2021_10_22 3.1 deel 2 (3hv)

Paragraaf 3.1 Sparen en verzekeren
Leerdoelen
Welke spaarmotieven zijn er?
Wat is het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde rente?


1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Paragraaf 3.1 Sparen en verzekeren
Leerdoelen
Welke spaarmotieven zijn er?
Wat is het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde rente?


Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Lien

Actueel....negatieve rente.

Slide 3 - Diapositive

Waar spaar je voor?

Slide 4 - Diapositive

Spaarmotieven
Sparen voor een doel
Sparen uit voorzorg
Sparen voor de rente

Slide 5 - Diapositive

Twee soorten rente
  • Enkelvoudige rente = rente over het beginkapitaal
  • Samengestelde rente = rente over het beginkapitaal en de bijgeschreven rente

Slide 6 - Diapositive

  • Enkelvoudige rente 
  • -> je krijgt rente aan het einde van het jaar uitbetaald
  • -> je krijgt telkens rente over hetzelfde bedrag
  • Samengestelde rente
  • -> de rente wordt bijgeschreven op je rekening
  • -> het jaar erna krijg je rente over je spaarbedrag en over de reeds ontvangen rente ('rente op rente')
  • Let op! rente op een spaarrekening kan variabel zijn!!

Slide 7 - Diapositive

Enkelvoudige rente
Enkelvoudige rente

Slide 8 - Diapositive

Samengestelde rente

Slide 9 - Diapositive

Zelfstandig werken
Maak opgave 1 t/m 4 van paragraaf 3.1


timer
12:00

Slide 10 - Diapositive

Quiz
Log in met je laptop

Slide 11 - Diapositive

Hoeveel rente ontvang je?
Bij enkelvoudige en samengestelde rente;
€ 3000,- op de rekening en rente van 2%
Na 3 jaar is het saldo op de rekening?

Slide 12 - Diapositive

Bij enkelvoudige rente;
€ 3000,- op de rekening en rente van 2%
Na 3 jaar is het saldo op de rekening?

Slide 13 - Question ouverte

Bij samengestelde rente;
€ 3000,- op de rekening en rente van 2%
Na 3 jaar is het saldo op de rekening?

Slide 14 - Question ouverte

Manon heeft een bijbaantje bij een supermarkt. Het geld dat ze hiermee verdient, spaart zij om later een scooter te kunnen kopen. Haar moeder heeft ook geld gespaard. “Je weet nooit waarvoor je het nodig hebt”, zegt
haar moeder.

Van welke twee spaarmotieven is hier sprake?
A
van sparen voor een doel en sparen voor de rente
B
van sparen voor een doel en sparen uit voorzorg
C
van sparen voor de rente en sparen uit voorzorg
D
van sparen uit voorzorg en voor een scooter

Slide 15 - Quiz

€2.500 aan 2,05% rente per jaar
Bereken de enkelvoudige rente na 4 jaar en het saldo op de rekening?

Slide 16 - Question ouverte

€ 6 000 aan 0,9 % rente. samengestelde rente, 4 jaar. Hoeveel geld staat er na 4 jaar op de rekening?

Slide 17 - Question ouverte

Slide 18 - Diapositive

Risico & Verzekeren
  • Risico = kans op schade & bedrag eventuele schade
  • Verzekering = schade wordt vergoed door de verzekeraar

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

Levensverzekering
Een levensverzekering is een verzekering die uitkeert bij overlijden of op een vooraf afgesproken moment. 
Er zijn 3 verschillende  soorten.

Slide 21 - Diapositive

Overlijdensrisicoverzekering

Deze keert een bepaald bedrag uit als je binnen de looptijd van de verzekering overlijdt.

Slide 22 - Diapositive

Kapitaalverzekering
Deze keert een bedrag ineens uit. De uitkering wordt gebruikt om een schuld gedeeltelijk of geheel af te lossen. Deze verzekering sluiten mensen af bij aankoop van een woning. Bij overlijden kan de partner dan in het huis blijven wonen.

Slide 23 - Diapositive

Lijfrenteverzekering
Bij deze verzekering leg je geld in en ontvang je later elke keer (bijv) per maand, een bedrag. Vaak als aanvulling op het pensioen.

Slide 24 - Diapositive

Samenwerken
Maak opgave 5 t/m 9 

Slide 25 - Diapositive

Paragraaf 1 Sparen en verzekeren
Leerdoelen
Welke spaarmotieven zijn er?
Verschil tussen enkelvoudige en samengestelde rente
Hoe beschermt een verzekering je?
Wat zijn verschillen tussen kapitaalverzekering, overlijdensrisicoverzekering en lijfrente verzekering?

Slide 26 - Diapositive

Huiswerk
Opgave 9 en 10 van paragraaf 3.1

Slide 27 - Diapositive