Oefentoets hst 12

schooljaar 2023 - 2024
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

schooljaar 2023 - 2024

Slide 1 - Diapositive

Planning periode 3
Zelfstandig werken hst 12

Slide 2 - Diapositive


Lees het artikel hiernaast.
Wat is een mutatie? (zoek op in §11.5)

Slide 3 - Question ouverte


Wat is GEEN belangrijk sleutelbegrip bij evolutie?
A
selectie
B
generaties
C
het aangepast zijn van soorten
D
communiceren

Slide 4 - Quiz


De ontwikkeling van apen tot mensapen is een voorbeeld van evolutie. 
A
juist
B
onjuist

Slide 5 - Quiz


Welke evolutionaire veranderingen hebben mensapen t.o.v. apen? 
A
Opponeerbare duim
B
Verdwijnen van de staart
C
groter hersenvolume
D
Zowel a t/m c

Slide 6 - Quiz


Wat is GEEN argument voor evolutie?
A
Fossielen
B
Overeenkomst in bouw bij organismen
C
Overeenkomst in DNA bij organismen
D
Mensen worden ouder

Slide 7 - Quiz


Hoe heette het principe dat volgens Darwin de drijvend kracht achter de evolutie is?
A
Natuurlijke extinctie
B
Natuurlijke selectie
C
Natuurlijke sequentie
D
Natuurlijke reproductie

Slide 8 - Quiz


In een bepaalde populatie komen ongeveer evenveel slakken met lichtgekleurde huisjes voor als slakken met donkergekleurde huisjes. De kleur van de huisjes is erfelijk bepaald. Door een verandering in de omgeving wordt de ondergrond waarop ze leven donkerder. Vogels eten daardoor slakken met lichte huisjes eerder op dan die met donkere. Na een paar generaties blijken er in die populatie bijna geen slakken met lichte huisjes meer te zijn.
Is er in deze populatie sprake van selectie?
A
Nee
B
Ja, van kunstmatige selectie
C
Ja , van natuurlijke selectie

Slide 9 - Quiz

De evolutietheorie gaat ervan uit dat:
1. Door mutatie steeds nieuwe ......................... ontstaan. 
2. Als een organisme zich kan aanpassen aan zijn omgeving heeft hij een grotere ............................. Dit verschijnsel noemen we .........................
3. Dat door ......................... een zelfde soort steeds meer kan verschillen van elkaar, omdat ze in een andere omgeving leven. Hierdoor kunnen er uiteindelijk nieuwe ......................... ontstaan. Deze verschillende soorten kunnen zich uiteindelijk niet meer .......................... samen.

soorten
overlevingskans
natuurlijke selectie
isolatie
genotypen
voortplanten

Slide 10 - Question de remorquage


Bekijk de afbeelding hiernaast.
In welke tijd gingen planten zich voortplanten via bloemen?
A
Siluur
B
Trias
C
Jura
D
Krijt

Slide 11 - Quiz

In de plaatjes hieronder zie je hoe een dinosauriër een fossiel wordt. 
Zet de plaatjes in de juiste volgorde.

Slide 12 - Question de remorquage

Inleiding voor de volgende 3 vragen:

Slide 13 - Diapositive


Hoe heet de theorie die verklaart hoe in de loop van de tijd door mutatie
en selectie nieuwe soorten ontstaan uit een gemeenschappelijke voorouder?
A
de mutatie
B
de natuurlijke selectie
C
de evolutie
D
de biologie

Slide 14 - Quiz


Welke groep vissen is volgens
de stamboom het langst
geleden als aparte
groep ontstaan? 
A
Petrochromis
B
blauwe regenboogvis
C
Plecodus
D
prinses van Burundi

Slide 15 - Quiz


Aan welke groep vissen is
een schubbeneter het meest
verwant volgens
de stamboom? 
A
Petrochromis
B
blauwe regenboogvis
C
Plecodus
D
prinses van Burundi

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Diapositive


Wat wordt er met deze afbeelding bedoeld?
A
Dat mensen van de apen afstammen
B
Dat mensen en apen gemeenschappelijke voorouders hebben.
C
Dat er door micro-evolutie nieuwe soorten zijn ontstaan
D
Dat er veel apen zijn.

Slide 18 - Quiz

Leg in eigen woorden uit wat het verschil is tussen bacteriën en virussen. Probeer hier zoveel mogelijk woorden aan te geven.

Slide 19 - Question ouverte


Waarom kunnen virussen sneller evalueren als andere organismen?
A
In virussen gebeuren vaker mutaties.
B
Als er een mutatie plaats vind dan zijn er snel erg veel met deze mutatie omdat ze snel kopiëren.
C
Omdat andere organismen veel langer leven.
D
Omdat virussen veel besmettelijker zijn.

Slide 20 - Quiz


Leg in je eigen woorden uit wat natuurlijke selectie is.

Slide 21 - Question ouverte


Waarom is het gevaarlijk als bacteriën resistent worden tegen antibioticum?

Slide 22 - Question ouverte

Huiswerk do 15 febr.
- Maak de vragen in het werkboek van 12.3
- Kijk de vragen na, omcirkel de vragen die je lastig en fout had.
De komende 2 lessen komen te vervallen. Deze toets moet met minimaal een voldoende (5.5) worden afgesloten anders moet je hem op school overnieuw maken in je eigen tijd.

Slide 23 - Diapositive