Hoofdstuk 14 - 14.1 Inhoud

WELKOM!



Rekenen

Blok 2
Maandag 4 november 2024



- jas aan de kapstok
- kauwgom in de prullenbak
- telefoon in de bak
- capuchons/petten af
 

Ga lekker zitten!

1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenPraktijkonderwijsLeerjaar 4

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

WELKOM!



Rekenen

Blok 2
Maandag 4 november 2024



- jas aan de kapstok
- kauwgom in de prullenbak
- telefoon in de bak
- capuchons/petten af
 

Ga lekker zitten!

Slide 1 - Diapositive

- Wie is er wel en wie niet?
- Hoe gaat het met je?
- Verwachtingen
- Wat gaan we doen?

Slide 2 - Diapositive

Verwachtingen 
Je hebt een pen of potlood bij je, zodat je kunt schrijven.

Tijdens de les:
- doe je stil mee met de instructie
- doe je actief mee
- hebben we respect voor elkaar
- mag je fouten maken en vragen stellen

Slide 3 - Diapositive

Wat gaan we doen?
- Startopdracht
- Instructie
- Aan de slag!
- Afsluiting

Slide 4 - Diapositive

Startopdracht
Werkboek blz. 58 - startopdracht

Slide 5 - Diapositive

Doel van deze les
Ik kan
- maateenheden van inhoud benoemen
- maateenheden van inhoud omzetten
- inhoud berekenen

Ik weet
- hoeveel een maateenheid van inhoud is

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo


De inhoud van dit pak melk geef ik aan in......?
A
Liter
B
Milliliter
C
Centiliter
D
Deciliter

Slide 8 - Quiz


De inhoud van een cupje koffie melk is 70......
A
L
B
ML
C
CL
D
DL

Slide 9 - Quiz


De inhoud van een badkuip is 200.....
A
DL
B
CL
C
ML
D
L

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Vidéo

De kubieke meter (symbool m³) is een inhoudsmaat.
Dit is een kubus van .......... lang, .......... breed en ........... hoog. 

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Lien

Slide 14 - Diapositive

1 liter = 
  • 1000 milliliter
  • 100 centiliter
  • 10 deciliter

Slide 15 - Diapositive

Als je inhoudsmaten moet omrekenen, kijk je naar dit plaatje:

Slide 16 - Diapositive


Een zak soep heeft een inhoud van 30 cl. Hoeveel ml is dit ?
A
30 ml
B
0,3 ml
C
300 ml
D
3 ml

Slide 17 - Quiz


500 ml = .......l
A
5 l
B
5000 l
C
0,5 l
D
0,05 l

Slide 18 - Quiz


Hoeveel ml zit er in de maatbeker?

Slide 19 - Question ouverte

Hoeveel dl zit er in dit blik?

Slide 20 - Question ouverte

Afsluiting
- Hoe ging jouw toets?

Slide 21 - Diapositive