herhalen B4

herhalen B4
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

herhalen B4

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De spanning van mijn laptop is 300 V en de stroomsterkte is 5 A (als ik hem oplaadt). Wat is het vermogen?

Slide 2 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel energie (in kWh) verbruikt mijn laptop als hij 0,8 uur aanstaat?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

1 KwH kost 0,34 cent. Hoeveel kost mijn laptop als hij 0,5 KwH aanstaat?

Slide 4 - Question ouverte

0,17 cent (0,34/2)
De capaciteit van een accu van een smartwatch is 2000 mAh. De stroomsterkte die er doorheen loopt 250 mA. Hoelang kan de accu meegaan zonder hem op te laden?

Slide 5 - Question ouverte

tijd= capaciteit : stroomsterkte
2000 : 250 = 8 uur

A
isolatie
B
dubbele isolatie
C
let op, veel spanning
D
let op, veel stroom

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doet een transformator
A
spanning aanpassen
B
stroom aanpassen

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Anita is aan het bakken en gebruikt de oven en de vaatwasser. Op het moment dat ze haar keukenmachine aansluit, valt de stroom uit in de keuken. Wat is er aan de hand?
A
kortsluiting
B
overbelasting

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zien we in de meterkast gebeuren bij overbelasting?

Slide 9 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gebeurd er bij kortsluiting?

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Er is kortsluiting. In heel het huis valt de stroom uit. Welke zeker is er dan gesprongen?
A
groepsschakelaar
B
hoofdschakelaar

Slide 11 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

de functie van de randaarde is om geen schok te krijgen als je een apparaat aanraakt wat onder spanning staan (met een metalen buitenkant)
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Een voltmeter sluit je áltijd in parallel aan (zowel bij in serie als in parallel)
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Emre wilt de spanning meten
van lamp 2. Waar moet hij de voltmeter aansluiten?
A
punt 2
B
punt 1
C
Geen van beide punten

Slide 14 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de spanning gelijk over beide lampen?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Is de stroomsterkte gelijk over
beide lampen?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De stroomsterkte in lamp 1 is
0,2 A en in lamp 2 is het 0,4 A
Wat is de totale stroomsterkte?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

2 gelijke lampen. Wat is de stroom-
sterkte + spanning over de lampjes?
A
lamp 1: 0,3 A en 6 V lamp 2: 0,3 A + 6 V
B
lamp 1: 0,3 A + 12 V lamp 2: 0,3 A + 12 V

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


A
bruine draad: fasedraad blauwe draad: nuldraad
B
bruine draad: nuldraad blauwe draad: fasedraad

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Ilias heeft gedoucht en wilt zijn baard scheren met een kapot scheerapparaat. Hij is de ventilator vergeten aan te zetten waardoor de badkamer vochtig is. Waarom moet hij nu extra voorzichtig zijn voor kortsluiting?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Het rendement van een whiteboard is 89%. Is dit nuttige energie? Leg je antwoord uit?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions