SE EXAMENTRAINING planten

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

EXAMENTRAINING PLANTEN

Uitleg klassikaal 

Oefenopdrachten maken 

Stoffen

Organische stoffen: veel energie, stoffen waaruit levende en dode organismen zijn opgebouwd
Bijvoorbeeld: koolhydraten, eiwitten en vetten

Anorganische stoffen: weinig energie, komen voor in levende en levenloze natuur 
Bijvoorbeeld: mineralen en water

Fotosynthese 

koolstofdioxide + water + lichtenergie -> glucose + zuurstof

           

via huidmondjes

                                   via wortels

Bladeren

Transport in planten

In bladeren: via nerven (vaatbundels)

In stengels: ook via vaatbundels

Twee soorten vaten: houtvaten en bastvaten

Vezels liggen er vaak voor stevigheid omheen

Houtvaten en bastvaten

• Houtvaten: omhoog
  (water en mineralen)
   
• Bastvaten: beneden
  (water en energierijke stoffen zoals suiker)

Assimilatie van glucose

Glucose (ontstaan bij fotosynthese) wordt omgezet in andere stoffen.

Eiwitten, vetten

Suiker (vervoer naar andere delen van de plant)

Zetmeel (kan tijdelijk worden opgeslagen)

Cellulose (voor opbouw van celwanden)

Verbranding in cellen

glucose + zuurstof -> koolstofdioxide + water + energie 

           

Vindt in alle organismen plaats, in alle cellen.

Geen licht voor nodig!

Voortplanting

Geslachtelijk (twee geslachtscellen smelten samen 
Ongeslachtelijk (een deel van een plant groeit uit tot een nieuwe plant)

Ongeslachtelijke voortplanting door:

1. Stekken,
2. Knollen, verdikte stengel, bijv. aardappel,
3. Bollen, bloembollen,
4. Enten, combineren van 2 planten
5. Uitlopers, horizontaal groeiende stengels, bijv. aardbei
6. Wortelstokken, horizontaal groeiende stengels, div. planten

Zie blz. 26 t/m 32

Geslachtelijke voortplanting:

Mannelijke geslachtscel nodig

Vrouwelijke geslachtscel nodig

Meeldraden: maken stuifmeel

Zaadbeginsel: maakt de eicel

eenslachtige of tweeslachtige bloemen

Bestuiving

Bestuiving:

Is het overbrengen van de stuifmeel van een meeldraad op de stempel van een stamper van dezelfde bloemsoort

Er zijn 2 manieren van bestuiving:

via insecten 

via de wind

Insectenbloemen

Windbloemen

Hoe ziet zo'n windbloem er dan uit. Dit is een grasbloempje. 

Gras maakt inderdaad ook bloemen aan. je staat er niet bij stil omdat zijn bloemen klein en onopvallend zijn. 

De meeldraden en stampers van windbloemen hangen vaak buiten de bloem zodat de bestuiving makkelijker gaat. 

EXAMENTRAINER MAKEN

Klassikaal maken en bespreken.
Liever zelfstandig aan de slag? Ga dan in stilte aan de slag met het leren van dit hoofdstuk.