Heims Ins Reich).

Hoe reageren de leiders van Frankrijk en Engeland op de eisen van Hitler?
- Door appeseamentpolitiek in te zetten.

Maar wat is dat? Zie filmpje


Hierna: filmpje JORT appeasementpolitiek (4 min).

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Vidéo


Klik op de spotprent om in te zoomen.
Op de draken zijn hakenkruizen te zien.
1. Deze hakenkruizen zijn het symbool van het nationaalsocialisme / fascisme.
2. De tekenaar van de spotprent heeft veel / weinig vertrouwen in de appeasementpolitiek
A
1. nationaalsocialisme, 2. veel
B
1. nationaalsocialisme, 2. weinig
C
1. fascisme, 2. veel
D
1. fascisme, 2. weinig

Slide 5 - Quiz


Op de Conferentie van München (1938) wordt vergaderd of de provincie Sudetenland in Tsjecho-Slowakije wel of niet bij nazi- Duitsland wordt toegevoegd.
Welk land is niet aanwezig bij deze Conferentie van München?
A
Italië
B
Duitsland
C
Tsjecho-Slowakije
D
Groot-Brittannië

Slide 6 - Quiz

Bekijk hiernaast de afbeelding over het niet-aanvals-verdrag (Molotov-Ribbentrop-verdrag) om een tweefrontenoorlog voor Nazi-Duitsland te voorkomen.
Sleep de vlaggen naar de juiste plek:
Hierna: filmpje 'Naspelen Conferentie van München' - Welkom in de jaren '20 (+3 min)

Slide 7 - Question de remorquage

Slide 8 - Vidéo


In het filmpje werd de Conferentie van München nagespeeld.
Wanneer vond de Conferentie van München plaats?
A
In 1933
B
In 1938
C
In 1942
D
In 1945

Slide 9 - Quiz

Bekijk hiernaast een print screen van 2:30. 
Sleep de namen van leiders van landen naar de juiste plek:
Hierna: filmpje 'naspelen van niet-aanvalsverdrag - Welkom in de jaren '20 (+ 2 min)
Mussolini van Italië
Chamberlain van Engeland
Daladier van Frankrijk
Hitler van nazi-Duitsland
Beneš van Tsjecho-Slowakije

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Vidéo


Klik op de afbeelding om in te zoomen.
Je ziet een print screen van 1:33.

Welk land wordt met een rood potlood in tweeën gesplitst?
A
De Sovjet-Unie (USSR)
B
Nazi-Duitsland
C
Polen
D
Tsjecho-Slowakije

Slide 12 - Quiz


Klik op de afbeelding om in te zoomen.
Je ziet een print screen van 1:33.

Met een rood potlood wordt Polen in tweeën 
gesplitst door ......
Hierna: uitleg enkele veldslagen.
A
De Sovjet-Unie (USSR) en Frankrijk
B
De Sovjet-Unie (USSR) en Nazi-Duitsland
C
Nazi-Duitsland en Engeland
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist

Slide 13 - Quiz

Als in 1939 nazi-Duitslland Polen aanvalt is de oorlog officieel gestart.

Hierna komen nog meer veldslagen, bv:
- de Slag om Engeland (luchtoorlog, 1940)
Operatie Barbarossa (1941)
- Slag om Stalinrad (1942-'43)
- en meer.

Bij elke veldslag wordt door nazi-Duitsland de Blitzkrieg- tactiek ingezet.

Slide 14 - Diapositive


Klik op de afbeelding om in te zoomen.
Je ziet in de afbeelding vier kaarten van Europa met militaire aanvallen tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Op welke kaart is operatie Barbarossa te herkennen? 


