2V H1 spelling: leestekens/ gebiedende wijs

H1 Spelling
Leestekens
Gebiedende wijs
1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H1 Spelling
Leestekens
Gebiedende wijs

Slide 1 - Diapositive

Wanneer gebruik je een komma in een zin?

Slide 2 - Carte mentale

Leestekens
  • Punt: einde van een zin met 1 mededeling.
  • Komma: tussen twee persoonsvormen (samengestelde zin), vóór voegwoorden (want, maar, omdat, etc.) en als je delen van een zin niet los uit kunt spreken. 
  • Puntkomma: sterk samenhangende zinnen.
  • Dubbele punt: sterk samenhangende zinnen + toelichting eerste zin ( komma, want)

Slide 3 - Diapositive

Herschrijf de volgende zin met zorg voor spelling en zet de puntkomma op de juiste plaats.

ik heb een sportief weekend gehad ik heb een hardlooprecord gehaald

Slide 4 - Question ouverte

Gebiedende wijs
Je geeft een bevel: 
  • Raap dat eens op!
  • Word eens volwassen!
  • Er staat geen onderwerp in de zin.

Je gebruikt altijd de ik-vorm van het werkwoord.
Je gebruikt de tegenwoordige tijd.  
Nooit -dt <<<<<

Slide 5 - Diapositive

In je schrift

Leg met behulp van theorie uit waarom het leesteken tussen de haakjes correct gebruikt is.

Slide 6 - Diapositive

1 Ik ga graag naar de bioscoop, terwijl mijn ouders liever naar het theater gaan.
2 Als het morgen regent, gaat de excursie naar de dierentuin niet door.

3 Jos draagt graag een pak. Verder heeft hij chique schoenen en dure horloges.


Slide 7 - Diapositive

4 Daar vliegt een ooievaar. Zou die bij het nest op het dak van de kerk horen?
5 Jesse koopt vaak nieuwe cd’s, die hij meestal op internet bestelt.
6 Als piloot verdien je goed. Toch zou ik liever een andere baan hebben.

Slide 8 - Diapositive

Gebiedende wijs : geen onderwerp in de zin,
persoonsvorm- ik vorm tegenwoordige tijd.
pv.tt = er staat wel een onderwerp in de zin, standaard regels t.t.
stam/ stam + t/ hele ww

Slide 9 - Diapositive

Welke vorm is juist?
A
Houdt de dief!
B
Houd de dief!

Slide 10 - Quiz

Welke vorm is juist?
A
Je raadt nooit hoeveel kilometers ik heb gelopen!
B
Je raad nooit hoeveel kilometers ik heb gelopen!

Slide 11 - Quiz

Welke vorm is juist?
A
Hoeveel kilometers ik heb gelopen, dat raad je nooit.
B
Hoeveel kilometers ik heb gelopen, dat raadt je nooit.

Slide 12 - Quiz