Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Vorige les
Hoe ging het interview?
Wat is jouw leukste antwoord? Of wat viel je op?
Slide 2 - Diapositive
§ 1.2 Waar komt taal vandaan?
We gaan nu uitzoeken waar taal vandaan komt. Je gaat hiervoor zelf onderzoek doen op je Chromebook : je gaat research doen!
Beantwoord iedere vraag op de bijbehorende slide. De docent kan je antwoorden zien.
Slide 3 - Diapositive
Slide 4 - Diapositive
Zoek op je Chromebook op wat een taalfamilie is. Bespreek dit met je buur en vul hieronder je antwoord in.
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Zoek op wat de wortels van het Duits, Spaans, Frans en Engels zijn. Doe dit zoals het voorbeeld: Nederlands > Germanic > West Germanic > Low Franconian
Slide 7 - Question ouverte
Wat zijn de drie belangrijkste Europese taalfamilies? Hoe heten deze taalfamilies in het Nederlands? (gebruik mijnwoordenboek.nl om vertalingen op te zoeken)
Slide 8 - Question ouverte
Romaanse taal
Germaanse taal
Sleep de volgende talen naar de juiste kolom
Nederlands
Frans
Spaans
Engels
Duits
Slide 9 - Question de remorquage
Waar komen de termen "Germaanse" en "Romaanse" taal vandaan?
Zoek op wikipedia naar "Germaanse talen" en "Romaanse talen"
Slide 10 - Question ouverte
Huiswerk
Maak het werk van deze week af. Heb je alles al af?