H4 - vraag & aanbod (4.7 t/m 4.12)
1 / 16
La durée de la leçon est: 40 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Een heffing zorgt ervoor dat..
A
de verkoopprijs hoger wordt
B
de verkoopprijs goedkoper wordt
C
er meer aanbod komt
D
er niks gebeurt
Slide 2 - Quiz
Er is sprake van een heffing (accijns)
A
Verschuiving van de aanbodlijn naar rechts
B
Verschuiving van de aanbodlijn naar links
C
Verschuiving langs de aanbodlijn
Slide 3 - Quiz
Slide 4 - Diapositive
Wat geeft de overheid als ze juist positieve externe effecten willen stimuleren?
Slide 5 - Question ouverte
Slide 6 - Diapositive
Stel de nieuwe aanbodvergelijking op. De oude aanbodvergelijking is Qa = 5P – 500
Er komt een subsidie van € 75
Er komt een subsidie van € 75
Slide 7 - Question ouverte
Wat is deze figuur het bedrag
van de subsidie?
van de subsidie?
Slide 8 - Question ouverte
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
De aanbodfunctie van een product is als volgt: Qa = 3P − 45.
De overheid voert een prijsverlagende subsidie in van € 5 per product.
De nieuwe aanbodfunctie ziet er na invoering van de subsidie als volgt uit:
De overheid voert een prijsverlagende subsidie in van € 5 per product.
De nieuwe aanbodfunctie ziet er na invoering van de subsidie als volgt uit:
A
Qa=3P-40
B
Qa=3P-30
C
Qa=3P+30
D
Qa=3P-60
Slide 12 - Quiz
Qa = 3P - 45
Overheid voert een prijsverlagende subsidie van €5 in
Nieuwe aanbodfunctie is dan...
Overheid voert een prijsverlagende subsidie van €5 in
Nieuwe aanbodfunctie is dan...
A
Qa = 3P - 30
B
Qa = 3P - 40
C
Qa = 3P - 60
Slide 13 - Quiz
Wat is rendement:
A
De gemiddelde opbrengst van een investering
B
De gemiddelde opbrengst van een investering/ investering x 100%
C
De winst op een investering
D
De gemiddelde opbrengst van een investering/ investering
Slide 14 - Quiz
Wat is het rendement van aandeel?
A
Dividendrendement
B
Koersrendement
C
A+B
D
Geen van beide