A
Kaart 1
B
Kaart 2
C
Kaart 3
D
Kaart 4

Slide 15 - Quiz


Welk begrip uit de les begrijp je nog niet en wil je graag uitgelegd krijgen in een volgende les?
Einde les!
Lebensraum
Heims Ins Reich
appeseament-politiek
Conferentie van München
Niet-aanvalsverdrag
tweefronten-oorlog
nationaal-socialisme
de Anschluss
Blitzkrieg
Operatie Barbarossa

Slide 16 - Sondage

Aan het eind:
1. kun je uitgebreid vertellen hoe Adolf Hitler in de jaren '30 aan de macht kwam in Duitsland;
2. weet je te omschrijven welke rol de volgende begrippen speelde in de WOII: Conferentie  van Munchen, Hitlerjugend, Kristallnacht, Neurenberg, propaganda en hersenspoeling;
3. kun je enkele gebeurtenissen tentijde van de WOII in de juiste tijdsvolgorde zetten.
Je kunt 20 punten verdienen!
Hierna: filmpje Histoclips 'Duitsland onder Hitler'

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Hoe heette de politieke partij van Adolf Hitler?
A
SS
B
SA
C
NSDAP
D
NSB

Slide 19 - Quiz

Bij de start ben je met Google-maps op een indrukwekkend terrein geweest waar de NSDAP van Adolf Hitler zijn 'partijdagen' hield (zie plaatje hiernaast).

In welke plaats was dit?
A
Berlijn
B
Munchen
C
Neurenberg
D
Hamburg

Slide 20 - Quiz

Het Verdrag van Versailles betekende het einde van ...
A
de Eerste Wereldoorlog
B
De Tweede Wereldoorlog
C
De Koude Oorlog
D
De Frans-Duitse oorlog

Slide 21 - Quiz

" ........... is het maken van reclame voor bepaalde denkbeelden (dus niet voor producten), bijv. voor een politieke partij"

Welk woord hoort op de stippellijntjes?
A
Indoctrinatie
B
Censuur
C
Collaboratie
D
Propaganda

Slide 22 - Quiz

Op welke manier is Adolf Hitler in 1933 rijkskanselier van Duitsland geworden?
A
Via een staatsgreep
B
Op een democratische manier
C
Door het erven van de macht
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist

Slide 23 - Quiz

Slide 24 - Vidéo

De Hitlerjugend ...
A
was voorloper van de SA.
B
maakte de film 'Triumph des Willens'
C
was een jeugdclub van de nazi-partij
D
geen van de genoemde antwoorden is juist

Slide 25 - Quiz

Welke twee groepen werden genoemd die tegen de komst van de nazi's van Adolf Hitler demonstreerden?
A
sociaal-democraten en joden
B
sociaal-democraten en communisten
C
joden en communisten
D
geen van de genoemde antwoorden is juist.

Slide 26 - Quiz

Een omschrijving:
De leden van deze nazi-organisatie stonden ook wel bekend als bruinhemden. Zij moesten de partijbijeenkomsten beschermen tegen
politieke tegenstanders. Zij vormden knokploegen tegen Joden,
communisten en andere tegenstanders van Hitler.
Welke organisatie wordt omschreven?
A
Gestapo
B
NSDAP
C
SA
D
SS

Slide 27 - Quiz

De SA ....
A
was een prive-leger van Adolf Hitler
B
was de politieke partij van Adolf Hitler
C
was de naam van het stadion in Neurenberg
D
probeerde de Kristallnacht te voorkomen.

Slide 28 - Quiz

Hitler verplichtte voor alle leerlingen op school dat zij de film 'Triumph des Willens' moesten zien.

Dit is een voorbeeld van...
A
propaganda
B
censuur
C
collaboratie
D
hersenspoeling

Slide 29 - Quiz

Welk begrip is het meest van toepassing op het plaatje hiernaast?
A
Kristallnacht
B
SA
C
antisemitisme
D
Hitlerjugend

Slide 30 - Quiz

Een invulopdracht over de eigenaar van een Duits kledingbedrijf:

1 In 1931 werd hij lid van de …(1)… , de partij van Hitler. Door het contact met de nazi’s kon hij een nieuw bedrijf beginnen.

2 Hij maakte de uniformen van de nazi-knokploeg, de …(2)… , ook wel de Bruinhemden genoemd.

3 Ook de zwarte uniformen van de elitesoldaten, de …(3)… , ook wel de Duitse Zwarthemden genoemd, werden door hem gemaakt.
A
1. SS, 2. SA, 3. NSDAP
B
1. SA, 2. NSDAP, 3. SS
C
1. NSDAP, 2. SS, 3. SA
D
1. NSDAP, 2. SA, 3. SS

Slide 31 - Quiz


Al vanaf 1935 werden er in Duitsland televisieprogramma’s uitgezonden. De inhoud van die programma’s werd door de staat bepaald. In de uitzendingen kwam van alles aan bod, zoals kooktips, voetbalwedstrijden en wetenschappers die voorhoofden en neuzen van Arische en niet-Arische kinderen opmeten.

