les 3A_grammatica 3B

• Latijn
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 1

dinsdag 9 juni

Het Latijnse lidwoord is: ho

1. helemaal goed
2. wat een flauwekul, het Latijn heeft geen lidwoord

Nakijken

Pak je Lesboek: p. 19

Pak je Hulpboek: p. 12

Pak je schrift met de vertaling van tekst 3A

regel 3: Iupiter est pater: de functie van Iupiter is:

1. onderwerp
2. naamwoordelijk deel van het gezegde
3. lijdend voorwerp

regel 3: Iupiter est pater: de functie van pater is:

1. onderwerp
2. naamwoordelijk deel van het gezegde
3. lijdend voorwerp

Bij een naamwoordelijk deel van het gezegde moet er 'est' in de zin staan.

1. klopt
2. klopt niet

Dea is het vrouwelijk van deus

1. ja
2. nee

Welke vorm staat NIET in de accusativus

1. bellum
2. deum
3. filia
4. matrem

Welke woord is het werkwoord?

1. dea
2. est
3. filius
4. pater

Welk woord is GEEN werkwoord?

1. dominus
2. est
3. habet
4. sedet

volgende week: vóór de les:

1.    Leer gramm Lb p. 21 + 23
2.    Leer wrd 3B, Hb p. 15
3.    Maak Hb p. 16: taaloefening B(let op: bij B moet je 2 dingen doen: vertalen én het juiste woord aanvullen!). Bekijk om na te kijken het filmpje óf de PPT: Hb p. 16_taaloefening B
4.    Maak vertaling 3B en schrijf de vertaling in je schrift
Als je bij het leren of maken een vraag hebt, noteer deze dan even. Dan kun je hem stellen in de les.