Ontdek je persoonlijkheidsstijl met de DISC-test

• Engels
• MBO
• Studiejaar 2

Ontdek je persoonlijkheidsstijl met de DISC-test

Leerdoel

Aan het einde van de les kun je de verschillende DISC-stijlen beschrijven en voorbeelden geven.

Wat weet je al over de DISC-test?

Wat is de DISC-test?

De DISC-test is een persoonlijkheidsassessment dat helpt bij het begrijpen van gedragsstijlen.

Dominant (D-stijl)

Mensen met een dominante stijl zijn direct, assertief en resultaatgericht.

Bijvoorbeeld: Iemand die snel beslissingen neemt en de leiding neemt in een groep.

Invloedrijk (I-stijl)

Mensen met een invloedrijke stijl zijn enthousiast, sociaal en optimistisch.

Voorbeeld: Iemand die graag in het middelpunt van de aandacht staat en anderen motiveert. 

Stabiel (S-stijl)

Mensen met een stabiele stijl zijn geduldig, betrouwbaar en loyaal.

Voorbeeld: Iemand die anderen graag helpt en altijd klaarstaat.

Conformerend (C-stijl)

Mensen met een conformerende stijl zijn nauwkeurig, georganiseerd en analytisch.

Voorbeeld: 

Iemand die graag details controleert en systemen verbetert.

DISC-stijlen combineren

In werkelijkheid hebben mensen vaak een combinatie van verschillende DISC-stijlen.

Toepassing in het dagelijks leven

Het begrijpen van je DISC-stijl kan je helpen om effectiever te communiceren en samen te werken met anderen.

Interactief: Wat is jouw DISC-stijl?

Doe de DISC-test en ontdek welke persoonlijkheidsstijl het beste bij jou past.

Voorbeeld: Samenwerken met verschillende stijlen

Stel je voor dat je een groepsproject hebt en je weet dat een teamlid een dominante stijl heeft. Hoe zou je effectief met die persoon kunnen samenwerken?

Reflectie

Denk na over hoe je kennis van de DISC-stijlen kunt toepassen in je dagelijks leven.

Einde van de les

Je hebt nu geleerd over de verschillende DISC-stijlen en hoe ze kunnen worden toegepast.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.