Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Les 1: Emoties
Slide 1 - Diapositive
Bloedchagrijnig zijn, heel vrolijk zijn, verliefd zijn of koken van woede. Dit zijn allemaal emoties die we meemaken.
Tijdens je pubertijd ervaar je veel emoties en wisselen deze emoties zich vaak af.
In deze les gaan we dieper in op emoties en kijken we naar de rol van je hersenen.
Introductie
Slide 2 - Diapositive
Filmpje
Bekijk de trailer van inside out
Herken jij deze scene?
Heb je dit weleens meegemaakt met je ouders/verzorgers?"
In dit gedeelte blik je vooruit op het onderwerp. Waar gaat het over en waarom is het belangrijk?
Slide 3 - Diapositive
Wat doe jij?
Hoe reageer jij in bepaalde situaties?
Ben je iemand die eerst nadenkt of meteen reageert. En als je reageert, reageer je dan heel fel of rustig?
Er is geen goed of fout.
SCHRIJF HET ANTWOORD OP IN DE VOLGENDE SLIDE >
Hoe doe je het nu?
Slide 4 - Diapositive
Hoe reageer jij in bepaalde situaties?
Slide 5 - Question ouverte
1. Je krijgt een proefwerk terug met een 10!
Hoe zou jij reageren en waarom?
Hoe doe je het nu?
Slide 6 - Question ouverte
2 Iemand dringt voor in de rij:
Hoe zou jij reageren en waarom?
Hoe doe je het nu?
Slide 7 - Question ouverte
3. Je bent zonder reden heel droevig
Hoe zou jij reageren en waarom?
Hoe doe je het nu?
Slide 8 - Question ouverte
4. Je hebt straks een presentatie en bent héél ongerust
Hoe zou jij reageren en waarom?
Hoe doe je het nu?
Slide 9 - Question ouverte
Verschillende Emoties
In je pubertijd kunnen emoties best heftig zijn. Je kunt soms het ene moment heel boos zijn en een kwartier later weer dubbel liggen van het lachen.
Emoties bepalen hoe we reageren, beïnvloeden beslissingen en bepalen hoe we communiceren. Emoties onder controle houden noemen we emotieregulatie. Het doel van emoties reguleren is de intensiteit (heftigheid) van emoties te veranderen. Daar komen we de volgende les nog op terug.
In dit gedeelte gaan we dieper in op de stof.
Slide 10 - Diapositive
Als tiener ervaar je emoties heftiger dan volwassenen. In je hersenen vindt een sterkere activiteit plaats dan bij volwassenen.
Dit is een reden dat jij als tiener soms heftiger kunt reageren op bepaalde emoties.
Nu je dit weet kun je kijken wat je kunt doen als je een heftige emotie voelt.
In dit gedeelte gaan we dieper in op de stof.
Voorbeeld: Onvoldoende voor een proefwerk
Je hebt een onvoldoende gehaald voor een belangrijk proefwerk. Je bent nu boos, verdrietig en in paniek. Je kunt bij de pakken neer gaan zitten en piekeren: "Stel dat ik alleen maar onvoldoendes ga halen of "Ik ga nooit over". Deze manier is begrijpelijk, maar niet heel nuttig.
Wat je beter kunt doen is proberen je negatieve emotie om te zetten in een positieve of realistische emotie. Bijvoorbeeld: "Het is maar één onvoldoende en voor de rest heb ik wel allemaal voldoendes gehaald.
Klik op plus als je de tekst gelezen hebt
Slide 11 - Diapositive
Maak een mindmap met de vijf basisemoties. In het midden zet je jezelf neer, daar omheen de vijf emoties. Bij elke emotie beschrijf je dingen die met school te maken hebben waarbij jij die emotie(s) voelt.
Het kunnen allerlei situaties zijn, van toetsen en huiswerk tot klasgenoten en pauzes.
Voorbeeld:
In dit gedeelte gaan we dieper in op de stof.
Opdracht
ik
Blij
Een voldoende gehaald
voor een moeilijke toets
Een onvoldoende gehaald voor een toets waar je goed voor hebt geleerd
Boos
Slide 12 - Diapositive
Quiz: Emoties
5. Quiz
Test je kennis!
Slide 13 - Diapositive
QUIZ
Als je op de antwoorden klikt en het is groen dan is dat het goed antwoord.
Slide 14 - Diapositive
Welke woorden passen bij woede?
timer
0:30
Bij tips vind je altijd een aantal handige leerstrategieën
Test je kennis!
A
Leed, verdriet, huilen
B
Vreugde, springen, lach
C
Giftigheid, kwaad, ruzie
D
Paniek, angst, help
Slide 15 - Quiz
Welke woorden passen bij angst?
timer
0:30
Test je kennis!
A
Razernij, woede, schreeuwen
B
Huppelen, springen, zingen
C
Afschuw, vies kijken, haat
D
Schrik, bibberen, bang
Slide 16 - Quiz
Welke woorden passen bij blijdschap?
timer
0:30
Test je kennis!
A
Tegenzin, afstoten, walg
B
Droefenis, hartzeer, leed
C
Plezier, vermaak, vrolijkheid
D
Boosheid, kwaad, lastig
Slide 17 - Quiz
Welke woorden passen bij afkeer?
timer
0:30
Test je kennis!
A
Afschuw, tegenzin, hekel
B
Zingen, lachen, springen
C
Toorn, woest, schreeuwen
D
Huilen, rouw, neerslachtig
Slide 18 - Quiz
Welke woorden passen bij verdriet?
timer
0:30
Test je kennis!
A
Haat, nijd, agressie
B
Droefenis, treurig, eenzaam
C
Lachen, opgewekt, positief
D
Tegenzin, afkeer, hekel aan
Slide 19 - Quiz
Wat doe jij om een somber gevoel opzij te zetten?
Test je kennis!
Slide 20 - Question ouverte
Wat doe jij om de slappe lach te stoppen in de klas?
Test je kennis!
Slide 21 - Question ouverte
Praktijk
In deze les heb je geleerd:
Waarom emoties bij jongeren heftiger kunnen zijn
Dat emotie regulatie belangrijk is --> volgende les meer
Wat de vijf basisemoties zijn en wanneer jij deze voelt op school.
Bij tips vind je altijd een aantal handige leerstrategieën