H5s - les 9 - leeroverzicht - situatie 3 - briefschrijven

bord
Salma
Sirien
Amin
Sakina
Amina
Faith
Imane
Ismaël
Maissam
Oussama
Bilal
Ahmed
Haitham
Uteyba
Nour
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 25 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

bord
Salma
Sirien
Amin
Sakina
Amina
Faith
Imane
Ismaël
Maissam
Oussama
Bilal
Ahmed
Haitham
Uteyba
Nour

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Aujourd'hui tu as besoin de : 

un stylo

    ton cahier

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Startklaar
  • Op je plek zitten 
  • Telefoon in het Zakkie 
  • Jas over de stoel, oortjes in de tas, tas op de grond
  • Schoolspullen op tafel: JdW-map / schrift, etui 
timer
1:00

Slide 3 - Diapositive

1. Startklaar
Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen bij de ingang van de deur, noemt leerlingen bij naam, maakt oogcontact en besteedt aandacht aan hun welbevinden. De docent geeft het goede voorbeeld en spreekt hoge verwachtingen uit voor het verloop van de les door succescriteria op gewenst gedrag, schooltaal en effectief leren te benoemen. De leerlingen zijn startklaar: ingelogd in LessonUp, telefoons opgeborgen in het Zakkie, en JdW-map op tafel.
Klassenregels
TOP 3
  1. Wij hebben respect voor docenten en leerlingen 
  2. Wij luisteren naar elkaar
  3. Wij nemen onze spullen mee 

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programme
  • Leeroverzicht
  • Situatie 3
  • Oefenen met briefschrijven

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leeroverzicht 
Mondeling
- beoordelingsschema
- tips
- se présenter
- situaties
- object beschrijven
Schrijfvaardigheid
- aanhef
- over jezelf 
- school en opleiding
- sporten en hobby's
- vakantie en uitjes 

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les buts
  • Ik kan reageren op een onverwachte situatie in het Frans, binnen de gestelde kaders.
  • Ik kan een brief schrijven over mijzelf op basis van de zinnen in het leeroverzicht.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situation 3
Bedenk het gesprek - schrijf het uit in jouw schrift
Je bent met je ouders in een vakantiepark in Bretagne. De code van de automatische slagboom blijkt steeds niet te werken. Je ouders spreken geen Frans en je gaat naar de receptie om een oplossing te vinden. 
een vakantiepark = un village de vacances
een slagboom = une barrière

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situation 3
Oefen de gesprekken hardop met een klasgenoot
Je bent met je ouders in een vakantiepark in Bretagne. De code van de automatische slagboom blijkt steeds niet te werken. Je ouders spreken geen Frans en je gaat naar de receptie om een oplossing te vinden. 
een vakantiepark = un village de vacances
een slagboom = une barrière

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Situation 3
Oefen met de juf
Je bent met je ouders in een vakantiepark in Bretagne. De code van de automatische slagboom blijkt steeds niet te werken. Je ouders spreken geen Frans en je gaat naar de receptie om een oplossing te vinden. 
een vakantiepark = un village de vacances
een slagboom = une barrière

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Au travail
Utilisez la roue pour vous entrainer avec le plus de situations possibles.

Tournez la roue, pratiquez la situation et changez de situation. Il y a aussi des variations sur les situations. 

Bonne chance !

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Schrijfvaardigheid
Maak aantekeningen volgens de Cornell methode
Pak jouw leeroverzicht erbij op bladzijde 16 en jouw schrift voor een extra aantekening.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Parler de soi-même
Ik heet … en ik ben … jaar.
Je m’appelle … et j’ai … ans.
Mijn verjaardag is op … 
Ik word (dan) … jaar.
Mon anniversaire, c’est le … 
Je vais avoir … ans.
Ik ben …, maar mijn ouders zijn van … afkomst.
Je suis …, mais mes parents sont d’origine …
Ik woon in … Dat is een stad in het westen van Nederland.
J’habite à … C’est une ville dans l’ouest des Pays-Bas.
We hebben een huis met een kleine tuin.
Nous avons une maison avec un petit jardin.
uit het leeroverzicht
p.17

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Passe-temps
Mijn favoriete hobby is ..., omdat...
Mon passe-temps préféré, c'est ..., parce que...
Ik train ... keer per week en in het weekend heb ik wedstrijden.
Je m'entraîne ... fois par semaine et j'ai des compétitions le week-end.
Ik speel ... sinds ... maanden/jaar.
Je joue/fais du / de la ... depuis ... mois/ans.
Ik heb les op ... en ik moet vaak oefenen.
J'ai un cours le ... et je dois souvent m'exercer.
Prends des notes dans ton classeur.
uit het leeroverzicht
p.18

