H2, par 1 Steden in Nederland

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 1

Par 1 Steden in Nederland

Lezen

Basis: blz 24, stukjes dorpen en steden, het ontstaan van steden.

Kader: blz 24, stukjes dorpen en steden, het ontstaan van steden.

Leerdoelen

- Je weet de kenmerken van een dorp.

- Je weet de kenmerkten van een stad.

- Je kunt uitleggen wat voorzieningen zijn en waarom bepaalde voorzieningen ergens wel en of niet zijn.

- Je weet hoe steden in Nederland zijn ontstaan.

- Je herkent de kenmerken van een oude en een jonge stad.

- Je weet wat een agglomeratie is.

- Je kunt uitleggen waarom je een bedrijventerrein aan de rand van de stad vindt.

Mindmap

Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf. 

Dorp

Nederzetting = plaats waar mensen bij elkaar wonen.

Dorp = kleine nederzetting. Paar duizend inwoners.

Niet veel voorzieningen.

School, supermarkt, sportclub.

Stad

Stad = grote nederzetting. 

Veel inwoners, hoge gebouwen, dicht op elkaar, veel voorzieningen: bedrijven of instellingen die zorgen voor de dingen die je nodig hebt (winkels, school, bioscoop).

Ontstaan van steden

Steden zijn in Nederland op een aantal manieren en periodes ontstaan. 

In de Middeleeuwen, tijdens de Industriële Revolutie en na de Tweede Wereldoorlog

Middeleeuwen

Veel Nederlandse steden zijn ontstaan in de Middeleeuwen.

500 – 1500.

Op plekken waar handel werd gedreven, aan een rivier of een knooppunt van wegen. 

Industriële Revolutie

Een aantal Nederlandse steden zijn ontstaan tijden de Industriële Revolutie.

Vanaf 1860 komt er in Nederland veel industrie.

Mensen trekken dan van het platteland naar plaatsen waar fabrieken zich vestigen.

Na WOII

Na WOII moet Nederland weer opgebouwd worden. Vanaf de jaren 60 gaan de lonen omhoog en trekken mensen de stad uit.

Suburbanisatie.

Veel Amsterdammer verhuizen naar Flevopolder: Almere en Lelystad.

Quiz

Eens kijken wie er goed heeft opgelet..

Wie heeft er meer voorzieningen?

1. Stad
2. Dorp

Welk begrip hoort er bij de omschrijving: het minimum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft.

1. Reikwijdte
2. Industriële Revolutie
3. Drempelwaarde
4. Suburbanisatie

Waar tref je eerder een voorziening zoals een ziekenhuis aan?

1. Dorp
2. Stad

Mensen trekken van platteland naar de stad, welk begrip hoort daarbij?

1. Urbanisatie
2. Suburbanisatie
3. Tweede Wereldoorlog
4. Middeleeuwen

In Flevoland vind je veel steden uit de Middeleeuwen.

1. Juist
2. Onjuist

En nu?

Check of alle leerdoelen op je mindmap staan.

Maak de vragen van paragraaf 1. ( de helft )

Par 1 Steden in Nederland d2

Lezen

Basis: blz 25, stukje opbouw van steden.

Kader: blz 25, stukje opbouw van steden.

Leerdoelen

- Je weet de kenmerken van een dorp.

- Je weet de kenmerkten van een stad.

- Je kunt uitleggen wat voorzieningen zijn en waarom bepaalde voorzieningen ergens wel en of niet zijn.

- Je weet hoe en wanneer steden in Nederland zijn ontstaan.

- Je herkent de kenmerken van een oude en een jonge stad.

- Je weet wat een agglomeratie is.

- Je kunt uitleggen waarom je een bedrijventerrein aan de rand van de stad vindt.

Quiz

Maar eerst gaan we kijken wat jullie nog weten van de vorige lessen.. 

Wie heeft er meer voorzieningen?

1. Stad
2. Dorp

Welk begrip hoort er bij de omschrijving: het minimum aantal klanten dat een voorziening nodig heeft.

1. Reikwijdte
2. Industriële Revolutie
3. Drempelwaarde
4. Suburbanisatie

Wanneer zijn er in Nederland geen steden ontstaan?

1. Tijdens de middeleeuwen
2. Tijdens de Tweede Wereldoorlog
3. Na de Tweede Wereldoorlog
4. Tijdens de Industriële Revolutie

Mensen trekken van platteland naar de stad, welk begrip hoort daarbij?

1. Urbanisatie
2. Suburbanisatie
3. Tweede Wereldoorlog
4. Middeleeuwen

Mindmap

Pen en schrift op tafel, we gaan een mindmap maken over deze paragraaf. 

Opbouw van steden

Binnenstad: oudste deel van de stad. Oude gebouwen, smalle straten.

Stadscentrum: veel winkels, kantoren en restaurants.

CBD: Central Business District.

 

Opbouw van steden

Woonwijken, arbeidershuizen van de 19de eeuw.

   

Opbouw van steden

Woonwijken, hoogbouw na de oorlog.

   

Opbouw van steden

Woonwijken, nieuwe wijken uit de jaren '70.

   

Opbouw van steden

Bedrijventerreinen: rand van de stad. Kantoren, fabrieken, winkels.

Agglomeratie

Als een grote plaats vastgroeit aan een andere plaats, noem je dat een agglomeratie. 

Jonge stad

Geen oude gebouwen.

Geen historisch stadscentrum.

Recht stratenpatroon en brede wegen. 

Oude stad

Historisch centrum, oude gebouwen.

Kronkelig stratenpatroon en minder brede wegen. 

Quiz

Eens kijken wie er goed heeft opgelet..

Wat is de betekenis van CBD?

1. Central Boeren District
2. Central Business District
3. Central Bedrijfs District
4. Corona Bier Dieven

Sleep de woorden, naar de juiste foto

Hoogbouw

Laagbouw

Veel voorzieningen

Kleine nederzetting

Grote nederzetting

Welk onderdeel van een stad zien we op de foto?

1. Bedrijventerrein
2. Historisch centrum
3. Woonwijk
4. CBD

Wat zien we op de foto?

1. Jonge stad
2. Oude stad

Wat is de beste plek om een bedrijf te beginnen?

1. In de binnenstad
2. In een woonwijk
3. Midden in een weiland
4. Aan de rand van de stad, dichtbij een snelweg

En nu?

Check of alle leerdoelen op je mindmap staan.

Maak de vragen van paragraaf 1.