De industriële revolutie deel 2 de Sociale kwestie

De Industriële revolutie
Tijd van Burgers en Stoommachines
1800-1900, de 19e Eeuw, De Sociale kwestie
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

De Industriële revolutie
Tijd van Burgers en Stoommachines
1800-1900, de 19e Eeuw, De Sociale kwestie

Slide 1 - Diapositive

Wat staat er op het menu
  • Je kunt de werk- en leefomstandigheden van de arbeiders tijdens de industriële revolutie beschrijven.
  • Je kunt verklaren waarom er kinderarbeid was.

Slide 2 - Diapositive

De komst van fabrieken
Het bedrijf Van Dooren & Dams nam in 1809 in Tilburg als eerste een met een rosmolen aangedreven spinmachine in gebruik.
  • Veel mensen trekken voor werk naar de stad toe!

Slide 3 - Diapositive

Hoe heet het als mensen naar de stad toetrekken voor werk?

Slide 4 - Question ouverte

Een arme buurt in Amsterdam.


Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Arbeid en ellende
De industriële revolutie zorgde voor welvaart, maar er was ook veel ellende onder de arbeiders:
  • Lange werkdagen
  • Lage lonen
  • Kinderarbeid
  • Gevaarlijk en ongezond
  • Gemakkelijk ontslagen
  • Zwaar werk voor vrouwen en kinderen



Slide 7 - Diapositive

Kinderarbeid

Slide 8 - Diapositive

Waarom werden kinderen gebruikt in de fabrieken?
Kinderarbeid: Jonge kinderen die hetzelfde werk doen als volwassenen voor minder loon
  • Kleine kindervingers konden overal bij
  • Waren spotgoedkoop
  • Kinderen werkten vaak net zulke lange dagen als hun ouders en tegen nog lager loon!
Kinderen konden niet naar school, dit was te duur

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

De Sociale kwestie
Het probleem van de slechte leef- en werkomstandigheden van de arbeiders werd de sociale kwestie genoemd.

Slide 11 - Diapositive

Sociale wetten
Het kinderwetje
In 1874 werd kinderarbeid in fabrieken onder de 12 jaar verboden, het Kinderwetje van Van Houten
Dit was de eerste sociale wet.

Slide 12 - Diapositive

Wat is nou een sociale wet?
-Een wet die de situatie van mensen verbeterd.
Later kwamen er meer sociale wetten, bijvoorbeeld wetten die de positie van werknemers (mensen die in loondienst zijn) verbeterden.




Slide 13 - Diapositive

De arbeiders zijn er klaar mee!

De arbeiders komen in verzet er ontstaan vakbonden.
-Een vakbond is een vereniging van een beroep.
  • De vakbond strijd voor de arbeiders: Deze vakbonden gingen met werkgevers onderhandelen over werktijden en lonen.



Slide 14 - Diapositive

De arbeiders komen in verzet en er ontstaan vakbonden, waarom komen de arbeiders in verzet?

Slide 15 - Question ouverte

Wat staat er vandaag op het menu?
Je kunt beschrijven wat het Liberalisme is en hoe dit is ontstaan.

Slide 16 - Diapositive

Het ontstaan van politieke stromingen

Het Liberalisme

Slide 17 - Diapositive

Klein stukje terug in de tijd
  • In 1813 werd Nederland een constitutionele monarchie. Willem Frederik uit het huis Oranje-Nassau werd toen koning Willem I.
  • Willem I was de hoogste persoon in het land, hij was het staatshoofd. Samen met het kabinet (alle ministers) vormde hij de regering.
  • De ministers in dit kabinet werden door hemzelf gekozen. Dit mocht hij tot 1848 zelf doen, maar...

 

Slide 18 - Diapositive

Het ontstaan van Liberalisme
  • Koning Willem I had veel macht. Het parlement (mensen die gekozen zijn) had weinig inspraak in het bestuur.
  • In het parlement zaten mensen die meer vrijheid en meer inspraak in het bestuur wilden, de liberalen.
  • In 1848 kreeg deze politieke groep haar zin.

-Politieke groep: mensen met dezelfde ideeën over het bestuur van het land.

Slide 19 - Diapositive

Hoe kregen de Liberalen hun zin?
De ontevredenheid over het bestuur leidde in 1848 tot rellen.