Welke twee kenmerken van het nationaal-socialisme herken je in bovenstaande tekst? 
A
Führerprincipe en totalitair
B
Führerprincipe en concentratiekampen.
C
rassenleer en terreur
D
rassenleer en totalitair

Slide 32 - Quiz

Slide 33 - Vidéo

Bekijk hiernaast een print screen van 11:47.

Welk woord ontbreekt op het rode kruisje?
A
kartoffel
B
Chef
C
Land
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist

Slide 34 - Quiz

Sleep de volgende gebeurtenissen in de juiste tijdsvolgorde (van links naar rechts):
Eerste gebeurtenis
Tweede gebeurtenis
Derde gebeurtenis
Vierde gebeurtenis
Vijfde gebeurtenis
Hitler pleegt een staatsgreep,  maar dit mislukt
Duitsland tekent het Verdrag van Versailles.
Hitler verandert Duitsland van een democratie in een dictactuur.
De Kristallnacht
Hitler wordt rijkskanselier van Duitsland.

Slide 35 - Question de remorquage

Twee uitspraken:
I. Nazi-Duitsland bezette eerst het Duitse deel van Tsjecho-Slowakije, daarna Oostenrijk.

II. In het Verdrag van München stond dat Adolf Hitler, na de inname van (het Duitse deel van) Tsjecho-Slowakije, geen andere landen meer zou aanvallen.
A
Beide uitspraken zijn juist
B
Beide uitspraken zijn onjuist
C
Alleen uitspraak I is juist
D
Alleen uitspraak II is juist

Slide 36 - Quiz

Adolf Hitler houdt zich vervolgens niet aan het Verdrag van München, want hij valt ......... aan'
A
Nederland
B
Frankrijk
C
Groot-Brittannie
D
Geen van de genoemde landen is juist

Slide 37 - Quiz

Adolf Hitler houdt zich vervolgens niet aan het Verdrag van München, want hij valt Polen aan.'

Waar ligt Polen?
A
Bij cijfer 1
B
Bij cijfer 2
C
Bij cijfer 3
D
Bij cijfer 4

Slide 38 - Quiz

Welke twee landen verklaren Nazi-Duitsland de oorlog, waarna Adolf Hitler Polen aanvalt?
A
Frankrijk & Verenigde Staten
B
Verenigde Staten & Groot-Brittannie
C
Groot-Brittannië & Frankrijk
D
Sovjet-Unie & Frankrijk.

Slide 39 - Quiz

In november 1941 richtte de Duitse bezetter in Nederland de zogenaamde
Kultuurkamer op. Als je als muzikant, toneelspeler, schrijver of schilder je beroep wilde blijven uitoefenen, dan móest je lid worden van deze Kultuurkamer.

Welk begrip hoort bij deze maatregel van de Duitse bezetter?
A
Collectivisatie
B
Gelijkschakeling
C
invloedssferen
D
mobilisatie

Slide 40 - Quiz

Noem DRIE gebeurtenissen die in de Tweede Wereldoorlog hebben plaatsgevonden, maar die je hebt gemist in deze Lesson-opdracht.
Geef de 3 gebeurtenissen een cijfer (1, 2 en 3):

Slide 41 - Question ouverte

Week 2
Klassenafspraak:
  • Spullen op orde
  • Niet "schreeuwen/praten" door de klas
  • We praten niet door elkaar heen
  • Respect voor elkaar en elkaars spullen

Slide 42 - Diapositive

Planning
  • Uitleg wo2
  • Zelfstandig werken
  • Doelen checken
  • Eventueel kijken 

Slide 43 - Diapositive

Periode 2


Onderwerp: 
- Tweede Wereldoorlog
- De tijd na 1945 
- Omgaan met bronnen
Toetsing: 
- Toets 1: 
- Tweede Wereldoorlog 
- 23 januari (weging 2x)

Toets 2:
- H3 en H4 (deels) 
- Toetsweek 2 (weging 3x)
Schrijf vast in je agenda

Slide 44 - Diapositive