Cette leçon contient 24 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
formeel strafrecht
Oefentoets kijken waar we staan
Slide 1 - Diapositive
Aan welke voorwaarden moet zijn voldaan als je een verdachte wilt fouilleren om voorwerpen in beslag te nemen of sporen veilig te stellen?
A
Het onderzoek moet gericht zijn op waarheidsvinding
B
De verdachte moet zijn aangehouden
C
Er moeten ernstige bezwaren tegen de verdachte zijn
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 2 - Quiz
Mag je voor een veiligheidsfouillering ook meegevoerde tassen doorzoeken?
A
Ja, dat mag gewoon
B
Ja, maar dan moet je de tas eerst in beslag nemen
C
Nee, dat mag alleen met een machtiging van de (h)Ovj
D
Nee, dat mag nooit
Slide 3 - Quiz
Mag je voor een onderzoek aan de kleding ook meegevoerde tassen doorzoeken?
A
Ja, dat mag gewoon
B
Ja, maar dan moet je de tas eerst in beslag nemen
C
Nee, dat mag alleen met een machtiging van de (h)Ovj
Slide 4 - Quiz
Wie is bevoegd een onderzoek aan het lichaam uit te voeren?
A
BOA met politiebevoegdheden
B
Algemeen opsporingsambtenaar
C
(h)Ovj
Slide 5 - Quiz
Piet is op heterdaad aangehouden inzake het dealen van drugs. Zijn voorraadje stopt hij snel in zijn mond. Wie is bevoegd de voorraad handmatig te verwijderen?
A
Elke opsporingsambtenaar
B
Arts
C
Ovj
Slide 6 - Quiz
Bij wie mag je een voorwerp in beslag nemen?
A
Bij de bezitter
B
Bij de houder
C
Bij de eigenaar
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 7 - Quiz
Een dure Ferrari wordt in beslag genomen bij een verdachte omdat het OM hiermee wil aantonen dat de Ferrari op illegale wijze verkregen is. Dit noemen we ...
A
de waarheid aan de dag brengen
B
wederrechtelijk verkregen voordeel aantonen
C
verbeurd verklaren
D
onttrekken aan het verkeer
Slide 8 - Quiz
Mogen bij een staandehouding voorwerpen in beslag worden genomen?
A
Ja, maar enkel die voorwerpen die de verdachte zichtbaar met zich voert
B
Ja, het is zelfs toegestaan de verdachte aan de kleding te onderzoeken
C
Nee, de verdachte moet zijn aangehouden
Slide 9 - Quiz
Een opsporingsambtenaar mag voorwerpen in beslag nemen bij een overtreding en een misdrijf. Wanneer mag hij in beslag nemen buiten ontdekking op heterdaad?
A
Alleen bij VH-feiten
B
Bij alle misdrijven
Slide 10 - Quiz
Om een voorwerp in beslag te nemen is de opsporingsambtenaar bevoegd om elke plaats te betreden. Als hij wil doorzoeken heeft hij een opdracht nodig van ...
A
Rechter-commissaris
B
Ovj
C
hovj
D
alle antwoorden zijn juist
Slide 11 - Quiz
Heeft een opsporingsambtenaar de zelfstandige bevoegdheid om een vervoermiddel te doorzoeken ter inbeslagneming van voorwerpen?
A
Ja
B
Nee
Slide 12 - Quiz
Een verdachte vlucht een snackbar binnen. Mag een opsporingsambtenaar de snackbar betreden om de verdachte staande te houden?
A
Ja
B
Nee
Slide 13 - Quiz
De bevoegdheid om een woning te mogen betreden zonder toestemming van de bewoner moet geregeld zijn in ...
A
een wet in formele zin
B
de APV
C
de akte van beëdiging
Slide 14 - Quiz
Marie is student en woont nog bij haar ouders. Het losstaande tuinhuisje is verbouwd zodat Marie er kan slapen en studeren. Wat geldt voor dit tuinhuisje?
A
Het is een woning
B
Het is een besloten lokaal
Slide 15 - Quiz
Klaas krijgt over 1 maand de sleutel van zijn nieuwe huis. Het huis is bijna klaar om opgeleverd te worden. Wat geldt voor dit huis?
A
het is een besloten lokaal
B
het is een woning
Slide 16 - Quiz
Jaap (18 jaar) woont bij z'n moeder. Een opsporingsambtenaar wil hun woning betreden en krijgt toestemming van de moeder terwijl Jaap het hier niet mee eens is. Wat is juist?
A
Er is sprake van toestemming
B
Er is geen sprake van toestemming
Slide 17 - Quiz
In welke gevallen hoeft een opsporingsambtenaar zich niet te legitimeren en het doel van binnentreden mee te delen?
A
Bij ernstig en onmiddellijk gevaar, veiligheid van personen of goederen.
B
Als het feitelijk onmogelijk is (bijvoorbeeld omdat er niemand thuis is)
C
Als dit de strafvordering kan schaden (bij misdrijven waarop voorlopige hechtenis is toegelaten- VH feiten)
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 18 - Quiz
Heeft een belastingdeurwaarder een schriftelijke machtiging nodig om een woning zonder toestemming van de bewoner te betreden?
A
Ja
B
Nee
Slide 19 - Quiz
Een toezichthouder Alcoholwet wil een woning betreden zonder toestemming van de bewoner. De controle valt binnen het bestuursrecht. Hiervoor heeft hij een machtiging nodig van de ...
A
advocaat-generaal
B
Officier van justitie
C
hulpofficier van justitie
D
burgemeester
Slide 20 - Quiz
Mag een burger een kerk betreden om een verdachte van diefstal aan te houden?
A
Ja, maar alleen bij ontdekking op heterdaad
B
Ja, maar alleen als er geen kerkdienst aan de gang is
C
Nee, dit mag een burger nooit
Slide 21 - Quiz
Buiten een woning en de beschermde plaatsen mag een burger elke plaats betreden om een verdachte aan te houden. Welke bewering is juist.
A
Dit mag nooit
B
Dit mag ook bij buiten heterdaad mits er toestemming is van de Ovj
C
Er moet sprake zijn van ontdekking op heterdaad van een misdrijf
D
Er moet sprake zijn van ontdekking op heterdaad van een strafbaar feit
Slide 22 - Quiz
Een Ovj heeft een machtiging afgegeven om een woning ter aanhouding te doorzoeken. Is er een schriftelijke machtiging nodig om te mogen binnentreden?
A
Ja
B
Nee
Slide 23 - Quiz
Een kind van 11 jaar steelt iets uit de speelgoedwinkel. Kan het kind worden aangehouden inzake diefstal?