Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Recept leren lezen
Begrijpend lezen
1 / 36
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Basisschool
Groep 8
Cette leçon contient
36 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Begrijpend lezen
Slide 1 - Diapositive
Tekstsoorten & tekstdoelen
Slide 2 - Diapositive
Geen alinea's
Wel alinea's
Slide 3 - Diapositive
timer
0:20
recept
spelregels
stappenplan
Slide 4 - Question de remorquage
timer
0:20
reglement
gedragsregels
bijsluiter
medicijnen
Slide 5 - Question de remorquage
Schrijfdoelen
Informeren:
kennis over een bepaald onderwerp vergaren
Overtuigen:
een mening ondersteund met argumenten.
Opiniëren/beschouwen:
de lezer kan zijn eigen mening vormen aan de hand van de tekst.
Amuseren:
ter ontspanning.
Activeren:
de lezer moet iets doen.
Slide 6 - Diapositive
informeren
amuseren
activeren
opiniëren
overtuigen
recept
recensie
roman
affiche
betoog
Slide 7 - Question de remorquage
Informeren
Instrueren
Overtuigen
recept
betoog
advertentie
sollicitatiebrief
handleiding
bijsluiter
Slide 8 - Question de remorquage
Materialen, apparatuur en gereedschap
Slide 9 - Diapositive
Welke apparatuur gebruik je in de keuken?
Slide 10 - Carte mentale
Voor welk soort fornuis heb je speciale pannen nodig?
A
Gasfornuis
B
Elektrisch fornuis
C
Keramische kookplaat
D
Inductiekookplaat
Slide 11 - Quiz
Wat is het voordeel van een elektronische weegschaal
A
Goedkoop
B
gaat lang mee
C
nauwkeurig
Slide 12 - Quiz
recept
Slide 13 - Carte mentale
Weet je het nog?
Welke manier van lezen gebruik je?
verkennend lezen
nauwkeurig lezen
Je leest een recept om een taart te bakken.
Je bekijkt de voor- en achterkant van een boek om te bepalen of je het gaat kopen.
Slide 14 - Question de remorquage
Het recept
Slide 15 - Diapositive
600 gram
125 gram
125 gram
1 teentje
1 eetlepel
Slide 16 - Question de remorquage
Waarin maak je de ovenschotel?
A
B
C
D
Slide 17 - Quiz
Voor hoeveel personen is dit recept?
A
4 personen
B
20 personen
C
10 personen
D
75 personen
Slide 18 - Quiz
Hoeveel eetlepels mogen er in totaal in het recept?
A
1 eetlepel
B
2 eetlepels
C
3 eetlepels
D
4 eetlepels
Slide 19 - Quiz
Op hoeveel graden moet de oven staan?
A
B
C
D
Slide 20 - Quiz
Wat moet je doen voor kleintjes vanaf 10 maanden?
A
B
C
D
Slide 21 - Quiz
Recept lezen
Slide 22 - Diapositive
Wat zijn goudrenetten?
A
B
C
D
Slide 23 - Quiz
kaneelpoeder
basterdsuiker
poedersuiker
bloem
Slide 24 - Question de remorquage
Gebakken ei
a
gekookt ei
c
geklutst ei
b
losgeklopt ei
d
Slide 25 - Question de remorquage
Hoeveel gram aan ingrediënten zit er in het recept?
A
150 gram
B
400 gram
C
530 gram
D
600 gram
Slide 26 - Quiz
Opdracht 2
De tekst is een recept. Wat is waar?
A
In een recept beginnen veel zinnen met een instructiewoord en is de volgorde van de zinnen niet belangrijk
B
In een recept beginnen weinig zinnen met een instructiewoord en is de volgorde van de zinnen belangrijk.
C
In een recept beginnen veel zinnen met een instructiewoord en is de volgorde van de zinnen belangrijk.
D
In een recept beginnen weinig zinnen met een instructiewoord en is de volgorde van de zinnen niet belangrijk
Slide 27 - Quiz
Wat is het voordeel van een elektronische weegschaal
A
Goedkoop
B
gaat lang mee
C
nauwkeurig
Slide 28 - Quiz
Hoe herken je een goede instructie?
Stap voor stap wordt verteld wat, hoe en wanneer je iets moet doen (denk aan signaalwoorden)
Het gebruik van doe-woorden (gebiedende wijs) zoals:
Pak
je boek
Snijd
het vlees
Omschrijf
het argument
Lees
de tekst
Slide 29 - Diapositive
Instructies worden vaak gegeven in
A
een vraagvorm
B
de gebiedende wijs
Slide 30 - Quiz
Een gebiedende wijs is:
A
u-vorm
B
hele werkwoord
C
hij-vorm
D
gebod of bevel
Slide 31 - Quiz
.........................maar een snoepje. ( Pakken)
Zet de zin in de gebiedende wijs.
A
Pakken
B
Pak
C
Ik pak
D
Pak jij
Slide 32 - Quiz
het recept
Slide 33 - Diapositive
Bij wie is deze patiënt geweest?
A
Dierenarts
B
Huisarts
C
Tandarts
D
Spoedeisende hulp
Slide 34 - Quiz
Wanneer is het recept geschreven?
A
25-10-2017
B
12-10-1986
Slide 35 - Quiz
Wat is een capsule?
A
B
C
D
Slide 36 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
Recept leren lezen
Septembre 2024
- Leçon avec
43 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 8
Recept leren lezen
il y a 29 jours
- Leçon avec
38 diapositives
Nederlands
Basisschool
Groep 8
Bananenbrood
Décembre 2024
- Leçon avec
24 diapositives
par
digital instruction - support
bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Stap-voor-Stap instructies
Gevulde Speculaaskoeken
Décembre 2024
- Leçon avec
39 diapositives
par
digital instruction - support
bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Stap-voor-Stap instructies
Gevulde Speculaaskoeken
Décembre 2024
- Leçon avec
40 diapositives
par
digital instruction - support
bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Stap-voor-Stap instructies
Pindakaas koekjes
Décembre 2024
- Leçon avec
23 diapositives
par
digital instruction - support
Bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 1
Stap-voor-Stap instructies
Specerijenkrullen
Décembre 2024
- Leçon avec
39 diapositives
par
digital instruction - support
bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Stap-voor-Stap instructies
Eierkoeken
Décembre 2024
- Leçon avec
24 diapositives
par
digital instruction - support
bakken
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 2
Stap-voor-Stap instructies