Les 22 (8-12)

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Les 22

Frans 

Programme

• Lesdoelen
• Presentie
• Frans Feitje
• Herhalen D
• Nakijken
• Grammaire H
• Voca E en F oefenen
• Afsluiting
  
• Devoirs

Lesdoelen

Na de les...

...kun je de belangrijkste informatie uit een film begrijpen. 

...ken je woorden die iets te maken hebben met iets kopen. 

Presentie

- Frans feitje -

Wist je dat...

Wist je dat Fransen dol zijn op online bestellen? Zij zijn voor een heel groot gedeelte verantwoordelijk voor de wereldwijde winst op het gebied van online shoppen. Frankrijk staat in de top 3 als het gaat om het land wat het meest online shopt. (Nummer 1 is het Verenigd Koninkrijk en nummer 2 is Duitsland). Zij kopen voornamelijk in bij Franse webshops.

Herhalen D

Kijk eens mee naar het volgende filmpje ter herhaling:

Grandes Lignes, het regelmatige werkwoord.

A1C kan hier de vragen van lessonUp nog maken!

Het stappenplan

Wie kan mij nog vertellen hoe het stappenplan ook alweer werkt?

Voorbeelden

Welke voorbeelden kennen jullie van regelmatige werkwoorden?

Even oefenen

Vous _________ (aimer)

Tu __________(regarder)

Ils __________(détester)

Je __________(inviter)

Nakijken

We gaan de oefeningen nakijken die we de vorige keer gemaakt hebben. 

 ex. 16a, d + ex. 17a, b en c

De ontkenning in het NL

Elke zin kun je ontkennend maken. In het Nederlands gebruik je hiervoor niet / geen.

Ik gebruik de kaart.

Ik gebruik de kaart niet.

De ontkenning in het Frans

In het Frans heb je hiervoor niet slechts één woord, zoals niet / geen. 

Maar heb je er twee: ne .... pas (niet/geen). Dit komt rond de persoonsvorm > ne persoonsvorm pas

Je regarde a carte.

Je ne regarde pas la carte.

Let op!

Ne ... pas is dus de Franse ontkenning voor niet/geen.

Echter, als de persoonsvorm met een klinker of stomme 'h' begint, dan verandert ne > n'. 'pas' blijft onveranderd:

J'habite à Groningue. > Je n'habite pas à Groningue.

Tu aimes les frites. > Tu n'aimes pas les frites.

Even oefenen: maak de zinnen ontkennend:

Vous aimez la glace. > Vous __________________ la glace.

Tu regardes la carte. > Tu ________________ la carte.

Ils détestent les andouilles. > Ils _____________ les andouilles.

J'invite tous mes amis. > J ________________ tous mes amis.

Au travail!

Maak nu ex. 31a, c + ex. 32a, b, c + ex. 33 helemaal.

Klaar?

Slim stampen: ontkenning. 

Leren cijfers t/m 100

Blooket voca E en F

We gaan nu via Blooket even de woordjes oefenen voor de volgende les.

Afsluiting

Hoe maak ik een zin ontkennend?

Uit welke twee woorden bestaat een ontkenning in het Frans?

Noem eens twee woorden die te maken hebben met iets kopen op de markt.

Devoirs

Apprendre voca E + F (ook de zinnen)

Faire ex. 31a, c + ex. 32a, b, c + ex. 33 helemaal.