Quizvragen 1.1 t/m 1.4 nieuw

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Wat is geen weerelement?

1. Temperatuur
2. Wind
3. Sneeuw
4. Bewolking

Bron 1 laat een weerkaart van de provincie Groningen zien. Welke weerelementen ontbreken er op de weerkaart?

1. bewolking en temperatuur
2. luchtdruk en temperatuur
3. luchtdruk en neerslag

Welke klimaatfactor zie je hier?

1. Hoogteligging
2. Breedteligging
3. Zeestromen
4. Ligging van gebergten

Door welk klimaatfactor is de temperatuur in januari aan de kust lager?

1. Breedteligging
2. Hoogteligging
3. Afstand tot de zee
4. Geen van deze

Welk seizoen heeft Nederland in dit plaatje?

1. winter
2. zomer
3. herfst
4. lente

In Spanje is het warmer dan in Nederland doordat de zoninvalshoek in Spanje:

1. Langer is
2. Korter is
3. Groter is
4. Kleiner is

Als het in een dal op 1200 meter hoogte 14° C. is, wat is dan de temperatuur op 3200 meter hoogte?

1. 18° C.
2. -2,9° C.
3. 3,8° C.
4. 2° C.

Verder met uitleg 1.3!

Geef met behulp van bron 2 aan waardoor de kans dat je in Nederland verbrandt groter is dan in Zuidwest-Spanje.

Zie afbeelding

Wat zijn isobaren?

1. Lijnen die plaatsen met dezelfde hoogte verbinden.
2. Lijnen die plaatsen met dezelfde temperatuur verbinden.
3. Lijnen die plaatsen met dezelfde hoeveelheid neerslag verbinden.
4. Lijnen die plaatsen met dezelfde luchtdruk verbinden.

Plaats de juiste omschrijving op de juiste plek

Zonnig

Weinig wind

Veel wind

Bewolkt / neerslag

Gebruik bron 2. In welk deel van Spanje (noorden, oosten, zuiden of westen) waait het het hardst? Leg je antwoord uit.

Bij welke cijfer(s) vindt je een hogedrukgebied?

1. Alleen bij 1
2. Bij 2 en 4
3. Bij 2 en 3
4. Bij 1 en 4

Bij lage druk

1. Stijgt de lucht
2. Daalt de lucht

Verder met uitleg 1.4!

Wat wordt bedoeld met verdampen?

Condenseren is:

1. Van gasvormig terug naar vloeibaar
2. Van gasvormig naar vaste vorm
3. Van vaste vorm terug naar vloeibaar
4. Van vloeibaar naar gasvormig

Warme lucht ..... (1)
hierbij ......(2) de waterdamp

1. 1=daalt 2=condenseert
2. 1=stijgt 2=verdampt
3. 1=daalt 2=verdampt
4. 1=stijgt 2=condenseert

De zon verwarmt een stuk land. De lucht stijgt op en door de condensatie ontstaan wolken en neerslag. 

Koude botst met warme lucht en duwt deze warme lucht omhoog. De warme lucht stijgt, koelt af, condenseert en uit de wolken valt neerslag.

Lucht borst tegen een gebergte, stijgt op en door condensatie ontstaan wolken en neerslag. 

Frontale neerslag

Stijgingsneerslag

Stuwingsneerslag

Stijgingsneerslag

Frontale neerslag

Stuwingsneerslag

Frontale neerslag komt voor bij de evenaar

1. Juist
2. Onjuist

Check

De overheersende wind in het westen van de Verenigde Staten is een westenwind.

Geef met behulp van bron 9 de oorzaak waardoor in Reno minder neerslag valt dan in Santa Rosa.

Verder met uitleg waterkringloop!

Korte waterkringloop

Lange waterkringloop

afstromen

neerslag

Infiltreren

Verdamping

Condenseren

nu kun je je kennis testen. 

Waar staan twee onderdelen van de waterkringloop die behoren tot de

korte waterkringloop? 

Sleep het juiste antwoord naar 'dit is het goede antwoord.'

Dit is het goede antwoord

afstroming en condensatie 

afstroming en infiltratie

condensatie en infiltratie

condensatie en verdamping

verdamping en afstroming

verdamping en infiltratie

Antwoord

Daalt

Frontale neerslag

Spanje