Akkoorden leren

Akkoorden leren 
Waar zitten de piano toetsen en hoe combineer ik die om akkoorden te maken?
1 / 19
suivant
Slide 1: Diapositive
MuziekMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 19 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Akkoorden leren 
Waar zitten de piano toetsen en hoe combineer ik die om akkoorden te maken?

Slide 1 - Diapositive

De middelste zwarte toets....
Is de grens van het muziekalfabet

Slide 2 - Diapositive

Grens!
A
G
Je kunt op de witte toetsen gewoon doortellen in het alfabet.

Slide 3 - Diapositive

Zet de notennamen op de juiste pianotoetsen.
B
A
C
G
D
E
F

Slide 4 - Question de remorquage

Hoe maak je de akkoorden?
Gebruik minstens 3 verschillende tonen.

Let op: er moet afstand tussen de tonen zitten. 

Je hebt majeur (vrolijk) en mineur (droevig) akkoorden.

Slide 5 - Diapositive

C
D
E
F
G
A
B
C majeur akkoord

Slide 6 - Diapositive

Kijk de volgende video 
Hierin leer je hoe je zelf de akkoorden in majeur en mineur kunt maken.

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Sleep de noten naar de juiste plek. Welk akkoord is dit?
A
F
D

Slide 9 - Question de remorquage

Welk akkoord was het akkoord van de vorige vraag? De noten waren D-F-A.

Slide 10 - Question ouverte

Welk akkoord is dit?
A
C majeur
B
D majeur
C
C mineur
D
D mineur

Slide 11 - Quiz

Welk akkoord is dit?
A
A majeur
B
F majeur
C
D mineur
D
E mineur

Slide 12 - Quiz

Welk akkoord is dit?
A
C majeur
B
Cis majeur
C
Dis mineur
D
E mineur

Slide 13 - Quiz

Maak een D majeur akkoord met de juiste tonen op de juiste toetsen
D
E
Fis
G
A
B
C

Slide 14 - Question de remorquage

Welke 3 tonen zitten
in een B majeur akkoord?

Slide 15 - Carte mentale

B - D# - F#

Slide 16 - Diapositive

Dit zijn de piano toetsen met noten erbij.

Slide 17 - Diapositive

Welk akkoord staat hier in noten geschreven?
A
C majeur
B
D mineur
C
G majeur
D
C mineur

Slide 18 - Quiz

De volgende zin omschrijft het beste wat ik na deze les weet/kan:
A
Ik snap nog steeds niets van akkoorden en hoe ze werken.
B
Ik snap de theorie over akkoorden wel, maar ik begrijp niet hoe ik zelf een akkoord kan maken/spelen.
C
Ik snap alles, maar ik zou het nog wel een aantal keer moeten herhalen/oefenen om het goed te onthouden.
D
Iets anders, namelijk...

Slide 19 - Quiz