les 9

1 / 14
suivant
Slide 1: Vidéo

Cette leçon contient 14 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

0

Slide 1 - Vidéo

Wat moet je NIET doen volgens dit filmpje?

Slide 2 - Question ouverte

Welke tip ga jij gebruiken?

Slide 3 - Question ouverte

0

Slide 4 - Vidéo

Welke inleiding zou jij gebruiken?

Slide 5 - Question ouverte

De inleiding

  • Stel jezelf voor.
  • Maak het publiek nieuwsgierig; introduceer het onderwerp.
  • Vertel zo nodig hoe je presentatie is opgebouwd.
  • Maak duidelijk wanneer het publiek vragen kan stellen.

BEGIN NIET MET HET  VOORLEZEN VAN JOUW DIA'S!

Slide 6 - Diapositive

Het middenstuk
  • Behandel de deelonderwerpen in een logische volgorde.
(gebruik dezelfde volgorde die je hebt benoemd in de inleiding)
  • Leg duidelijk verbanden tussen de deelonderwerpen: gebruik actief signaalwoorden als eerst, daarna en vervolgens.
    Versterk jouw structuur ook via andere signaalwoorden, zoals omdat, daarom, toch, maar, bijvoorbeeld, etc.

Slide 7 - Diapositive

Slot
  • Geef een korte samenvatting of conclusie.
  • Sluit je presentatie af met een opvallende uitspraak.
  • Vraag of er nog vragen zijn.
  • Bedank het publiek voor de aandacht.

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Wat is het doel van deze presentatie?
A
informeren
B
instrueren
C
overtuigen
D
vermaken

Slide 13 - Quiz

Wie vormen de doelgroep van de presentatie?
A
kinderen
B
jongeren
C
volwassenen
D
65-plussers

Slide 14 - Quiz