Slide 20 - Diapositive

Een nieuwe grondwet
Koning Willem II gaf de liberaal Thorbecke in 1848 de opdracht een nieuwe grondwet te maken.
De koning bleef het staatshoofd, maar hij raakte bijna al zijn macht kwijt.
Het parlement kreeg twee taken:
  • Het controleren van de regering
  • Het controleren van wetten

Slide 21 - Diapositive

Democratie en vrijheid
  • De Tweede Kamer werd na 1848 gekozen door burgers. Steeds meer burgers kregen kiesrecht.
  • Door de grondwet van 1848 kregen mensen ook meer vrijheid
  • Nederland wordt een Parlementaire democratie: politiek systeem waarbij een gekozen parlement de macht heeft.

 

Slide 22 - Diapositive

Het Liberalisme is niet alleen
  • Het Socialisme strijd voor gelijkheid
  • Confessionelen Zij vinden het geloof heel belangrijk.
  • De Emancipatie, strijden voor vrouwen rechten

Slide 23 - Diapositive

Wat gaan jullie doen?
Maken vragen tijd voor geschiedenis 2.4  1 t/m 9
Werkblad: Vragen histoclip Industriële Revolutie (op schooltv of You tube intypen bij zoeken): 1 t/m 6

Slide 24 - Diapositive

Wat staat er vandaag op het menu?
  • Je kunt de rol van vakbonden in de sociale kwestie beschrijven.
  • Je kunt verschillende veranderingen door de sociale wetten noemen en uitleggen waarom fabriekseigenaren hiermee instemden

Slide 25 - Diapositive

De opkomst van het Socialisme
  • De politieke stroming die iets wilde doen aan de sociale kwestie is het socialisme.
  • Socialisten willen gelijkheid door wetten van de overheid en via vakbonden.

Slide 26 - Diapositive

Socialle wetten
Rond 1860 kwam er georganiseerd verzet tegen de slechte werk- en woonomstandigheden van de arbeiders en de kinderarbeid.

Slide 27 - Diapositive

Hoe gaan zij dit doen?
-Veel arbeiders verenigen zich in Vakbonden
Wat is een Vakbond?
-Vereniging van beroepsgroepen. Zo’n vereniging onderhandelt namens alle medewerkers in een beroepsgroep met de werkgever en de overheid over het loon en de werkomstandigheden

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Wat denken jullie wat er veranderd moest worden?

Slide 30 - Question ouverte

  • Er kwamen kortere werkdagen en hogere lonen.
  • Er kwamen veiligheidswetten voor in de fabrieken.
  • Er kwamen uitkeringen voor mensen die werkloos of arbeidsongeschikt werden.


  • Er kwamen woningwetten waardoor er betere arbeiderswoningen werden gebouwd.
  • Er kwamen ondergrondse riolen in plaats van de bovengrondse.

Slide 31 - Diapositive

Splitsing onder de Socialisten.

Socialisten waren een politieke groep die gelijkheid belangrijk vonden. 
Ze wilden het verschil tussen arm en rijk kleiner maken.
Er waren twee groepen socialisten:
  • Communisten wilden met een revolutie aan de macht komen en zo hun doelen bereiken
  • Sociaaldemocraten wilden de samenleving stap voor stap veranderen

Karl Marx had kritiek op de liberalen

Slide 32 - Diapositive

Liberalen tegen Socialisten
Vrijheid tegen gelijkheid
1917 De Socialisten zorgen ervoor dat alle mannen mogen stemmen. 

Slide 33 - Diapositive

Wat gaan jullie nu doen?
Maken 2.4 deel twee
Verder werken aan het werkblad!

Slide 34 - Diapositive

Wat staat er vandaag op het menu?
Confessionelen en de Emancipatie.

Slide 35 - Diapositive

Wat willen de Liberalen veranderen?

Slide 36 - Question ouverte

Wat willen de Socialisten veranderen?

Slide 37 - Question ouverte

Confessionele stroming

  • Gelovige politici - protestants en katholiek - vormden samen de confessionelen. Zij vinden het geloof heel belangrijk.
 

Slide 38 - Diapositive

Waar strijden zij voor?
  • De confessionelen vonden het belangrijk dat ook het bijzonder onderwijs geld van de overheid kreeg. Daar streden ze hard voor. 

Slide 39 - Diapositive

Er is rond deze tijd veel ongelijkheid tussen mannen en vrouwen? Weet jij er een aantal te noemen?

Slide 40 - Question ouverte

Emancipatie
Feministen, confessionelen en socialisten wilden meer rechten omdat ze zich achtergesteld voelden.
-Deze bewegingen gaan veel de straat op om te demonstreren


Slide 41 - Diapositive

Feministen
  • Feministen streden voor gelijke rechten voor vrouwen.
  • vooral het kiesrecht. In 1919 kregen ook vrouwen kiesrecht.
  • Zijn vrouwen nu gelijk?
Emancipatie= opkomen voor gelijke rechten. 

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive