Telen van voedergewassen oefentoets

Het afgelopen jaar heeft de mais te maken gehad met een aantal factoren. Noem 1 van deze factoren en benoem op welke manier je dit terug zag aan de maisplant.
1 / 20
suivant
Slide 1: Question ouverte
VeehouderijMBOStudiejaar 2

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Het afgelopen jaar heeft de mais te maken gehad met een aantal factoren. Noem 1 van deze factoren en benoem op welke manier je dit terug zag aan de maisplant.

Slide 1 - Question ouverte

Welk onderdeel is afgebeeld op nummer 4?
A
Invoerrollen
B
Korrelkneuzer
C
Blazer
D
Messentrommel

Slide 2 - Quiz

Wat kan een nadeel zijn van een DS% van meer dan 36%?

Slide 3 - Question ouverte

Wat is de normale toename in DS per week aan het einde van het groeiseizoen?
A
1%
B
2%
C
8%
D
10%

Slide 4 - Quiz

Voor welke datum moet een veehouder zijn mais oogsten als hij heeft gedaan aan onderzaai.
A
1 oktober
B
15 oktober
C
31 oktober
D
Geen datum bekend

Slide 5 - Quiz

Wat is de ideale haksellengte?
A
3-4 mm
B
5-7 mm
C
6-8 mm
D
9-12 mm

Slide 6 - Quiz

Wat is de functie van de korrelkneuzer?

Slide 7 - Question ouverte

Neemt de verteerbaarheid van de kolf af en neemt deze toe als de kolf verder afrijpt? Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Question ouverte

Welke DS% willen we minimaal behalen tijdens de oogst van mais?
A
25% DS
B
30% DS
C
35% DS
D
40%DS

Slide 9 - Quiz

Welke bacteriën zorgen ervoor dat de maiskuil stabiel wordt?

Slide 10 - Question ouverte

Wat is het DS% van deze mais analyse?

Slide 11 - Question ouverte

Waarom is de OEB in mais altijd negatief?

Slide 12 - Question ouverte

Wat is de gemiddelde VEM waarde van mais?
A
800 VEM
B
900 VEM
C
1000 VEM
D
1100 VEM

Slide 13 - Quiz

Een veehouder heeft een ruw as gehalte van 80. Wat kan hij doen om dit te verlagen?

Slide 14 - Question ouverte

Op een kuilanalyse formulier staat een structuurwaarde van 2,0. Hoe ziet deze mais er waarschijnlijk uit?

Slide 15 - Question ouverte

Je krijgt deze analyse binnen wat valt je op? Geef een mogelijke verklaring.

Slide 16 - Question ouverte

Hoeveel VEM heeft deze analyse?
A
419
B
1024
C
1001
D
982

Slide 17 - Quiz

Wat is de functie van onderdeel 5?

Slide 18 - Question ouverte

In welk deel van de maisplant zit bij afrijping nog het meeste water?
A
Kolf
B
Pluim
C
Bovenkant Stengel
D
Onderkant Stengel

Slide 19 - Quiz

Een veehouder komt bij zijn maiskuil en ziet dit. Hoe had hij dit kunnen voorkomen?

Slide 20 - Question ouverte