Les 5+6 M3C Economie - 12092021

Welkom bij Economie in Mavo 3
Les 5 + 6
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Economie in Mavo 3
Les 5 + 6

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?

  • Start + welkom!                                               
  •  Huiswerk niet gemaakt? Dan ben je het 2e uur NIET welkom
  • Huiswerk: 1.3 A: Consumer power
                              1.3 B: Wetten en regels
                              1.3 C: Consumenten organisaties
  • Les 1: Vergelijkend warenonderzoek CHIPS
  • Les 2: 1.4: Hoe ga je met geld om?                                
       1.4 A: GELD

Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen LES 1
  • Je leert wat een vergelijkend warenonderzoek inhoudt en leert kritisch nadenken over de testonderdelen en kunt de uitslag beter beoordelen.

Slide 3 - Diapositive

Huiswerk controle
ZIE MAGISTER!!!
Huiswerk niet gemaakt is niet meedoen met deze les!

Slide 4 - Diapositive

2.3 C:  Consumentenorganisaties

Consumentenorganisaties komen op voor de belangen van de consument.

Noem er eens 1?

Slide 5 - Diapositive

Consumentenorganisaties

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Consumentenbond

De consumentenbond is opgericht om consumenten te beschermen en te helpen kiezen. 
Dat helpen kiezen doen ze doormiddel van een 
vergelijkend warenonderzoek.

Slide 8 - Diapositive

Vergelijkend warenonderzoek
Je koopgedrag kan ook worden beïnvloed door een vergelijkend warenonderzoek.

Vergelijkend warenonderzoek: Een onpartijdig onderzoek naar de kwaliteit van een product waarbij een aantal soortgelijke producten worden getest op prijs, kwaliteit en mogelijkheden.

De producten worden vergeleken op bijvoorbeeld gebruiksgemak, kwaliteit, energieverbruik, veiligheid en prijs.

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Wat is een vergelijkend warenonderzoek?
De consumentenbond geeft bijvoorbeeld informatie over producten door vergelijkend warenonderzoeken te houden en dit te publiceren. 

Slide 11 - Diapositive

VERGELIJKEND WARENONDERZOEK
praktische opdracht

Slide 12 - Diapositive

Instructie opdracht:
• Groepjes van max. 3!!!
• Stap 1: Reken de prijzen om naar hetzelfde gewicht
• Stap 2: Bepaal op welke 4 eigenschappen je gaat testen
• Stap 3: Controle docent. 
• Stap 4:Doe de test
• Wat is je conclusie? 
   Wat is de beste koop? En waarom?

Slide 13 - Diapositive

Vragen?
VRAGEN?

Slide 14 - Diapositive

3 verschillende merken vergelijken
  • Je gaat deze vier producten vergelijken
  • Welke eigenschappen vinden jullie belangrijk?
  • Geef een testoordeel over die eigenschappen (minimaal 3)
  • Gebruik voor je uitkomsten getallen (1 t/m 10) of plussen en minnen: ++ = heel goed  + = goed  o = voldoende  - = slecht  -- = heel slecht

Slide 15 - Diapositive

timer
30:00
1      500 gram    0,89
2     500 gram    0,69
3     500 gram    2,09
4     350 gram    2,89
5    1000 gram   0,94
6    1000 gram    1,29

Slide 16 - Diapositive

Welke soorten?
Let op!!! We testen 'blind' dus zonder te weten welke we testen omdat we ONAFHANKELIJK en ONBEVOOROORDEELD zijn!!!
1
250 gram
1,04
2
335 gram
1,99
3
250 gram
1,05

Slide 17 - Diapositive

Groepje
Cijfer 1
cijfer 2
cijfer 3
cijfer 4
Beste?
1
2
3
4
5
6
7
8

Slide 18 - Diapositive

Wat heb jij vandaag
geleerd?

Slide 19 - Carte mentale

Leerdoelen LES 2
Na deze les weet je wat de 3 geldfuncties zijn, kun je het verschil tussen directe en indirecte ruil aangeven en weet je welke betaalmiddelen er zijn

In deze les worden de begrippen inflatie en koopkracht benoemd. Je kijkt hoe dit samenhangt met de inkomens. Je leert hoe je het consumentenprijsindexcijfer kunt berekenen en wat dit inhoudt.

Slide 20 - Diapositive

INTRO

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

Inflatie
Als de prijzen van goederen en diensten in het het algemeen stijgen.

Slide 23 - Diapositive

Oorzaken inflatie
      • Meer vraag naar producten en diensten dan dat er aanbod is.

      • Hogere grondstofprijzen die worden doorberekend in de prijs.
      • Hogere belastingen of andere heffingen.




      Slide 24 - Diapositive

      Koopkracht
      De hoeveelheid goederen en diensten die je met je inkomen kunt kopen.

      Slide 25 - Diapositive

      Huiswerk
      Maken voor de volgende les:
      • Par. 1.4 A: GELD
      • Par. 1.6 A: Afronden
      • Par. 1.6 B: Omrekenen


                                          Succes!!!

      Slide 26 - Diapositive

      Nog een vraag, opmerking over de les? Dan kun je die hier kwijt 👇

      Slide 27 - Question ouverte