oefenvragen voor de toets deel 2

Oefenvragen toets

Telefoon in de telefoontas
Ga zitten volgens de plattegrond
Pak je schrift en je pen.
Maak de startopdracht.

1 / 17

Slide 1: Diapositive

NatuurkundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 17 diapositives, avec diapositives de texte.

La durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Oefenvragen toets

Telefoon in de telefoontas
Ga zitten volgens de plattegrond
Pak je schrift en je pen.
Maak de startopdracht.

Slide 1 - Diapositive

Starter for ten (4 minuten)

Bereken de resulterende kracht. Een startend vliegtuig heeft een voortstuwende kracht van 330 kN. De luchtweerstand is 100 kN en

de rolwrijving 500 N.

Bereken met de resulterende kracht de versnelling als het vliegtuig 200 ton weegt.

https://www.online-stopwatch.com/bomb-countdown/full-screen/

Slide 2 - Diapositive

Spullen bij je.

boek
schrift
rekenmachine
pen/potlood
geodriehoek of liniaal
huiswerk gemaakt

https://www.online-stopwatch.com/chance-games/roll-a-dice/full-screen/

Slide 3 - Diapositive

Doelen van deze les

Maken van oefenvragen voor de toets
Begrippen trainen

Slide 4 - Diapositive

Zelf maken:

Bereken de luchtweerstand van een trekker die een breedte van 1,80 m, en een hoogte van 2,50 m heeft. De Cw waarde is 1,5 en de dichtheid van de lucht is 1,08 kg/m3.

De trekker rijdt met een snelheid van 27 km/h. Noteer je antwoord in 2 cijfers

(0,21 kN)

Slide 5 - Diapositive

Antwoord Noteer de vraag

Bereken de luchtweerstand van een trekker die een breedte van 1,80 m, en een hoogte van 2,50 m heeft. De Cw waarde is 1,5 en de dichtheid van de lucht is 1,08 kg/m3.

De trekker rijdt met een snelheid van 27 km/h. Noteer je antwoord in 2 cijfers

Vraag:

F_lw= ?

Slide 6 - Diapositive

Antwoord Noteer de formule

Bereken de luchtweerstand van een trekker die een breedte van 1,80 m, en een hoogte van 2,50 m heeft. De Cw waarde is 1,5 en de dichtheid van de lucht is 1,08 kg/m3.

De trekker rijdt met een snelheid van 27 km/h. Noteer je antwoord in 2 cijfers

Formule:

Vraag:

F_lw= ?

F^{​ l w ​ ​} = 0, 5 \cdot C^{​ w ​ ​} \cdot A \cdot ρ \cdot v^{​ 2 ​ ​}

Slide 7 - Diapositive

Antwoord Noteer de gegevens

Bereken de luchtweerstand van een trekker die een breedte van 1,80 m, en een hoogte van 2,50 m heeft. De Cw waarde is 1,5 en de dichtheid van de lucht is 1,08 kg/m³.

De trekker rijdt met een snelheid van 27 km/h. Noteer je antwoord in 2 cijfers

Formule:

Vraag:

F_lw= ?

Gegevens:

C_w = 1,5

A = (lxb) = 1,80 x 2,50 = 4,5 m²

= 1,08 kg/m³

v = 27 km/h = (:3,6) = 7.5 m/s

v² = 7,5² = 56,25

F_lw = 205 N = 0,21 kN

F^{​ l w ​ ​} = 0, 5 \cdot C^{​ w ​ ​} \cdot A \cdot ρ \cdot v^{​ 2 ​ ​}

ρ

F^{​ l w ​ ​} = 0, 5 \cdot 1, 5 \cdot 4, 5 \cdot 1, 08 \cdot 56, 25

Slide 8 - Diapositive

Vragen oefenen

Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.

De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.

https://www.online-stopwatch.com/c4-timer/

vraag:

veind=?

Gegevens:

Fvs = 130N

Frol = 30N

Flucht=70N

t = 8,0s

m = 60kg

vbegin=9km/h:3,6=2,5m/s

Bereken eerst de resulterende kracht.

