Leesstrategieën

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Leesstrategieën 

toepassen

De leerdoelen van vandaag

- je kent verschillende leesdoelen 

- je kent de leesstrategieën

- je kunt leesstrategieën toepassen bij het lezen van een tekst

Welke tekstdoelen ken je?

informeren

overtuigen

instrueren

nieuwsbericht

reclamefolder

gebruiksaanwijzing

recept

etiketten

Aan het werk:

De vier manieren waarop je een tekst kunt lezen

Verkennend lezen

1. Lees de titel, de eerste en laatste alinea

2. Lees tussenkopjes en vetgedrukte woorden

3. Bekijk (mogelijke) afbeeldingen

4. Probeer de hoofdgedachte te weten te komen

Wanneer: om te bepalen of de informatie nuttig is of niet.

Globaal lezen

Je leest: 

- de eerste en de laatste alinea

- de eerste en laatste zinnen van alle alinea's

Doel: je weet de hooflijnen van de tekst.

Wanneer: als je de koppen doorsnelt van de krant

Intensief lezen

Je leest de tekst helemaal.

Je vraagt je af wat de belangrijkste boodschap van de schrijver is.

Wanneer: als je leert of bij een examen

Gericht lezen

Ook wel zoekend lezen genoemd.

Je zoekt alleen de gevraagde informatie op: je leest de tekst dus niet helemaal.

Wanneer: waar staat dat ook alweer? 

Verkennend lezen

Globaal lezen

Gericht lezen

Intensief lezen

Je kijkt naar de titel, tussenkopjes, afbeeldingen en de bronvermelding

Je leest de hele tekst goed door

Je let op de grote lijn, de hoofdzaken

Je let op een bepaald woord of een naam

Wat doe je bij verkennend, globaal of intensief lezen? 

Verbind de juiste termen met elkaar.

Verkennend lezen

Globaal lezen

Intensief lezen

De opbouw bekijken

Afbeeldingen bekijken

De titel lezen

Het onderwerp bepalen

Alinea voor alinea lezen

Lees onderstaande leessituaties. Welke leesstrategie pas je toe?

Situatie 1: 

Om 07.00 uur valt de krant door de brievenbus. Voordat je naar school gaat, wil je snel weten wat het belangrijkste nieuws is. 

Situatie 2: 

Voor je opleiding moet je een verslag schrijven. Je hebt op internet een tekst gevonden. Je wilt weten of je de tekst kunt gebruiken.

Situatie 3: 

Je hebt morgen een toets over werkwoordspelling. Je leest de theorie in je (online) boek.

Situatie 4:

Je wilt een pretpark bezoeken en bent benieuwd naar de openingstijden. Je bezoek de website van het pretpark.

Verkennend lezen

Globaal lezen

Intensief lezen

Gericht lezen

Aan de slag:

 1. Ga naar: www.oefenen.facet.onl.mbo

2. Kies voor:  Nederlandse taal

3. Selecteer: MBO Nederlands 2F 2016-2016 oefenexamen