Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Ik ... (worden) moe van spelling.
pv-tt

1. wordt
2. wort
3. word

Hij .....(onthouden) het gedicht.

pv-tt

1. onthoud
2. onthoudt
3. onthouden
4. onthoudden

Juiste spelling van dit ww in de vt?
Piet en Jan (fietsen) naar huis.

1. Fietste
2. Fietsten
3. Fietsde
4. Fietsden

Juiste spelling van dit ww in de vt?
Wij (belanden) in een lastige situatie.

1. Belanden
2. Belandde
3. Belandden

Juiste spelling van dit ww in de vt?
De docent (verhuizen) vorig jaar naar Breda.

1. Verhuisde
2. Verhuiste
3. Verhuisden
4. Verhuisten

't Sexy Fokschaap

ook wel 't x kofschip

eindigt de ik-vorm (stam) op een letter uit het 't x kofschip

dan -te 

voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord 

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Je kunt ook een voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord gebruiken.

Het eten is aangebrand. 

 Het aangebrande eten.

Je schrijft het voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord zo kort mogelijk.

infinitief	voltooid deelwoord	bijvoeglijk naamwoord
mesten	Het veld is gemest .	Het gemeste veld
huren	het huis is gehuurd .	het gehuurde huis
doden	het dier is gedood .	het gedode dier
redden	Het hert is gered.	Het geredde hert
lopen	De route is gelopen .	De gelopen route

Voltooid deelwoord als bijvoeglijk naamwoord

Dus, zo kort mogelijk:

Het vliegtuig is geland                                Het gelande vliegtuig.

De taart is gebakken.                                    De gebakken taart

Het ijsje is gesmolten                                   Het gesmolten ijsje