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Passe-temps
Om te praten over activiteiten die je doet kun je de werkwoorden faire en jouer gebruiken.
faire
je fais
tu fais
il / elle / on fait
nous faisons
vous faites
ils / elles font
jouer
je joue
tu joues
il / elle / on joue
nous jouons
vous jouez
ils / elles jouent

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jouer
Het werkwoord jouer gebruik je om te praten over teamsport/balsport, spellen en muziekinstrumenten.
jouer
je joue
tu joues
il / elle / on joue
nous jouons
vous jouez
ils / elles jouent
jouer à + teamsport
Ils jouent au tennis.
jouer de + instrument
Il joue de la trompette.
jouer à + spel
Vous jouez aux cartes.
Prends des notes dans ton classeur.

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Jouer
1. Les sports avec un ballon :
Je joue : au football ⚽️, au basketball 🏀, au handball 🤾‍♂️, 
au rugby 🏉 , au volley 🏐, au bowling 🎳 
2. Les sports avec une balle :
Je joue : au golf 🏌️, au tennis 🎾, au badminton 🏸, 
au tennis de table  🏓, au baseball ⚾️ 
3. Les jeux :
Je joue : aux jeux vidéo 🎮, aux cartes 🃏, aux échecs ♞ 
4. La musique :
Je joue : de la guitare 🎸, du piano 🎹, de la trompette 🎺,
du violon 🎻, du saxophone 🎷






Prends des notes dans ton classeur.

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Faire
Het werkwoord faire gebruik je om te praten over alle sporten, instrumenten en klusjes.
faire
je fais
tu fais
il / elle / on fait
nous faisons
vous faites
ils / elles font
faire de + sport
Ils font du basket.
faire + klusje
Il fait la vaisselle.
faire de + instrument
Il fait du piano.
Prends des notes dans ton classeur.

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Faire
1. Les sports :
Je fais : du ski ⛷, de la boxe 🥊, de la natation 🏊, du judo 🥋, 
de la musculation 💪🏻, du vélo 🚴
2. Les tâches ménagères :
Je fais : la vaisselle🍽️, le ménage🧼🧽, la poussière🧹, 
le linge👕, les courses🛒


Prends des notes dans ton classeur.

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

École et études
Ik zit in de eindexamenklas.
Je suis en terminale.
Mijn lievelingsvak is …, maar ik heb een hekel aan …
Ma matière préférée, c’est …, mais je déteste …
Ik heb goede cijfers voor …, omdat …
J’ai de bonnes notes en …, car …
Ik wil … studeren, omdat …
Je veux faire des études de …, parce que …
Ik wil graag … worden, omdat …
Je voudrais devenir …, parce que …
uit het leeroverzicht
p.18
Prends des notes dans ton classeur.

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Les matières
le français
l'anglais
le néerlandais
l'économie
Prends des notes dans ton classeur.
l'EPS
l'histoire
les maths
la biologie

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Études et métiers
zorg
infirmier
infirmier/infirmière
bedrijfskunde
administration des affaires
chef d'entreprise
pabo
parcours préparatoire 
au professorat des écoles
professeur des écoles
Prends des notes dans ton classeur.
economie
économie
agent immobilier
rechten
droit
avocat(e)
social work
intervention sociale
et familiale
assistant(e) de service social

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lettre d'Amandine
                                                                                                                      Lille, le 5 octobre 2024
Bonjour !
Je t’écris parce que j’ai appris que tu seras mon correspondant lors de l’échange scolaire entre nos lycées. Moi, je m’appelle Amandine Creuset et j’ai 17 ans.
Je vis avec mes parents et mes deux frères. 
Cette année, je suis en terminale et l’école me prend beaucoup de temps.
Pendant mon temps libre j’aime faire de la course à pied avec mes frères, Sébastien et Léo. Or, mon passe-temps préféré c'est regarder des séries américaines.
J'ai hâte de te connaître ! Réponds-moi vite !
Bisous,


Amandine

Opdracht
Geef antwoord op de brief van Amandine.
Vertel over: jezelf, jouw familie, jouw hobby's, jouw vakken op school, wat je wilt gaan studeren en wat je wilt worden. 

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Évaluation
Steek het juiste aantal vingers op.
Een informele brief schrijven...
1) kan ik nu goed. Ik vind het makkelijk om de juiste woorden te vinden.
2) kan ik goed, maar het vinden van de juiste woorden blijft nog een uitdaging.
3) vind ik nog erg moeilijk, vooral het maken van volledige zinnen.
4) vind ik nog erg moeilijk. Ik weet niet waar ik moet beginnen.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Devoirs

Apprendre: vocabulaire A en B F-N/N-F
volgende les SO, maar neem wél jouw Grandes Lignes boek mee!

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions