2.2 cultuur is overal

2.2 Cultuur is overal
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

2.2 Cultuur is overal

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen uit welke onderdelen een cultuur bestaat.
-Je kunt landen aanwijzen op de kaart en enkele cultuuruitingen beschrijven of herkennen.
- Je kent het begrip culturele identiteit.

Slide 2 - Diapositive

Wat is cultuur?

Slide 3 - Carte mentale

Cultuur is 
de manier waarop een groep mensen samen leeft.

Slide 4 - Diapositive

Wat valt op als je naar de poppetjes kijkt?

Slide 5 - Diapositive

Cultuurelementen:
Taal
Godsdienst (geloof of religie)
Gewoonten

Slide 6 - Diapositive

Cultuurvermenging
De cultuurelementen van verschillende culturen worden door elkaar gebruikt.

Slide 7 - Diapositive

Cultuurspreiding
De Europese cultuur heeft zich over de andere continenten verspreid. Dat kwam door de kolonialisme.
Vroeger hadden Europese landen kolonien, bv. Nederland was baas over Suriname. 

Slide 8 - Diapositive



Cultuurvermenging vroeger:

door 
Kolonialisme


Cultuurvermenging nu:

door 
Media
Migratie
Handel
Toerisme

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Je ziet een filmpje van de Haka
Dit is een voorbeeld van cultuurvemenging. Wat is cultuurvermenging?

Slide 11 - Question ouverte

Amerikanisering
Cultuurelementen van de VS veroveren de wereld.
Voorbeeld: Coca Cola en Mac Donalds zijn in de hele wereld bekend.

Slide 12 - Diapositive

Cultuurverspreiding
Cultuurvermenging

Slide 13 - Question de remorquage

Welk begrip past hierbij?
A
Cultuur
B
Geloof
C
Cultuurelement
D
Amerikanisering

Slide 14 - Quiz

Leerdoelen
- Je kunt uitleggen uit welke onderdelen een cultuur bestaat.
-Je kunt landen aanwijzen op de kaart en enkele cultuuruitingen beschrijven of herkennen.
- Je kent het begrip culturele identiteit.

Slide 15 - Diapositive

Zelf aan de slag
Maken: 2, 3, 5, 6.
Klaar?
 Grote meid/jochie/dinosaurus --> Kijk nu de vragen na (Magister, Opdrachten, Nakijkboek, hfst. 2.2).

Slide 16 - Diapositive