Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Kapitel 5 Klasse 2
Was ist richtig geschrieben:
de veiligheid
A
die Siecherheit
B
der Sicherheit
C
der Sicherheid
D
die Sicherheit
1 / 16
suivant
Slide 1:
Quiz
Deutsch
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
Cette leçon contient
16 diapositives
, avec
quiz interactifs
.
La durée de la leçon est:
15 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Was ist richtig geschrieben:
de veiligheid
A
die Siecherheit
B
der Sicherheit
C
der Sicherheid
D
die Sicherheit
Slide 1 - Quiz
übersetz: begrijpen - tijdens - want
Slide 2 - Question ouverte
die Taste
das Gerät
die Wahl
die Ansage
der Aufenthalt
de keuze
het omroepbericht
het toestel
de toets
het verblijf
Slide 3 - Question de remorquage
Meewerkend vw
Lijdend vw
Onderwerp
1e naamval
3e naamval
4e naamval
Slide 4 - Question de remorquage
Was ist keine Präposition mit dem 4. Fall?
A
für
B
durch
C
mit
D
um
Slide 5 - Quiz
Welche Kombination ist falsch:
A
für --> die Frau
B
durch --> den Tunnel (m)
C
gegen --> das Haus (o)
D
ohne --> der Mann (m)
Slide 6 - Quiz
die Nachrichten
die Zeitung
die Zeitschrift
das Plakat
Slide 7 - Question de remorquage
Schreib einen korrekten deutschen Satz: der Pulli - für - Freund
Slide 8 - Question ouverte
3e naamval
4e naamval
UM
AUS
SEIT
BEI
FÜR
GEGEN
Slide 9 - Question de remorquage
Übersetz: jij had - jij was
A
du hatest - du warst
B
du hattest - du warest
C
du hattest - du warst
D
du habten - du warst
Slide 10 - Quiz
Voorzetsels 4e naamval?
Slide 11 - Carte mentale
Voorzetsels 3e naamval?
Slide 12 - Carte mentale
Was stimmt: het toetsenbord
A
der Tastatur
B
das Tastatur
C
die Tasstatur
D
die Tastatur
Slide 13 - Quiz
Ich ______ keine Lust.
Wir _______ keine Bücher dabei.
Warum _____ ihr nicht in de Schule?
wart
hatten
hatte
Slide 14 - Question de remorquage
Was stimmt? een dik boek
A
eine dicke Buch
B
einen dicken Buch
C
eines dickes Buch
D
ein dickes
Slide 15 - Quiz
übersetz: jij raadt - hij liegt - jij zit
A
du rätst - er lügt - du sitzst
B
du rätst - er lügt - du sitzt
C
du rätst - er lugt - du sitzt
D
du ratest - er lügt - du sitzt
Slide 16 - Quiz
Plus de leçons comme celle-ci
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
Décembre 2018
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Personal und Possesiv Pronomen Juni 2019
Juin 2019
- Leçon avec
16 diapositives
Deutsch
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1-3
H A 3 1e en 4e Naamval
Octobre 2019
- Leçon avec
15 diapositives
Deutsch
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo, vwo
Leerjaar 2,3
MH2 K3 oefentoets L 1-2-3
Février 2024
- Leçon avec
26 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
1e en 4e Naamval
Avril 2019
- Leçon avec
18 diapositives
Deutsch
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 2,3
GERMAN PUB QUIZZZ
Décembre 2023
- Leçon avec
42 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
Vwo 3 KPT 4 Gr. E Voorzetsels + naamval
Novembre 2023
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
1e en 4e Naamval incl. voorzetsels (oefenen)
Mars 2020
- Leçon avec
18 diapositives
Deutsch
Middelbare school
vmbo t, mavo, havo
Leerjaar 2,3