Circulaire economie

1 / 22
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Planning
  • Leerdoelen
  • Uitleg 
  • Aan het werk
  • mini bespreking
  • afsluiting 

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
Overkoepelende leerdoelen
  •  Ik kan diverse vormen van circulair ondernemen beschrijven en daarvan gebruik maken in mijn ondernemingsplan.

Specifieke lesdoelen
• Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen lineaire- en circulaire economie
• Ik kan uitleggen wat het verschil is tussen recycling en circulaire economie •ik kan uitleggen wat het verschil is tussen duurzaam ondernemen en circulair ondernemen



Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Mensen worden rijker - > meer producten kopen.
Door toename van productie, is het gevolg dat:
  • Grondstoffen uitgeput raken
  • Er meer vervuiling is 
  • De afvalberg groeit

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat denk jij dat de overheid kan doen om de afvalberg te verkleinen?

Slide 5 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maatregelen
Maatregelen om de afvalberg te verkleinen:
  1. strenge regels voor afvalverwerking
  2. voorlichtingscampagnes

2016 > start Rijksbrede programma 'Nederland Circulair in 2050'

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lineaire economie
De economie van maken > gebruiken > weggooien

Grondstoffen worden uit de natuur gehaald > producten gemaakt > gebruiksfase > weggegooid


Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Recyclen 
Goederen in de lineaire economie worden deels gerecycled en de rest word weggegooid. 
Recycling = dat afvalmateriaal van producten die aan het einde van hun levenscyclus worden omgevormd tot een ander of nieuw product. 
Je heb hierbij nog wel afval en je maak gebruik van grondstoffen, maar het is wel minder. 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Circulaire economie
Het afval product = de basis van een nieuw product (grondstof)
Grondstoffen komen niet meer uit de natuur, maar uit bestaande producten.  Ook is er geen restafval meer.
Nu zie je nog dat er een klein beetje restafval is -> maar het doel is dat er geen restafval meer gaat zijn.
Circulair ondernemen = het minimaliseren van restafval en het maximaliseren van hergebruik. 

Slide 9 - Diapositive

Compleet geen restafval is circulair -> om te bereiken heb je circulaire ondernemers nodig
Van lineair naar circulair  

Producenten zo ontwerpen, dat het product aan het einde van hun levenscyclus weer maximaal hergebruikt kan worden en dat het geen afval word. 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Economie met recycling
Lineaire economie
Circulaire economie

Slide 11 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Duurzame productie
  • schaadt het milieu niet
  • put geen grondstoffen uit
  • Verminderd geen productiemogelijkheden voor de toekomst

Slide 12 - Diapositive

er zijn meer dingen die duurzaam ondernemen zijn, circulair is duurzaam, maar duurzaam is niet alleen circulair. 

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

producenten 
Bij de lineaire economie is de consument het eindstation van producten
Bij circulaire economie moet de producent het eindstation worden van de producten, zodat ze hergebruikt kunnen worden.

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat kunnen producenten doen om hun product weer terug te krijgen?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke stelling is juist?
1. Duurzaam ondernemen is circulair
2. Circulair ondernemen is duurzaam
A
allebei juist
B
1 is juist, 2 is onjuist
C
1 is onjuist, 2 is juist
D
allebei onjuist

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Aan het werk
Lees paragraaf 3.1 en 3.2
Maak opdrachten 3.5 t/m 3.7 in De Samenleving

Klaar?
lees paragraaf 3.3 t/m 3.5
Verder werken aan de opdrachten
timer
5:00

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 3.6 b
Leg uit wat het verschil is tussen recycling en een circulaire economie

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het verschil is:
  • Bij recycling worden producten aan het einde van hun levenscyclus omgevormd tot een ander/nieuw product. Hier heb je dus nog wel afval en nieuwe grondstoffen nodig
  • Bij circulair is afval, de nieuwe grondstof. Er is dus geen restafval, je maximaliseert het hergebruik en er zijn geen nieuwe grondstoffen nodig

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat hebben jullie vandaag geleerd?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zou jij de volgende les anders willen?

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Ondernemingsplan 
Bedenk alvast een circulair bedrijfsidee. 
Dus welk product ga je circulair maken. 

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions