6v ak ZO Azië Natuurlijke hulpbronnen

ZO Azië natuurlijke hulpbronnen
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

ZO Azië natuurlijke hulpbronnen

Slide 1 - Diapositive

Continentaal plat
Wat zijn verschillen tussen continentaal plat en oceanische korst?

Waaraan herken je het
continnetaal plat op een kaart?


Slide 2 - Diapositive

Bestudeer in boek
pag. 88-89

Ertsen
Fossiele hulpbronnen
Bodemvruchtbaarheid

1. oorzaak voorkomen
2. plaats waar het voorkomt

Slide 3 - Diapositive

Let op
Soms moet je bij de nu volgende vragen alternatieve antwoorden zelf formuleren.

Slide 4 - Diapositive

Wat zijn ertsen?
A
economische delfstoffen
B
metalen
C
geologisch gevormde delfstoffen
D
delfstoffen waaruit je mineralen kunt winnen

Slide 5 - Quiz

Noem 3 kernwoorden
hoe ertsen door vulkanisme
kunnen worden gevormd.

Slide 6 - Carte mentale

Waarom komen ertsen veel bij rivieren voor?
A
door erosie, verwering transport en sedimentatie
B
het water wast de mineralen schoon
C
door verschil in stroomsnelheid
D
rivieren worden gebruikt voor het zware transport met schepen

Slide 7 - Quiz

Noem 3 kernwoorden
hoe fossiele brandstoffen
kunnen worden gevormd.

Slide 8 - Carte mentale

aardgas ontstaat vanuit
A
steenkool
B
steenkool of aardolie
C
aardolie
D
sedimentlagen met klei

Slide 9 - Quiz

Wat voor soort gesteenten heb je nodig voor aardgas in de aarde?
A
niet-poreus gesteente
B
poreus gesteente
C
kalksteen
D
poreus gesteente & niet- poreus gesteente erboven

Slide 10 - Quiz

Wat is de rol van sedimentlagen bij de vorming van fossiele brandstoffen?
Ze zorgen voor...
A
hogere druk
B
ze sluiten de onderliggende laag af
C
hogere temperatuur
D
ze bevatten holtes voor gas

Slide 11 - Quiz

Waarom heeft Indonesië meer fossiele brandstoffen dan de andere ZO-Aziatische landen?
A
door de vegetatie
B
door het klimaat
C
door het vulkanisme
D
door het bezit van het Sundaplat

Slide 12 - Quiz

Noem 3 kernwoorden
die de hoge vruchtbaarheid
in ZO Azië verklaren.

Slide 13 - Carte mentale

De hoge temperatuur is gunstig voor de groei van planten in de landbouw, maar heeft ook een negatieve rol.

Welke negatieve rol speelt de hoge temperatuur in de landbouw van Zuidoost-Azië?
A
er is veel water nodig voor de verdamping
B
snelle afbraak van stoffen in de bodem
C
de vorming van veel CO2
D
er ontstaan snel ziektes in planten

Slide 14 - Quiz

Waarom zijn landen met veel natuurlijke hulpbronnen
niet altijd ook de landen met een hoog BNP per inwoner?

Slide 15 - Question ouverte

Bestudeer bron 10
Hierna volgt de vraag

Slide 16 - Diapositive

Welk patroon is zichtbaar in de ontbossing op Borneo?
A
de minder bereikbare delen zijn het eerst ontbost
B
de voor landbouw ongeschikte delen zijn het eerst ontbost
C
de best bereikbare delen zijn het eerst ontbost
D
de legaal aangewezen gebieden zijn het eerst ontbost

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Vidéo

Voor welk product wordt het meest gekapt van het tropisch regenwoud in Indonesië?
A
tropisch hardhout
B
cacao
C
palmolie
D
rijst

Slide 19 - Quiz

Palmolie wordt niet gebruikt voor
A
cosmetica
B
voedingsmiddelen zoals boter
C
biobrandstoffen
D
soja

Slide 20 - Quiz

In 2015 was mondiaal aan oppervlakte aan verdwenen voor palmolie even veel als de oppervlakte van...
A
Borneo
B
Zwitserland
C
Groot Brittannië
D
4 x Zwitserland

Slide 21 - Quiz

Noem een nadeel van
certificaten dat een
product geen palmolie bevat

Slide 22 - Carte mentale

Door de kap van het regenwoud wordt het leefgebied van de orang oetang drastisch verkleind. Google de leukste foto (leuk EN netjes) van de oerang oetan die er op internet te vinden is, nu het nog kan.

Slide 23 - Question ouverte

Het vernietigen van het regenwoud betekent
A
waterbom: veel H2O in de lucht
B
koolstofbom: veel CO2 in de lucht
C
meer fotosynthese en dus klimaatverandering
D
niets, door palmolieplanta- ges blijft het CO2 neutraal

Slide 24 - Quiz

Wat is een neveneffect van de kap van tropische wouden?
A
bosbranden
B
een negatief terugkoppelingseffect op klimaatverandering
C
meer van het broeikasgas methaan in de lucht
D
een lager Bruto Regionaal Product

Slide 25 - Quiz