Dag 4 - 2D

• NT2
• Basisschool
• Groep 1

Woordenschat

Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema: Vriendschap

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

huilen

• tranen uit je ogen laten komen omdat je verdrietig of blij bent;
• ik huil,  hij huilt
• Zin: De baby huilt bijna de hele nacht.

iemand

• een persoon (mens), zonder dat duidelijk is wie het is;
• Iemand kan elk persoon zijn;
• zin: Het is fijn als je iemand hebt met wie je kan lachen!

de kritiek

• als je iets niet goed vindt en dat ook zegt;
• je kan kritiek op iemand hebben = je vindt iets wat de ander doet of zegt niet goed
• niet een positief woord
• zin: Zijn vrienden hebben altijd kritiek op zijn kleding.

langskomen

• bij iets komen
• bij iemand komen/ naar iemand toe gaan
• kort bij iemand op bezoek gaan
• werkwoord: ik kom langs, hij komt langs
• zin: Morgen kom ik even bij je langs. 

om

• een sjaal om mijn nek
• een rondje om het huis lopen
• = rond 

• Zin: Ik fiets een rondje om het park. 

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

De woorden: 

babbelen

bezoeken

doorvertellen

huilen

iemand

Als ik even kort bij iemand op bezoek wil gaan dan noem je dat.........

1. afspreken
2. op visite gaan
3. bezoeken
4. langskomen

Waar lees je de betekenis van het woord
iemand

1. geen enkel persoon
2. Het is niet duidelijk wie er wordt bedoeld.
3. Je weet niet precies wie er wordt bedoeld.
4. Kan elk persoon zijn.

Waar wordt het woord:
de kritiek
goed gebruikt?

1. Hij vindt het goed wat ik heb gedaan en hij geeft kritiek.
2. Hij vindt het leuk wat ik heb gedaan en hij geeft kritiek.
3. Hij vindt het niet leuk wat ik heb gedaan en hij geeft kritiek.
4. Hij vindt het super cool wat ik heb gedaan en hij geeft kritiek.

Schrijf de betekenis op van het woord
iemand

Maak een zin met "huilen".

Opdracht: welk woord hoort in de zin?

Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Ik denk dat er wel .............. is die mee wil doen met de wedstrijd.

Hij maakt zich veel zorgen,
hij geeft echt ........ haar.

.... hebben op andere mensen is niet leuk. Je kan ze wel een tip geven!

De baby moest heel hard ...................... , dit kwam omdat ze honger had.