4.1 Toename en afname in procenten

1 / 24
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de breuk naar het percentage/ decimaal getal wat erbij hoort

Slide 2 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel % is 18 van 57?
A
31,5%
B
31,6%
C
18,3%
D
18,4%

Slide 3 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

50/1429 * 100= 3,5 procent. 
Je kunt je antwoord controleren; 
1429:100*103,5= 1479 kinderen
Schrijf hier het antwoord op van opdracht 1a: Met hoeveel procent is het aantal geboren baby's in 2019 afgenomen ten opzichte van vorig jaar? Rond af op 1 decimaal: .,.%

Slide 5 - Question ouverte

50/1429 * 100= 3,5 procent. 
Je kunt je antwoord controleren; 
1429:100*103,5= 1479 kinderen
Maandag zit Lieke 0,6 uur aan de telefoon.

Dinsdag besteed ze 40% meer tijd aan de telefoon.
Hoeveel minuten is Lieke dinsdag met de telefoon bezig? Rond af op hele minuten.
A
36 minuten
B
48 minuten
C
50 minuten
D
84 minuten

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De waarde van een huis is 280.000 euro wordt verlaagd met 6,2% Na een maand wordt de prijs weer verhoogd met 6,2%
Wat is waarde van het huis na de verhoging?
A
278.923,68 euro
B
280.000 euro
C
297.360 euro
D
Geen van alle

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. Procenten berekenen
Mirjam koopt de schoenen hiernaast in de aanbieding. Hoeveel procent is haar korting? Rond je antwoord af op 1 decimaal. 


Schrijf de berekening of tabel in je schrift, maak een foto en lever deze bij de volgende slide in. 

Slide 9 - Diapositive

Antwoord= 33,3 procent
Voeg hier de foto van jouw uitwerking van opdracht 1 toe.

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

2. Prijs berekenen
De prijs van de sugar snaps hiernaast was eerst €3,20. 

Wat is de nieuwe prijs? 


Schrijf de berekening of tabel in je schrift, maak een foto en lever deze bij de volgende slide in. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voeg hier de foto van jouw uitwerking van opdracht 2 toe.

Slide 12 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een auto is in prijs verhoogd van 18000 euro naar 18600 euro.

Wat is de procentuele toename?
A
600 euro
B
3,1%
C
3,2%
D
3,3%

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een Samsung S10 kostte bij de introductie 899 euro.
Nu kost dit toestel 709 euro.

Wat is de procentuele afname?
A
26,7%
B
26,8%
C
21,1%
D
21,2%

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdracht 3 op blz. 197 (deel 1).
Voeg hier de foto van jouw uitwerking van opdracht 3 toe.

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak opdracht 6 op blz. 198 (deel 1).
Voeg hier de foto van jouw uitwerking van opdracht 6 toe.

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ik vond dit onderwerp...
A
heel lastig
B
lastig
C
prima
D
heel makkelijk

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions