11.1 deel 2

H11: Erfelijkheid
11.1   Eigenschappen en chromosomen
1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

H11: Erfelijkheid
11.1   Eigenschappen en chromosomen

Slide 1 - Diapositive

Laptop blijft in de tas
Boek B op tafel

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen?
- herhalen 11.1 eerste deel (laptop nodig)
- Uitleg 11.1 tweede deel
- werken aan leerdoelen/ huiswerkopdrachten

Slide 3 - Diapositive

Plattegrond

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Planning periode 3

Slide 6 - Diapositive

Deze les gaan we aan de gang met de bovenstaande leerdoelen. 
Aan het einde van deze les kun je vertellen in hoeverre je ze beheerst.

Slide 7 - Diapositive


Waar zitten je cellen?
A
Voornamelijk in je organen.
B
Overal in je lichaam.
C
Voornamelijk in je hersenen.
D
Alleen in je weefsel.

Slide 8 - Quiz

Waar in de cel bevinden zich de chromosomen?
A
In het cytoplasma.
B
In de celkern.
C
In het DNA.

Slide 9 - Quiz

Leg uit waar de informatie voor erfelijke eigenschappen in je lichaam zit. Beantwoord zo uitgebreid mogelijk.
Leg uit waar de informatie voor erfelijke eigenschappen in je lichaam zit. Beantwoord zo uitgebreid mogelijk.

Slide 10 - Question ouverte

Dit is de chromosomenkaart van een ....
A
vrouw
B
man

Slide 11 - Quiz

Vragen bespreken van 11.1 ?
1 t/m 15

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Maar wat zit er op de chromosomen?

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Diapositive


genotype:
de informatie in het DNA / 
de eigenschappen op de chromosomen

fenotype:
de verschijningsvorm van een eigenschap
(wordt bepaald door het genotype en omgevingsfactoren)

Slide 20 - Diapositive

Zet deze begrippen in de volgorde van klein naar groot


DNA 
Chromosoom 
gen 
celkern

Slide 21 - Diapositive

Heeft een vlinder hetzelfde fenotype als de rups waaruit hij is ontstaan?

En hetzelfde genotype?

Slide 22 - Diapositive

Heeft een kiemplantje hetzelfde fenotype als het zaadje waaruit hij is ontstaan?

En hetzelfde genotype?

Slide 23 - Diapositive

Vul de begrippenlijst aan met:
Gen: ...
Genotype: ...
Genoom:....

Slide 24 - Diapositive

Maken en lezen:

1. Maak van 11.1 opdracht 16 t/m 25
2. Kijk de opdrachten na
3. Maak de Lesson-Up van 11.1 les 2





De volgende les

11.2  
Chromosomen doorgeven




Slide 25 - Diapositive


Wat is een gen?

Slide 26 - Question ouverte



Leg uit hoe de eigenschappen op de chromosomen liggen. 
Gebruik in je antwoord de woorden: genen en dna.

Slide 27 - Question ouverte


Welk begrip hoort bij de volgende omschrijving:
"Alle genen op de chromosomen samen"

Slide 28 - Question ouverte


De meeste organismen hebben een verschillend aantal chromosomen, wel zijn het allemaal even getallen. Leg uit hoe dit komt.

Slide 29 - Question ouverte

Van klein naar groot
A
gen - DNA - chromosoom - celkern
B
DNA - gen - chromosoom - celkern
C
gen - chromosoom - DNA - celkern
D
DNA - chromosoom - gen - celkern

Slide 30 - Quiz

Je kunt het genotype van de mens aanpassen
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quiz

Heeft een vlinder hetzelfde fenotype als de rups waaruit hij is ontstaan?
En hetzelfde genotype?
A
alleen hetzelfde fenotype
B
alleen hetzelfde genotype
C
zowel hetzelfde fenotype als hetzelfde genotype

Slide 32 - Quiz

Hoeveel chromosomen heeft de mens?
A
46 paren dus 92 in totaal
B
23 chromosomen, 46 paren
C
23 paren dus 46 in totaal
D
44 paren, 22 chromosomen

Slide 33 - Quiz