Teken de fiets
Teken de voortstuwende kracht
Tegen de tegenwerkende krachten
Bepaal de resulterende kracht

Slide 9 - Diapositive

Vragen oefenen Formules

Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.

De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.

https://www.online-stopwatch.com/c4-timer/

F^{​ r e s ​ ​} = m \cdot a

a = \frac{​ Δ v ​ ​}{​ Δ t ​}

Δ v = v^{​ e i n d ​ ​} - v^{​ b e g i n ​ ​}

Slide 10 - Diapositive

Vragen oefenen berekeningen

Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.

De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.

https://www.online-stopwatch.com/c4-timer/

F^{​ r e s ​ ​} = F^{​ v s ​ ​} - F^{​ t ​ ​}

F^{​ t ​ ​} = F^{​ l w ​ ​} + F^{​ r o l ​ ​}

F^{​ r e s ​ ​} = F^{​ v s ​ ​} - (F^{​ l w ​ ​} + F^{​ r o l ​ ​})

F^{​ r e s ​ ​} = 130 - (70 + 30)

F^{​ r e s ​ ​} = 30 N

Slide 11 - Diapositive

Vragen oefenen

Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.

De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.

m/s

https://www.online-stopwatch.com/c4-timer/

F^{​ r e s ​ ​} = m \cdot a

a = \frac{​ Δ v ​ ​}{​ Δ t ​}

30 = 60 \cdot a

a = \frac{​ 3 0 ​ ​}{​ 6 0 ​} = 0, 5 \frac{​ m ​ ​}{​ s ^{​ 2 ​ ​} ​}

0, 5 = \frac{​ Δ v ​ ​}{​ 8 , 0 ​}

Δ v = 0, 5 \cdot 8 = 4

Slide 12 - Diapositive

Vragen oefenen

Bereken de snelheid die een fietser krijgt als de fietser een spierkracht heeft van 130 N. De luchtweerstand is 70 N en de rolwrijving 30 N. De massa van de fietser is 60 kg.

De beginsnelheid van de fietser is 9,0 km/h, en de fietser is 8,0 s aan het versnellen.

= de toename van de snelheid, dus hij gaat 4 m/s sneller dan de beginsnelheid.

m/s

https://www.online-stopwatch.com/c4-timer/

Δ v = v^{​ e i n d ​ ​} - v^{​ b e g i n ​ ​}

Δ v

4 = v^{​ e i n d ​ ​} - 2, 5

v^{​ e i n d ​ ​} = 4 + 2, 5 = 6, 5

Slide 13 - Diapositive

Begrippen oefenen.

Per tweetal is er één telefoon aanwezig.

Je geeft je normale naam op van de gene met de telefoon

https://quizlet.com/547332435/vwo-3-natuurkunde-begrippenlijst-paragraaf-53-flash-cards/

Slide 14 - Diapositive

Doelen van deze les

Maken van oefenvragen voor de toets
Begrippen trainen

Slide 15 - Diapositive

Starter for ten (4 minuten)

Bereken de resulterende kracht. Een startend vliegtuig heeft een voortstuwende kracht van 330 kN. De luchtweerstand is 100 kN en

de rolwrijving 500 N.

Kracht vooruit = 330 kN

Kracht achteruit = 100 kN + 0,5 kN = 100,5 kN

Resulterende kracht = 330 - 100,5 = 229,5 kN

Slide 16 - Diapositive

Starter for ten (4 minuten)

Bereken met de resulterende kracht de versnelling als het vliegtuig 200 ton weegt.

Fres = m x a

229 500 N = 200 000 x a

a = 229 500 : 200 000 = 1,15 m/s²

Slide 17 - Diapositive

oefenvragen voor de toets deel 2

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Plus de leçons comme celle-ci

oefenvragen voor de toets

oefenvragen voor de toets

oefenvragen voor de toets deel 3

oefenvragen voor de toets deel 2

oefenvragen voor de toets deel 3

Learning Technique: Complete the Pie

Learning Technique: Complete the Pie

Formatieve toets hoofdstuk 5 Bewegen 111